White Eagle - Geestelijke ontwikkeling

Hoe we de onzichtbare werelden kunnen ontdekken en de bron van genezing kunnen vinden.
Uitgeverij Ankh-Hermes bv 1992, ISBN 9020220519
Vertaling: W.S.
[Tussen haakjs is van mij, Freek]

Inhoud

Inleiding
1. Een eenvoudige benadering 13
Zij die weten en zij die niet weten
Wat is je motief?
Een gezond verstand in een gezond lichaam
De juiste voeding
Je houding
Je ademhaling
2. De menselijke aura 39
3. Communicatie tussen twee werelden 49
De astrale gebieden
Geestelijke communicatie
De mens naar het beeld van God geschapen
4. Wijsheid van de overzijde 64
Ontwikkeling door beheersing
De gebouwen der wetenschap
Het pad van geestelijke ontwikkeling en je innerlijke zieleleven
De aard van het bewijs - de vrije keuze
Je gids en leermeester
Je beschermengel
5. De menselijke geest uit het hart van God 81
Je koos zelf je leven
6. De geestelijke vermogens
Helderziendheid, de voorhoofdchakra
De psychische centra
Helderhorendheid, de keelchakra
Geestelijke vrede
Heilige communie
7. Het leven in de wereld van de geest 103
Het leven is in wezen geest
Persoonlijke en goddelijke liefde
Onze levenshouding
8. Het denken met het hart en de
ontwaakte herinnering aan reïncarnatie 122
De mens heeft door het 'westerse' materialisme veel verloren.
De mens is een deel van Gods schepping
Het wiel der wedergeboorte
Het 'hogere zelf'
Waardoor herinneren wij ons dat niet?
9. Karma 143
De goddelijke Moeder
Het doel van karma
De omvorming van karma
10. Genezing door de geest 160
Gedachtenkracht
Engelen der genezing
Register 177


Inleiding

Grace Cooke
Het grootste deel van mijn leven was door studie en oefening gewijd aan de techniek om door de sluier heen te dringen, die zich tussen het menselijke bestaan op het fysieke gebied bevindt en het andere, meer volmaakte leven in de onzichtbare geestelijke gebieden die de aarde doordringen. Gewoonlijk neemt men aan dat het de mens pas na de dood wordt toegestaan deze hogere en fijnere werelden die ons omgeven te leren kennen; en dat het hem wordt belet, wanneer hij is overgegaan, om met zijn vrienden op aarde te communiceren.
White Eagle toont ons in dit boek hoe wij zelf de schoonheid van dit meer volmaakte leven kunnen ervaren, terwijl wij nog op aarde zijn; en hoe een etherische brug kan worden geslagen tussen geïncarneerde en gediscarneerde zielen tot vreugde en welzijn van beiden. Hij leert ons dat helderziendheid een diepzinnige, geestelijke ervaring is. (7) Wij geven echter toe dat er een spontaan soort psychisch 'zien' bestaat dat zowel bij dieren als bij mensen blijkt te werken, maar er ligt een groot verschil tussen dit 'spontaan zien' en waarachtig geestelijk zien of helderziendheid. De eerstgenoemde kan een illusie zijn, de laatste is het resultaat van kennis en oefening van de geestelijke vermogens, die in iedere mens aanwezig zijn.

Door White Eagle's leiding te volgen, leren wij dat er talrijke niveaus van waarneming of bewustzijn van andere levensgebieden bestaan. Deze waarneming kan variëren van een enkele indruk van een vluchtige invloed of schaduwachtige vorm in licht of kleur, tot het zuiver waarnemen van helder pulserende vormen van hoogontwikkelde wezens, van prachtige landschappen, tempels ter aanbidding, scholen voor muziek- en kunstonderwijs, en universiteiten, die alle deel uitmaken van de normale omgeving van een samenleving in dit hogere bestaan, het leven na de 'dood'. (8)
Hierboven liggen dan weer de mentale gebieden en de hemelse sferen die onmogelijk in aardse bewoordingen kunnen worden beschreven. Om deze heerlijkheden te kunnen zien en daarna de herinnering te kunnen vasthouden die zuiver genoeg is om een indruk achter te laten op de fysieke hersenen, vereist zowel gestage en voortdurende inspanning bij de techniek van geestelijke ontwikkeling als een aanhoudend streven naar geestelijk leven.
Het wordt in deze boodschappen duidelijk gemaakt dat met geestelijk leven een leven van God-verlangen wordt bedoeld, een weldadig, zuiver gedisciplineerd en evenwichtig leven. Hij moet God aanbidden met heel zijn hart, geheel zijn ziel en verstand en in zijn dagelijkse leven door de liefde van God en zijn medemens een geest van goede wil en vriendelijkheid bevorderen. White Eagle probeert ons te laten zien dat de ontwikkeling van het vermogen om op betrouwbare wijze door de donkere sluier heen te dringen - die sluier die tussen het aardse leven en de geestelijke werelden is gelegen (9) - niet alleen afhangt van het vergaren van kennis, maar even goed van de graad van het eenvoudige Christus-invoelen dat in de mens wordt ontwikkeld.
Toewijding aan het geestelijke leven en een voortdurende inspanning om de techniek van 'naar-binnen-keren' meester te worden, om het hart van waarheid te vinden, om eeuwig leven te vinden, brengen een verdiende beloning; de mens ontvangt de gaven van de geest, die het hem mogelijk maken, wanneer hij maar wil, in contact te treden met de innerlijke wereld van de geest. Dit zal hem ongetwijfeld van de onsterfelijkheid van de ziel overtuigen.

Gedurende bijna een halve eeuw werd ik geholpen om geestelijke gaven te ontwikkelen, die mij in staat stelden de kloof te overbruggen tussen de twee levensvormen en om kennis terug te brengen vanuit de hogere werelden. White Eagle, die mijn geestelijke gids en leermeester is, heeft meer dan 30 jaar met mij en door mij gecommuniceerd. Hij heeft de kennis doorgegeven hoe deze hogere eigenschappen van de mens langs veilige weg ontwikkeld en gebruikt kunnen worden (10) voor het welzijn van de mensheid; hoe zij bijdragen aan het geluk en de harmonie van het sterfelijk leven.
Uit al deze boodschappen werd een aantal geselecteerd en tijdens de laatste oorlog uitgegeven onder de titel Spiritual Unfoldment. Een serie van vier boekjes die zo populair bleek te zijn dat een aantal herdrukken werd uitverkocht. Deze boekjes zijn nu al jaren niet meer verkrijgbaar, terwijl de vraag ernaar nog steeds groot is. White Eagle zelf is o.a. een van degenen die om een herdruk heeft gevraagd; hij drukte ernstig het vertrouwen uit dat zijn boodschappen vanuit de sfeer van het geestelijke leven weer verkrijgbaar worden gemaakt voor allen die kennis en begrip zoeken om zich met het leven van de onzichtbare werelden in verbinding te kunnen stellen en troost en hulp uit dit contact te ontvangen.
Deze nieuwe uitgave van Spiritual Unfoldment bevat grotendeels de inhoud van de deeltjes I en II van de originele uitgave; herzien en opnieuw gerangschikt. (11) Het gedeelte over het rijk der natuur werd echter weggelaten, dit zal later in een afzonderlijk boek worden verwerkt.
Verder bevat het veel nieuws, o.a. de hoofdstukken over genezing en over de menselijke aura. Het grootste deel van de boodschappen die hier worden weergegeven, heeft White Eagle mij in het begin van onze samenwerking gegeven in de vorm van lezingen voor leerlingen. Het nieuwe materiaal echter, waarvan een deel nog niet eerder werd gepubliceerd, werd aan latere 'Teachings' ontleend.
Ik bied dit boek in White Eagle's naam aan, met de wens dat er veel hoop en inspiratie in te vinden zal zijn. Ik schrijf dit in alle oprechtheid en met de beste wensen,
Grace Cooke (1961)
Nederlandse uitgave 'Broederschap van mens en engel', vertaalster (12)

terug naar de Inhoud

1. Een eenvoudige benadering
Wanneer wij in verbinding staan met de geest, openen wij ons hart voor liefde. En wij weten dat liefde de weg tot geestelijke ontwikkeling is. Daarom bidden wij tot God, onze Vader en Moeder, dat wij liefde mogen worden, en wanneer wij liefde mogen worden, wanneer wij liefdevoller [voelen] kunnen worden, zullen wij wijzer [denken] en dus sterker in Gods-kracht [willen] worden. Moge de Heilige Drieëenheid van wijsheid [denken], liefde [voelen] en kracht [willen] in ons hart en ons leven tot uitdrukking komen. Amen.
[Hier worden van de vier geestelijke vermogens: het waarnemen, denken, voelen en willen de laatste drie genoemd i.v.m. de geest en met God. M.a.w. het is de geest die over de geestelijke vermogens beschikt.]

Het oorspronkelijke doel van het leven is dat de mens waarheid mag vinden, waarheid die hem geopenbaard zal worden vanuit zijn eigen innerlijke wezen [de menselijke geest]. Als wij naar deze waarheid zoeken, die diep van binnen verborgen ligt, zullen de belemmeringen die door het 'uiterlijk zelf' [dat is de geestestoestand van onbewuste vereenzelviging] worden opgeworpen, verdwijnen. Wij zullen worden bevrijd, vrij om in contact te komen met onze geliefden in de wereld van de geest, (13) vrij om voeling te houden met de kosmische straling, de levenskracht en genezing, vrij om ze in dienst van onze medemens te gebruiken, vrij om in overeenstemming te komen met die wezens, die de mensheid vanuit de geest dienen [engelen en begeleiders].
Het pad dat langs de berg omhoog leidt naar de hemelse top is lang en steil. Zolang de mens nog geen glimp heeft opgevangen van de heerlijkheid die hem wacht, worstelt hij in de materie. Hij moet pijn, ziekte, eenzaamheid en beperkingen ondergaan, hij blijft bevangen door angsten, wordt aan wrok en zorgen blootgesteld en wordt getroffen door conflicten en oorlogen. Maar hij hoeft niet te wachten tot hij uit het vlees verlost wordt om geluk en zijn ware wezen te realiseren. Ja waarlijk, tenzij de mens leert de geest te zoeken zolang hij nog op aarde vertoeft, zal hij geen volmaakte vrijheid of vreugde genieten door alleen het fysieke lichaam te leren beheersen.

Er wacht iedere ziel een glorieuze toekomst, maar het vergt hard werken - hard werken kan trouwens buitengewoon interessant zijn. Wanneer je bijvoorbeeld van muziek houdt en ernaar verlangt om je in muziek uit te drukken, wordt oefenen een vreugde, o.a. de vreugde om een instrument meester te worden. Wanneer je je volledig inzet voor iets dat de moeite waard is, neem je de moeite op de koop toe en tel je de kosten om het te kunnen volbrengen niet. Zo behoort het eveneens te zijn met het werk dat je aan je ziel besteedt.
Het is niet altijd nodig om je lange perioden af te zonderen voor meditatie om aan je ziel te kunnen werken. De weg van meditatie is niet noodzakelijkerwijs jouw weg, maar wanneer je hebt besloten welke weg de jouwe is, volg die dan vastberaden. Volg geen dwaalwegen, hol niet van het een naar het ander omdat je denkt dat iemand anders een betere weg dan de jouwe heeft gevonden en dat je dus die weg maar moet proberen. Dat is net zoiets als kinderen die bloemen plukken en van de ene plek naar de andere fladderen om te voorkomen dat andere kinderen mooiere bloemen vinden dan zij. Zo vergaat het de kinderen van de aarde, zij jagen her- en derwaarts achter de waarheid van de geest aan. (15)

Dat is niet de juiste manier. Want er zal een tijd komen dat je meest innerlijke stem je zal vertellen: "Dit is mijn weg, hier zal ik vrede vinden. Ik zal deze weg hoe dan ook vervolgen." Houd je aan dat besluit als het eenmaal vaststaat. Dat zal lang niet altijd gemakkelijk zijn, maar als je volhoudt en geduld oefent en vooral de moed niet opgeeft, zal de weg je onfeilbaar naar je doel leiden. Je zult moeten leren, wanneer je het geestelijk pad wilt volgen om onderscheid te maken tussen de ingevingen van het 'wereldse denken' [wat dan het 'lagere zelf' wordt genoemd, maar wat samenhangt met een zekere geestesgesteldheid] en het 'hogere godgerichte denken' [wat dan het 'hogere zelf' wordt genoemd], om het verschil aan te voelen tussen wat waar is en wat vergankelijk en niet waar is.
Wij bezitten allen dat wereldse verstand dat ons doet twijfelen aan de werkelijkheid van geestelijke waarheid. Telkens weer zul je bij je geestelijke ontplooiing ondervinden dat twijfel zich aankondigt, twijfel die zich aandient als gezond verstand, als nauwgezette eerlijkheid die pure waarheid verkiest boven begoocheling. (16) Dit weifelende denken zal proberen met je te argumenteren en trachten te suggereren dat, wat je geestelijke visioen je ook openbaart, het nooit bewezen kan worden en slechts een voortbrengsel van de verbeelding is.
Dit wereldse denken heeft zijn plaats en kan een gezonde gids zijn binnen eigen perken als het eenmaal heeft geleerd zich te onderwerpen aan het 'godgerichte denken': waarheid die het aardse verstand 'pure onzin' zou noemen, kan door het geestelijke denken niet alleen aanvaard, maar ook op prijs worden gesteld. Het hogere aanvoelen van de ziel - de intelligentie van de mens, niet het intellect - ontdekt deze waarheid als een zeldzaam kleinood. Wij moeten leren te onderscheiden en na aan Caesar te hebben gegeven, wat naar waarheid aan Caesar toebehoort, moeten wij de parel van grote waarde zien te vinden.

terug naar de Inhoud

Zij die weten en zij die niet weten
Een wijs leermeester heeft eens gezegd dat er in de wereld twee soorten mensen bestaan: zij die weten en die niet weten. (17) Zij die Gods aanwezigheid overal en altijd ervaren als een voortdurende troost [voelen] en inspiratie, die weten dat zij leiding en verlichting kunnen vinden in de hogere werelden van wijsheid [denken] en schoonheid [waarnemen]. En zij die niets van deze zaken afweten, ze verwerpen of ze bespotten, en daarnaar leven, verkeren als gevangenen in een donkere kamer [de geestestoestand van onbewuste vereenzelviging]. Degenen onder jullie die weten, of die ten minste beginnen te weten, hebben hun geestelijke waarnemingsvermogen verkregen door geduldige inspanning, ervaring en lijden.
En toch moet je waakzaam blijven om deze kennis vast te houden, want terwijl een prikkel het licht van de geest aanspoort te groeien, is er toch nog het 'aardse denken' dat je zal aansporen om te twijfelen, te veroordelen en zelfs zal trachten het licht in je hart te vernietigen. De mens moet hard en lang worstelen totdat het innerlijke licht zo sterk en krachtig wordt, dat de twijfel hem niet meer kan belagen.
De twijfels en vragen die iemand bestormen zijn als de stem van de slang in het Paradijs die Adam en Eva verleidde om van de vruchten van aardsheid te eten en hun God te negeren. (18) Proberen wij niet allen te luisteren naar de stem van de geest, ondanks het feit dat wij voortdurend worden belaagd door de roep van uiterlijke wereld? Laat je niet door anderen van de wijs brengen, die beweren dat er geen geestelijke wereld zou bestaan, geen genezing van zieken door middel van de geest.
Zij die zo spreken zijn de bewoners van de duisternis en zijn onwetend. Zoals in de bijbel wordt verteld: 'De doden weten niets.' Zend hen het licht der liefde en besef dat ook zij later zullen leren. Dring je eigen opvattingen niet op, want argumenteren leidt als regel tot niets en zal niemand overtuigen. Deze mensen bedoelen het goed, maar op de weg die jij hebt gekozen moet je trouw blijven aan de stem van de geest.

terug naar de Inhoud

Wat is je motief?
Niemand hoort geestelijke ontwikkeling ooit te zoeken voor zuiver persoonlijke doeleinden of voor de hang naar sensatie of uit nieuwsgierigheid, (19) maar alleen dan wanneer wij beseffen dat het ons lichaam gezond en onze geest stralend kan maken en daardoor beter toegerust om onze medemens te helpen.
Het doel dat aan geestelijke ontwikkeling ten grondslag ligt, moet altijd onzelfzuchtig en altruïstisch zijn. Er wordt geduld van je gevraagd en ook het besef dat je vermoedelijk nooit zult worden gevraagd om in het openbaar te werken, om indruk op anderen te maken of om erkenning of beloning te verkrijgen. Waarlijk, de meesten onder jullie zullen in stilte achter de schermen werken, zelfs een leven dat gebonden is door huishoudelijke plichten, kan creatief zijn.
Wees ervan overtuigd dat iedereen in dit leven in de juiste omstandigheden is geplaatst, daar waar zij het meest nodig zijn, waar zij de gelegenheid zullen vinden, zo nuttig mogelijk te zijn. De onbekende man of vrouw kan soms meer bijdragen aan de bevordering van het menselijke bestaan dan de persoon wiens naam overbekend is. Het is de bedoeling dat iedere individu zich zo geestelijk zal ontwikkelen, dat hij een krachtig centrum vormt dat de liefde van God kan uitstralen. (20) Dan hunkert hij niet langer naar de geweldige dingen die het 'Ik' zou kunnen doen. Waarlijk, hij verlang dan niet anders dan dat het leven door hem heen een zuiverder liefde kan worden ingeblazen.

terug naar de Inhoud

Een gezond verstand in een gezond lichaam
Wij zouden de nadruk willen leggen op het feit dat er in geestelijke ontwikkeling en in het voorbereiden tot genezer, de behoefte is aan gezond verstand van zaken te zamen met een gezond lichaam, indien men een kanaal voor het licht wil worden. Iedere gewoonte die het lichaam aantast, die het denken in ongezonde banen leidt, moet worden afgeschaft. Juiste geestelijke ontwikkeling zal helpen om gezondheid te bevorderen en gezond denken zal op zijn beurt helpen bij de ontplooiing van geestelijke eigenschappen en gaven. Bedenk dat wij zowel zendstation als ontvangstation zijn om op invloeden en impressies van de onzichtbare gebieden van het leven te reageren, (21) en dat wij eveneens reageren op wereldse invloeden en op trillingen die in werking worden gesteld door gedachten en het leven van anderen. Wij laten ons vaak overschaduwen of kwellen door angst, toorn, haat en alle soorten begeerten, evengoed als door allerlei ziekten. Wij begrijpen niet altijd waarom we ons zo voelen als we voelen en ondanks dat wij ons uiterste best doen, kunnen wij niet van onze onbekende tegenstander afkomen. Dat is werkelijk een ongezonde situatie.

Zijn wij te direct? Maar je zocht geestelijke ontwikkeling, je wilt je geestelijke gaven ontplooien en daarom moet je je instrument leren gebruiken. Zoals wij al zeiden, voordat je een muziekinstrument kunt bespelen, moet je de techniek leren, je moet de woordkunst onder de knie krijgen als je wilt schrijven en vorm en kleur beheersen als je wilt schilderen. Zo moet je dus ook bereid zijn de prijs te betalen voor geestelijke ontwikkeling en trainingen ondergaan die geestelijke ontwikkeling van je vraagt. Dit houdt een voortdurende zuivering in van je levensopvattingen (22) totdat zij ten minste tot op zekere hoogte gezondheid en heelheid (heiligheid) uitdrukken.
Mijn beste, hoe kun je verwachten een gezond lichaam te hebben als je denken ongezond is? Je antwoordt misschien dat je heel wat gezonde mensen kent terwijl hun opvattingen verre van gezond zijn. Maar dat is slechts een kwestie van tijd, gezondheid zal niet lang duren als gedachten onrustig en onharmonisch zijn. Daarom, denk altijd opbouwend en optimistisch: gezond. Wij bedoelen niet onverstandig optimisme, maar gelukkig en overtuigend, omdat je weet dat er achter de schijnbare wanorde van het aardse leven een goddelijk doel aan het werk is, dat de geestelijke eigenschappen van de mens zal ontvouwen. Als je denken op een gezonde manier geoefend zou zijn, zou het nooit omlaag worden gehaald in de draaikolk van depressie en angst, je zou dan positief zijn in de wetenschap dat alles ten goede samenwerkt en dat wat er ook gebeurt, het goede er altijd achter staat.
Je raakt vaak in verwarring omdat er zo veel dingen zijn die je aandacht vragen en (23) je te hard werkt met je verstand. Je doet een stuk werk wel honderd maal mentaal, terwijl het nooit meer dan één maal nodig is. Je zegt steeds maar weer tot jezelf: "Ik moet dit en ik moet dat doen," maar zij blijven ongedaan. Train jezelf om het werk aan te pakken op het moment dat het op je weg komt en doe het dan op je gemak. Zie je het belang van het rustig aanvaarden van wat er op je weg komt en het dan op dat moment af te handelen en er dan mee klaar te zijn?
Het is beter om iedere taak of ieder probleem uit je gedachten te zetten totdat de gelegenheid zich voordoet om te handelen. Geef de gewoonte op om je zorgen, zorgen en nog eens zorgen te maken over kleinigheden. Bij de meeste mensen zou je hun hersenen kunnen vergelijken met een voddenzak. Het is niet zo eenvoudig om indrukken te ontvangen vanuit de hogere wereld in dit samenraapsel van al die rommel. Als de hersenen volgepropt zitten, worden de geestelijke lichtstralen die hadden moeten doordringen, teruggekaatst. Misschien houden ze hardnekkig vol tot er eindelijk een stil moment wordt bereikt.

Maar als het denken is volgestouwd, hoe kan iemand dan indrukken van de hogere wereld ontvangen of de engel aan zijn zijde gewaarworden? Heb jezelf in de hand, wees de meester. Daar werken we allemaal voor - voor meesterschap. Een meester is nooit in de war of haastig. Wij vinden geen wanorde in zijn omgeving. Doordat hij meester over zichzelf is geworden, heeft hij vanzelfsprekend de beheersing over zijn omgeving en heeft hij dus geen last van een slechte gezondheid, heeft geen hoofdpijn, is niet verkouden of iets van dien aard. Nu zul je zeggen dat wij niet kunnen verwachten dat iemand van jullie een dergelijk peil bereikt. Nee, geliefden, niemand van jullie is een meester, maar dit is een ideaal waar we naar toe werken.
Lang geleden toen de mensen in kloosters werden aangenomen om hun leven aan God te wijden, werd het als een zonde beschouwd om ziek te worden. Uit een ander leven kunnen wij ons herinneren, dat broeders - Amerikaans-Indiaanse opperhoofden - geen ziekten kenden, zij verlieten hun aardse lichaam niet als gevolg van ziekte, (25) maar alleen dan wanneer hun incarnatie van dat moment tot een einde kwam en de tijd was aangebroken voor een periode van rust en bezinning in het leven van de geest. De geest trok zich dan terug uit het lichaam [overlijden is: overgeleid worden] en steeg op naar de hogere wereld voor verkwikking na gedane arbeid. Zoals het gezegde van de Oude Mysterie-leer: "Wij gaan van aardse arbeid naar verkwikking in de hemelen en na verfrissing gaan wij weer terug om op aarde te werken."

Verheug je op de tijd dat je heel en gezond zult worden. Het is de wil van je Vader dat dit zo hoort te zijn en er is geen reden waarom dit in je huidige leven niet kan worden bereikt. Wanneer de mensen tot ons komen voor hulp en leiding mogen wij niet altijd de grondbeginselen uitleggen die het welzijn en de gezondheid van de mens beheersen. Daarom proberen wij een gedachtengang aan te geven waaraan, naar wij menen, die speciale persoon het best kan beantwoorden. Wij vinden het niet verstandig om onze broeder waarheid voor te schotelen die tot gevolg heeft dat hij lange tijd nodig heeft om van de schok te bekomen. (26) Wij spreken dus als regel vriendelijk en geven hem het voedsel voor zijn geest dat hij op dat moment kan verteren. En dan houden wij een oogje in het zeil. Als de leerling dan blijk geeft ernstig te trachten die eenvoudige aanwijzingen te volgen, wordt er geleidelijk aan meer geopenbaard. Er bestaan geleidelijke manieren om iemand te helpen, en de waarheid die geschikt is voor de een hoeft niet geschikt te zijn voor iedereen.

terug naar de Inhoud

De juiste voeding
Er zijn echter een aantal basisregels voor het fysieke welzijn en fysieke training, die wij je zullen geven. Eén regel heeft betrekking op wat je zou behoren te eten. Je weet dat de mens behalve zijn fysieke lichaam subtielere lichamen heeft en zijn voedsel levert voedsel aan verschillende soorten atomen waaruit het fysieke lichaam en de etherische lichamen zijn samengesteld. Wanneer hij het grovere voedsel eet, stimuleert hij zijn grovere atomen. Wannee hij daarentegen geneigd is alleen zongerijpt voedsel tot zich te nemen, zoals vruchten, granen, noten en groenten, (27) zal hij de hogere aspecten van zijn wezen voeden en dus zo bijdragen aan zijn geestelijke ontwikkeling. Het eten van grover voedsel zal zijn training moeilijker en langer maken - dat is het verschil.
Vanaf de geboorte tot middelbare leeftijd en de dood ondervindt het lichaam verstopping als gevolg van ophoping van giftige stoffen. Het soort voedsel dat de westerse beschaving heeft geproduceerd, vertoont, wanneer het door het lichaam wordt geassimileerd, de neiging tot deze verstopping. Het water dat je drinkt heeft eveneens dit effect. Het verkeerde soort voedsel heeft de neiging verdikking van het bloed te bevorderen en veroorzaakt op middelbare leeftijd en in de ouderdom traagheid. Het doel is, wanneer je de weg van geestelijke ontwikkeling volgt, om de fysieke atomen te zuiveren en wanneer je een zuiver voertuig wilt hebben, moet je zuiver voedsel eten.
Het is beter om geen vlees te eten, want het komt zo vaak voor dat dieren in angsttoestand worden gedood; (28) het bloed en rood vlees zullen dan de angst en de grove trillingen op je overbrengen. Je zou walgen wanneer er werd voorgesteld om je naaste broeder op te eten. Je zou diep geschokt zijn, is het niet? Er is een tijd geweest dat gedegenereerde volken dit deden, maar dat beschouw je als een afschuwelijk iets. Het zal niet lang meer duren of het eten van vlees, van welk levend schepsel ook, zal als slechte smaak worden beschouwd, afgezien van de wreedheid die wordt toegepast. Wreedheid is een belangrijk onderwerp en hij die zich op het geestelijke pad begeeft, moet wreedheid in iedere vorm voorkomen. Er bestaat zoveel meer wreedheid dan alleen de wreedheid ten opzichte van onze broeder het dier. Het spijt ons te moeten zeggen dat de mensen zich de draagwijdte niet realiseren van de wreedheden die zij begaan, niet slechts op dieren, maar ook op hun eigen soort.
Dan komen wij op de moeilijke vraag van het roken. Wij zeggen nooit: "Doe dit of doe dat." Wij vertellen je alleen wat wij weten. De keus is aan jou. Het is werkelijk beter om niet te roken, beter voor je hele wezen. (29) Het draagt ten eerste bij tot zelfbeheersing wanneer je die gewoonte kunt overwinnen. Roken heeft de neiging om zowel het fysieke lichaam als de etherische lichamen te verstoppen en terwijl wij toegeven dat er mensen op de weg zijn die roken en die toch vooruit komen, kunnen zij echter alleen op een beperkt niveau functioneren. Roken is vergif, maar dat zijn thee en koffie ook. Als je niet zonder thee kunt, neem dan Chinese thee of kruidenthee.

Wij houden er echter niet van om fanatiek te zijn. Wij adviseren altijd de middenweg te nemen, met onderscheidingsvermogen, evenwicht en wijsheid. Maar naar alle waarschijnlijkheid zul je zien, nadat je de voet op het geestelijke pad hebt gezet, dat hoe meer je weet, hoe minder je zult worden beheerst door de begeerten van het lichaam. En dan, het is niet zozeer de keuze van het voedsel die het belangrijkste is, maar de aard van je gedachten en je kijk op het leven in het algemeen. Bedenk dat al je lichamen - fysiek, mentaal, astraal en geestelijk - de tempel zijn van de Heilige Geest, of de God-binnenin. (30) Daarom moet je voortdurend je best doen om je daarop af te stemmen, zodat je op de God-trilling leeft, immer strevend naar God.

terug naar de Inhoud

Je houding
Het juiste evenwicht en de juiste houding van je fysieke lichaam kunnen je helpen. Bijvoorbeeld, wanneer je je oefent om rechtop te staan, zoals alle ware Broeders behoren te staan, met de voeten naast elkaar in de juiste positie, met het gewicht rustend op de bal van de voet in plaats van op de hielen, de wervelkolom gestrekt en op natuurlijke wijze opgericht, dan brengt dit polarisatie van alle lichamen. Wanneer je in een stoel hangt en de wervelkolom gekromd is - al kan het zijn dat je je daarbij prettig voelt (voor ons zou het een onmogelijke houding zijn) - verzwakt de wervelkolom en de wervels gaan dan loszitten ten gevolge van deze slonzige houding. Hoe vaak de rugklachten ook gecorrigeerd worden, ze zullen naar alle waarschijnlijkheid toch steeds weer terugkomen. (31)
Door voortdurend streven kan en zal het een gewoonte worden om op de bal van de voet te staan en te lopen, recht, gemakkelijk en plezierig. Dit geeft je lichaam een goede en bevallige houding en een veerkrachtige gang. Heb je ooit een Indiaan zien lopen? Van hem zou je veel kunnen leren over houding en beweging. Je zult het op den duur ook veel prettiger vinden om rechtop te zitten, zodat je van je rug afhankelijk bent en niet van de leuning van je stoel voor ondersteuning. Je hebt dit al wel geprobeerd, zeg je en je krijgt er rugpijn van? Dat komt doordat je rug verzwakt is doordat je hem niet goed hebt gebruikt, maar God heeft de rug de kracht gegeven om je gemakkelijk en zonder moeite rechtop te houden.
Probeer het zelf maar en zie wat een verschil het maakt op je kijk op de wereld wanneer je goed rechtop gaat. Die houding lijkt je met licht te vullen en dat is wat er gebeurt, omdat het geestelijke licht dan bij de kruin kan binnenkomen en zonder belemmering naar de basis van de rug kan afdalen. Je voeten vrij en soepel, zoals ze horen te zijn, (32) zijn in staat om het magnetisme van de aarde zelf aan te trekken, want de voeten zijn twee belangrijke psychische centra, evenals de handen. Dit magnetisme dat door je aura circuleert, kan helpen om je kracht en vitaliteit te geven waar je zo naar verlangt.
Wanneer je voor geestelijke ontwikkeling zit, moet het hoofd rechtop worden gehouden, de rug recht en de handen losjes gevouwen in de schoot, het lichaam ontspannen en in volle gemoedsrust. Dit zal een positieve houding scheppen die je beveiligt tegen negatieve invloeden.

terug naar de Inhoud

Je ademhaling
Veel mensen sterven vóór hun natuurlijke tijd omdat hun lichaam vergiftigd is als gevolg van het verkeerde voedsel dat zij tot zich nemen, of door het over lange perioden inademen van onzuivere lucht die onvoldoende wordt uitgeademd. Het belang van yoga-beoefening wordt vaak niet erkend. Het westerse lichaam, zo zegt men, (33) heeft behoefte aan een andere, eigen vorm van ontwikkeling en de oosterling heeft een methode die niet geschikt is voor het westen. Wij willen je echter helpen met een methode die geschikt is voor het westen. Het is geen oosterse yoga, maar een vorm die je voor de leerling van het westen geschikt zult vinden.
Sommige mensen zullen je adviseren om iedere ademhalingsoefening te vermijden, maar als je ons plan wilt volgen, zal dat alleen maar een goed resultaat hebben. Je moet echter wel precies onze aanwijzingen volgen en niet op eigen gelegenheid gaan experimenteren. Het is niet goed om in het beginstadium te diep proberen te ademen of om de adem te lang in te houden, dat geeft hartkloppingen en duizelingen. Het is niet goed om een gevoel van spanning in je lichaam teweeg te brengen. Iedere ademhalingsoefening hoort harmonieus te zijn en hoort een gevoel van vrede en welzijn, en niet van ongemak te veroorzaken. Zoek altijd harmonie in geestelijke oefening, houd de ellebogen (figuurlijk gesproken) goed ingetrokken, fysiek, mentaal en geestelijk. (34)

Bijna niemand ademt goed uit en ledigt de longen voldoende. Te veel mensen ademen alleen met de top van de longen, zodat een ophoping van oude en verontreinigde lucht in de diepere luchtwegen achterblijft. Dit is een slechte gewoonte die een heel leven kan voortduren. Leer om diep te ademen en volledig uit te ademen; dit wordt echter niet gauw een gewoonte zonder behoorlijke oefening. Je moet ook leren om langzaam, rustig en harmonieus te ademen, langzaam de lucht dieper en dieper in te ademen, totdat je de longen vult en dan weer ledigt en dan de lagere delen van de longen en de ribben uit te zetten bij de inademing.
Hier is dan een oefening: eerst de neus goed schoonmaken, sta dan zo mogelijk voor een open raam. Streef bij het inademen naar God, voel dat God bij je naar binnen komt. Zend dan, als je uitademt, je zegening naar alle leven uit. Deze inademing zorgt ervoor dat het geestelijke zonlicht je vult en verlicht en doordringt tot het chakra ['chakra', Sanskriet: rad, wiel] of psychische centrum op het voorhoofd. (35) Vanuit dat centrum kan je het licht doorzenden naar het hartcentrum om geestelijk zonlicht naar het zaadatoom te brengen waarover wij later zullen spreken - dat in het hart gelegen is. Doe dit dagelijks als je kunt en zo lang als je wilt, maar zonder forceren.
Wanneer je je oefent om juist te staan, te zitten en te lopen, goed rechtop, dan benadruk je ook de juiste geestelijke houding - met schitterende ogen die recht in het licht van de zon zien, zodat je niets anders dan de heerlijkheid van de zon ziet, de glorie van Christus. Je ziet dan niet de verwarring van het aardse denken om je heen, maar alleen het stralende licht van Christus.
Adem met rechte rug en goede houding dit licht, waar je blik zich op heeft gevestigd, in - adem het in en neem het op, zend het dan heel vanzelf naar al het lijden op aarde. Zie je wat een geleidelijk, natuurlijk en vredig proces dit is wanneer je je er in alle harmonie op concentreert?

Nog een laatste woord: wij hebben je vaak verteld dat je ruimschoots water moet gebruiken, zowel in als uitwendig. O! bezaten wij maar de macht om jullie allen te voorzien met een stroom van kristalhelder en zondoordrenkt water, (36) waarin jullie dagelijks kunnen baden en dat jullie kunnen drinken. Dit is natuurlijk onmogelijk wanneer de meesten in overvolle steden wonen, maar wij kunnen ons heel goed herinneren hoe wij genoten in het kristalheldere water van de stromen in ons eigen land van lang geleden. Een koud bad is een vrij spartaans alternatief en wij willen je dan ook weer adviseren nooit aan iets te beginnen dat het organisme onnodig en te plotseling doet reageren. Werk altijd voor harmonie en ga niet tot uitersten.
Heel warme baden zijn ook ongezond, wij stellen daarom voor dat je de temperatuur van je bad verlaagt en je na afloop stevig masserend afdroogt. Geniet ervan maar niet zo, dat je er moe van wordt. Gebruik gefiltreerd of gekookt water om te drinken, want het water in de stad is vaak verontreinigd door onzuiverheden en schadelijke mineralen die een nadelig bezinksel achterlaten. Drink wat water voordat je iedere morgen met je ademhalingsoefening begint en wanneer je drinkt, denk dan bij wat je doet. (37)
Denk: "Ik drink dit slokje water en daarmee neem ik Goddelijke wijsheid in mij op." Neem dan een volgend slokje en denk: "Ik neem Goddelijke Liefde in mij op!" Neem weer een slokje en denk: "Ik neem Goddelijke Kracht in mij op!" Zo zal iedere teug die je neemt je opmerkzaam maken op een aspect van de Godheid en zodoende zul je steeds je fysieke en je subtielere lichamen zuiveren. En zeg dan het volgende gebed: "Adem op mij, Adem van God - opdat ik op mijn beurt mag leven om alle mensen, alle schepsels, alle leven te zegenen - " Adem dan die God-adem in! (38)

terug naar de Inhoud

2. De menselijke aura (etherische, elementale, astrale, mentale en hemelse lichaam)
Wij willen nu spreken over de menselijke aura, terwijl we bedenken, dat het alleen door het medium van de aura is, dat personen in de geest met je in verbinding kunnen treden. Er worden vele verschillende uitdrukkingen gebruikt voor de diverse subtielere lichamen van de mens, en de termen die wij gebruiken zijn wellicht anders dan waaraan je uit andere scholen gewend bent, maar we zullen proberen het onderwerp zo eenvoudig mogelijk te houden. Tenzij je een veelomvattende kennis hebt, bestaat het gevaar om de aura verkeerd te lezen.
a. De helderziende wiens geestelijke oog zich juist begint te openen, ziet waarschijnlijk alleen een aura van enige centimeters en van een blauwachtige kleur, die van het fysieke lichaam uitstraalt. Hij verklaart dan dat hij de hele aura ziet. Wat hij echter ziet is de vitale levenskracht die in het fysieke lichaam doordringt en die als medium tussen het geestelijk en het aardse leven wordt gebruikt. (39)
Deze speciale aura - het etherische of vitale lichaam - is nauw verbonden met het zenuwstelsel en verzamelt grotendeels wat zich later als slechte gezondheid in het fysieke lichaam manifesteert, het houdt de verontreinigingen vast dat door het lagere verstand van de mens daarin is gebracht, door verkeerde gedachten, verkeerd voedsel en verkeerd leven.
b. Er is een bepaalde vorm herkenbaar die met het fysieke lichaam is verbonden en die het elementale lichaam wordt genoemd. Dit is niet slecht, het heeft zijn plaats in de evolutie, niet alleen van de mens, maar ook van andere levensvormen. Men heeft ons wel gevraagd hoe het komt, dat, zolang men in het fysieke lichaam leeft, de aantrekkingskracht van het kwade zoveel sterker is dan de aantrekkingskracht, de aspiratie van het goede. Je vindt het antwoord hierop in dit elementale of begeertelichaam, dat erg sterk is in de meeste mensen.
De mens moet in de loop van zijn ontwikkeling leren dat het 'hoger zelf' (dat slechts gedeeltelijk in de meesten van ons aanwezig is) (40) de volledige beheersing moet verkrijgen over dit elementale lichaam. Het tehuis van de menselijke 'ego' bevindt zich in het hemelse lichaam, de hoogste en zuiverste aura van de mens. Een bevel van het ego daalt als intuïtie af naar het bewustzijn van de mens, jullie noemen dat het geweten.
Toch heeft de mens ook dat elementale lichaam in zijn evolutie nodig als een soort last, die hem aan de aarde gebonden houdt. Jullie voelen allen deze trek, maar die moet niet als slecht worden beschouwd, want dit bevordert de groei van het geestelijke of godsbewustzijn en daarvoor komen wij allen terug op aarde om dat godsbewustzijn te ontwikkelen.
Wij spraken reeds over het vitale lichaam dat in wezen geen aura is, maar een uitstraling van het fysieke lichaam. Dat verdwijnt bij de dood van het fysieke lichaam met uitzondering van een klein gedeelte, dat in de hoogste aura wordt opgetrokken, dat wij de hemelse aura zullen noemen. De reden hiervan is dat door het contact met de aarde bepaalde lessen zijn opgenomen, die bewaard blijven om in toekomstige levens te worden gebruikt, (41) niet noodzakelijkerwijs in de hemelse wereld, maar in toekomstige incarnaties.
c. Het volgende lichaam is het astrale lichaam. Dit lichaam wordt gewoonlijk door de helderziende gezien, hij zal het beschrijven en zal vertellen, dat het verschillende kleuren heeft.
d. Na dit astrale lichaam of deze aura volgt het mentale lichaam;
e. verder dan het mentale lichaam strekt zich het hemelse lichaam uit, dat in sommige scholen het causale lichaam wordt genoemd.

De aura van het astrale lichaam is of uit grovere stof of uit meer fijnere stof samengesteld, al naar gelang de kwaliteit van het menselijke bewustzijn. Als het elementale lichaam erg sterk is en macht uitoefent, zal het astrale lichaam altijd grof zijn en de kleuren zullen als gevolg daarvan dan eerder grauw dan mooi zijn.
Wanneer de ziel de werkelijkheid van het geestelijke leven erkent en het doel van haar incarnatie, dan zal het astrale lichaam verfijnen en zullen de kleuren mooier worden. De bestendigheid van de aura hangt af van het gelijkmatig onderhouden van de geestelijke strevingen en van verfijnde smaak. (42)

De aura verandert heel snel. De kleuren kunnen soms helder en lichtend opflitsen en op andere momenten kunnen kunnen ze verkleuren en dof worden. Zo kan de aura de ene keer als blauw worden omschreven en als rood of geel of enig andere kleur op een ander moment en dat is verwarrend.
De kleuren van het astrale lichaam veranderen en wisselen totdat de ziel meer evenwicht heeft gevonden en weet wat zij wil; dan brengt zij een voortdurende trilling van devotie of liefde of geestelijk streven in de aura. Dan kunnen blijvende kleuren in de aura worden gezien, ook zelfs van de hogere aura's. Dat wil zeggen dat de hogere mentale en de hemelse aura's van het lagere lichaam absorberen.
Het hemelse lichaam is het permanente lichaam in de hemelen, de tempel waar de oude mysteriescholen over spreken. In de maçonnieke scholen symboliseert het bouwen van de tempel het bouwen van het hemelse lichaam.
De omvang van de aura zal variëren. Die van een onontwikkeld persoon zal een diepte hebben van zo'n 10 tot 20 cm en (43) men krijgt de indruk van een soort mist. Wanneer de ziel haar hogere bewustzijn heeft ontwikkeld, wordt de aura evenwichtiger en waaiert en zweeft niet meer zo. Bij de mensen die niets van dit geestelijk leven afweten, zal de aura erg onbepaald zijn en zal voornamelijk uit sombere rode en bruine en oranjebruine kleuren zijn samengesteld.

De lagere instincten die van het begeertelichaam uitstralen worden door de bruine en zwarte kleuren in de aura vertegenwoordigd. Het astrale lichaam van de doorsneemens, zoals wij reeds zeiden, kan variëren van de doffe sombere kleuren, die mistig en slecht te onderscheiden zijn tot de prachtige, goedgevormde aura, eivormig en samengesteld uit duidelijke en harmonische kleuren.
Uitgaand buiten deze aura, kan men een zelfde eivormige aura waarnemen van een fijnere en meer etherische substantie. Dit is de aura van het mentale lichaam. Deze kan eveneens snel veranderen met de verandering van de gedachten. Verder uitstrekkend en gedeeltelijk doortrekkend bevindt zich dan de aura van het hemelse lichaam, (44) prachtig van vorm en van bijna niet te beschrijven kleuren, die hun aardse equivalent nauwelijks hebben. In dit hemelse lichaam trekt het ego van de mens zich ten slotte terug nadat het door alle aardse ervaringen, alle ervaringen van het astrale lichaam met inbegrip van het Zomerland, en het mentale leven, is heengegaan. Al deze levensomstandigheden kunnen alleen door de overeenkomstige aura's worden benaderd.
Versta ons niet verkeerd, de aura van gewone, goede, vriendelijke en behulpzame mensen zal aangenaam zijn om te zien, alleen niet erg permanent of sterk. De sombere kleuren zullen alleen aan de basis van de aura worden gevonden en de mooiere kleuren boven de zonnevlecht.

In een hoogontwikkeld persoon kan de aura zich wel enkele meters uitstrekken en in het geval van een adept of meester wel een mijl of zelfs verder! Wanneer dus een vriendelijk, ontwikkeld iemand in onze nabijheid komt, al kunnen we de geest niet zien, dan kunnen toch de meesten van ons die aura voelen of ruiken. De aura heeft een geur die bij een meester of adept onmiskenbaar is. (45) De aura van een hoogontwikkeld iemand zal zijn eigen harmonie meebrengen. Wanneer je in meditatie bent en een van de groten nadert, dan kun je zijn komst aangekondigd horen door melodieuze klanken. Vermoedelijke hebben enkelen van jullie dat wel eens ondervonden.
Men heeft ons wel gevraagd wat precies wordt gezien als een helderziende de verschijning of het lichaam van een adept beschrijft. Het kan een gedachteprojectie zijn van de adept of het kan een projectie zijn van het astrale lichaam. In het geval van een jonge leerling die een weldadige aanwezigheid gewaar wordt, die zegent en de essence in zijn aura achterlaat, zal dit een gedachtenprojectie zijn. Maar als er een bepaalde taak te volbrengen is en een gesprek plaatsvindt, zal het een projectie van het astrale lichaam zijn.

Je bouwt je aura's terwijl je op aarde bent en draagt door je verlangens bij aan je astrale lichaam (gevoelens), en door het astrale lichaam naar de mentale (gedachten) en de hemelse lichamen. Je bouwt het hemelse lichaam met je daden en reacties, je gedachten en verlangens. (46) Je doet meer, je creëert substantie vanuit de hogere ethers die zich te zijner tijd op aarde zal manifesteren wanneer je weer incarneert.
Levend in die hogere sferen in die hemelse gebieden, vanwaar de mens afdaalt voor incarnatie, beseft hij dat hij bepaald materiaal nodig heeft. Hij is nog niet tevreden met zijn tempel. Hij weet dat de enige manier om meer en beter materiaal te vinden zijn teruggang naar een leven in de stoffelijke vorm is en dat materiaal zo nodig te verdienen.
Al het materiaal dat niet in het lichaam wordt gebruikt, vervalt en wordt verteerd; alleen dat wat nuttig is, wordt behouden. Dit zouden wij het permanente zaadatoom kunnen noemen. Dit permanente atoom verschaft het materiaal voor voertuigen die we zullen bewonen in onze volgende incarnaties. Het is daarbij van wezenlijk belang zich te richten op de leiding van de geest en niet toe te staan dat het elementale lichaam de overhand heeft. (47)

Gebed is een krachtig middel dat met gepaste ernst en nederigheid kan worden gebruikt. Bid voor één enkele zaak en dat is Gods liefde, bid voor het versterken van Gods licht, niet voor onszelf, maar opdat anderen er hun voordeel mee kunnen doen en door het licht kunnen worden gezegend. Dat is de beste manier om te bidden. Bid voor God, bid voor het goede voor je broeder en zuster, en geef dan alles over aan God. "Niet mijn weg, O God, maar Uw weg. In Uw liefdevolle zorg beveel ik allen aan die ik liefheb, Uw wil geschiede op aarde zoals hij geschiedt in Uw hemelse wereld." (48)

terug naar de Inhoud

3. Communicatie tussen twee werelden
Wij [begeleiders] willen je helpen je bewustzijn te verheffen [geestelijk te ontwikkelen] tot de sferen waar harmonie, liefde [voelen] en waarheid [denken] heersen. Het doel van het ontwikkelen van innerlijke krachten [geestelijke vermogens] - die iedereen in meerdere of mindere mate [in aanleg] bezit - is dat je je bewust wordt van de geest, die je in staat zal stellen [willen] om de indrukken van harmonie [gevoelens] en waarheid [denken] van de wereld van de geest en van mensen, in de geest te ontvangen [waar te nemen].
Waarheid is een geestelijke wet, een werkelijkheid die de wet van God weerspiegelt. Maar wij moeten ons fysiek, mentaal en geestelijk voorbereiden voordat wij de waarheid, die in de geestelijke wereld bestaat, kunnen weergeven.

Wij hebben veel horen praten over psychische zaken en het bewijs van het leven na de dood dat verkregen kan worden door psychische getuigenissen, met grote nadruk op het wetenschappelijk standpunt, alsof het geestelijke standpunt niet wetenschappelijk zou zijn. (49) Deze opvatting zouden wij recht willen zetten en duidelijk maken, dat niets onwetenschappelijk is in geestelijke wetten.
Geestelijke wetten zijn eeuwig waar, terwijl de uitspraken van de aardse wetenschap bijna met het jaar veranderen, zodat wat vandaag als waar wordt beschouwd, morgen wordt afgeschaft en in de vergetelheid raakt [?]. Met geestelijke wetten is er geen andere verandering dan een voortdurende ontwikkeling en groei. Meer en meer waarheid wordt aan de mens geopenbaard als zijn innerlijk groeit in ontvankelijkheid, maar de wet is blijvend.

Geestelijke wetenschap is ware wetenschap. Wanneer iemand deze kosmische en geestelijke wetten gewaar wordt [waarneemt], ze toepast en leeft [willen], dan is hij waarlijk een man van wetenschap.
Laten wij dan eerst vaststellen en begrijpen, dat geestelijke ontwikkeling van de innerlijke eigenschappen ['innerlijke eigenschappen': de geestelijke vermogens, waarnemen, denken, voelen en willen] in haar geheel een wetenschappelijk proces is.
Wanneer je wetten van God ontkent, zal chaos ergens in je wezen het resultaat zijn. Maar wanneer je de wetten van God bestudeert en je je daaraan houdt, (50) wanneer je de innerlijke fluisteringen van je geest gehoorzaamt en je je stap voor stap op het pad begeeft dat voor je ligt, zul je een bron van wijsheid in je hart [in jezelf als geest] ontdekken; en eveneens een ontwikkeling van het hart [jezelf als geest] veroorzaken, zodat het zich uitbreidt om zowel de hoogten als de diepten van het leven te raken.

Merk dat wij zeiden de 'diepten' [de algeest]. Het bewustzijn van de mens moet zich naar beide zijden van de weegschaal ontwikkelen. Je bewustzijn en aura moeten zich uitstrekken om de hoogte, diepte en breedte van het leven te omvatten [de algeest] en tijdens dat proces van ontwikkeling zal je verdraagzaamheid en grote liefde voor het leven en je medeschepselen verwerven [want allen in feite algeestvonken]. Je zult door niets meer worden afgeschrikt of afgestoten, je zult aanvaarden en begrijpen dat de mens in al zijn stadia in een proces van ontwikkeling is, op weg naar God uit wie hij voortkwam.

De ontwikkeling van je innerlijke zintuigen [de chakra's, die met de vermogens samenhangen] is het proces waardoor je innerlijke kracht en kalmte zult verkrijgen, en dit zal je lichaam zuiveren, versterken en de gezondheid ervan herstellen. (51) Het is wetenschappelijk te zeggen dat het instromen van licht in je hartchakra en het circuleren door al je lichamen, fysiek, etherisch, astraal, mentaal en hemels, het geheel versterkt en verheerlijkt.
Een geestelijke man of vrouw is niet zwak. Reken af met het idee dat geestelijk-zijn inhoudt dat iemand overgevoelig en teruggetrokken is. Goed, het is waar dat sommige mediums als broze bloemen zijn die door iedere flinke wind heen en weer worden geblazen, maar dat vindt zijn oorzaak in een onevenwichtige gevoeligheid die er de voorkeur aan geeft geestelijke groei te bevorderen, maar niet in staat is een gezond lichaam en gezonde levensopvattingen te bevorderen.
Neem je voor om de veilige weg van karaktervorming te volgen, te leren om grotere liefde voor je medemensen tot uiting te brengen en je aura op een geestelijk wetenschappelijke manier te ontwikkelen. Wanneer de fysieke wetenschap aanvaardt om door geestelijke wetenschap te worden geleid, zoals dat in de toekomst zal gebeuren, dan zullen zekere geheimen die in de Oude Wijsheid besloten liggen, weer worden teruggegeven aan de mensheid. (52)

Als de geestelijke ontvankelijkheid van het mensdom groeit, zal de sluier tussen de aarde en de astrale gebieden langzaam dunner worden en zal de nauwe verwantschap tussen de twee duidelijker worden. Ervaringen, zoals astraal reizen, zullen mogelijk worden en zelfs algemeen, ook terwijl de mens nog in zijn lichaam is, zij zullen als bewijs dienen voor de onwerkelijkheid van de dood. Wanneer je geestelijk groeit, zal er een zekerheid in je hart ontstaan die sterker is dan iedere overtuiging door studie van bewijsmateriaal en die zal ten slotte deel uitmaken van je gehele wezen.
De zogenaamde doden zijn nooit gestorven! Je zult zonder enige twijfel weten dat je eigen overledenen bij je zijn, maar die overtuiging zal niet gefundeerd zijn op bewijsmateriaal van het uiterlijk denken, maar wel op een innerlijke waarneming, die je door niets of niemand kan worden ontnomen. (53)

terug naar de Inhoud

De astrale gebieden
Wanneer de aangeboren geestelijke vermogens worden versterkt, kunnen moeilijkheden en verwarring ontstaan, vaak door gebrek aan ervaring, omdat de verbinding met het astrale eerst niet uitreikt boven wat wij het niveau van illusie zullen noemen, of het gebied dat direct om de aarde te vinden is. Toch kan het contact met dit gebied je waardevolle, alhoewel soms pijnlijke, lessen voorzetten. Een van de belangrijkste van deze lessen is die van onderscheiding, of het vermogen om het ware van het onware te onderscheiden.
Denk niet dat de astrale gebieden heel ver zijn verwijderd van de aarde [de sfeer van de aarde]; zij zijn in werkelijkheid zo dichtbij dat menig occulte school het astrale gebied min of meer als een verlengstuk van het aardse leven beschouwt, dat niet in soort, maar slechts in gradatie verschilt. Zo wordt het duidelijk dat de invloed van degenen in het astrale gebied zich uitstrekt naar het leven op aarde en dat 's mensen eigen gedachten en gevoelens (54) op hun beurt van invloed zijn op de bewoners van het astrale gebied.

De bewoners van de grovere en de lagere astrale sferen [de sfeer van de aarde] kunnen de mensen van gelijke afstemming op aarde bereiken en op deze manier tweedehands ervaringen opdoen van sensaties, die hen eens op aarde bevredigden. Veel mensen op het lagere astrale gebied hunkeren om naar het fysieke leven terug te keren en hun verlangens door het contact met de aarde te kunnen bevredigen. Door jouw wijsheid en liefde kunnen zij echter geholpen worden en door hen te helpen, kun je eveneens die mensen op aarde bijstaan en beschermen, die anders door hen zouden worden lastiggevallen.
Wanneer de ziel bij de dood het fysieke lichaam verlaat, vervolgt zij haar weg door deze lagere gebieden meestal snel. Gedurende deze reis dringen allerlei herinneringen zich aan de ziel op. Dit is geen wezenlijke toestand en zal ook niet lang duren. Maar als de ziel zich gedurende haar aardse leven voornamelijk op materiële zaken heeft gericht, zal zij zich na de dood van het lichaam vastklampen aan de illusie van de materie (55) en daarom zal het langer duren voordat zij de hogere werelden van waarheid en realiteit kan bereiken. Er zal een stadium in je ontwikkeling komen waarin je zeker contact zult maken met deze wereld van illusie, het zal een subtiele en verontrustende ervaring zijn, die ten slotte toch waardevol zal blijken. Je ontvangt misschien boodschappen die je heel betrouwbaar voorkomen en die je toch zullen teleurstellen en desillusioneren.
Laat je niet ontmoedigen door deze ervaringen. Zij horen bij het verloop van je training en je kunt beter teleurstelling ondergaan dan deze ervaring geheel ontwijken. Het is een staat van bewustzijn waar iedere ziel doorheen moet.

Jullie hebben allen het vermogen om indrukken te ontvangen van en te communiceren met wezens uit de andere wereld, jullie zijn allen een medium in zoverre dat je ontvankelijk bent voor de geest; maar de kwaliteit van de ontvangen boodschap zal afhangen van de kwaliteit van je eigen bewustzijnstoestand. Door het contact met de wereld van illusie [de sfeer van de aarde] zul je het vermogen ontwikkelen om waarheid te onderkennen, (56) om waarheid te onderscheiden van schijn. Het aardse leven kan bedrieglijk zijn, dingen en mensen zijn niet altijd wat ze lijken. Het is een belangrijk onderdeel van je geestelijke ontwikkeling om het ware gevoel van onderscheid te ontwikkelen.
Boodschappen die onjuist blijken te zijn, hoeven niet verkeerd bedoeld te zijn. Zij kunnen je met opzet gegeven worden om je te helpen kracht en kalmte te verwerven. Zie ze niet als kwaad, maar leer om ze wijs en met beleid te aanvaarden. Wanneer je leermeester je lessen opdraagt, zal hij in de eerste plaats oog hebben voor het hele stelsel van geestelijke ontwikkeling. Zijn liefde voor jou is zuiver en staat boven persoonlijke beperkingen. Zijn gedachte en ideaal zijn niet alleen bedoeld voor één persoon, maar voor het welzijn van het geheel. Boodschappen die je vleien en iets persoonlijks en van zelfzuchtige aard beloven, worden je misschien gezonden om je te testen.
Er kunnen zich bij geestelijke ontwikkeling schijnbaar tegenstrijdige of paradoxale beweringen voordoen. (57) Maar overweeg zorgvuldig al wat er wordt gezegd. Als beweringen tegenstrijdig lijken, probeer ze dan met elkaar te rijmen. Waarheid heeft altijd meer dan één aspect en vele wegen leiden tot God. Wees daarom niet dogmatisch, veroordeel niets en niemand, en laat je benadering van de waarheid ordelijk, systematisch en geduldig zijn.

terug naar de Inhoud

Geestelijke communicatie
Je moet je voorstellen dat spiritistische communicatie een noodzakelijk eerste stap was bij de voorbereiding van 's mensen denken en hoger begrip voor het ontvangen van hogere waarheden. De spiritist ontdekte proefondervindelijk dat hij in staat was om contact te maken met vele omstandigheden en met een verscheidenheid van zielen in die plaatsen die de aarde omgeven en die niet alle even behulpzaam bleken; sommigen waren zelfs het tegendeel. (58)
De manier om betere contacten te verkrijgen, is om te streven naar onzelfzuchtigheid, en door het versterken en vervolmaken van je karakter. Geen schimachtige ziel uit de gebieden van de illusie kan in je aura toegang verkrijgen, tenzij er enig punt van overeenkomst is, de een of andere donkere plek die aantrekt; dan kan er verwarring en onheil ontstaan.
Wij zeggen nogmaals dat geen enkele verontruste of vertwijfelde ziel je aura binnenkomt of je op een of andere manier kan kwetsen, wanneer jij je met kracht hebt voorgenomen haar buiten te sluiten, want dan is de toegang verzegeld en ben je meester geworden in je eigen huis. Niemand kan je ooit kwaad berokkenen, tenzij er ergens een zwakte, domheid of ijdelheid in jezelf schuilt, die [kwaadwillenden uit de geestelijke wereld] daartoe uitnodigt.
Het is in bepaalde omstandigheden goed om te trachten de kloof tussen de zojuist overgegane ziel en hen die achterbleven, te overbruggen. Het is alsof iemand die je lief is, op een lange reis is gegaan en die het gelukt is om ons het geruststellende bericht te sturen dat hij veilig in goede gezondheid is aangekomen, en dat hij zich gelukkig voelt in zijn nieuwe land. (59)

Of misschien is er een misverstand dat de nieuw aangekomen ziel ernstig wenst recht te zetten, of het blijkt dat degeen die achterbleef, hulp en troost nodig heeft. Om deze redenen of nog andere even waardevolle redenen, is het daarom juist contact te zoeken middels een medium, maar als dat contact er eenmaal is geweest en vrede en troost voor de zielen aan beide kanten van de sluier tot stand zijn gebracht, dan moet men beseffen dat beiden, degeen die achterbleef en de geliefde in de geest, belangrijk werk wacht, dat zij een eigen leven moeten leiden en persoonlijke verantwoordelijkheid op zich moeten nemen. Dring je zorgen en verantwoordelijkheden niet op aan de wereld van de geest door raad en leiding te vragen voor dingen, waarover je zelf behoort te beslissen en die je zelf kunt hanteren. Wees moedig en neem het leven weer opgewekt op, want daardoor zul je steeds dichter tot je geliefde in de geest groeien.

Sommige geesten komen met een speciale opdracht terug om mensen op aarde te helpen. (60) Hieronder bevinden zich de gidsen en helpers die lange jaren nodig hebben om communicatie op te bouwen tussen twee bestaanssferen. Hun diensten zijn zowel opofferend als waardevol en moeten als zodanig worden gewaardeerd, terwijl de uren die aan deze vorm van communicatie worden besteed, als heilig moeten worden beschouwd.
Niet iedereen die naar de andere wereld overgaat komt terug om met mensen op aarde in contact te treden. Voel je daarom niet te bedroefd als er voorlopig geen bericht komt van een bepaalde geliefde. Weet dat hij is gegaan om een plaats voor te bereiden en dat je uiterlijke leven en dat van hem (dat nu een innerlijk leven is geworden) voor enige tijd gescheiden zijn, totdat je hebt geleerd om je innerlijke wezen vrij te maken, zodat het hem kan trachten te benaderen.
Ons doel is ieder te helpen zijn geestelijke eigenschappen te ontwikkelen, zodat een teder en sereen contact tussen hen in de wereld van de geest en jezelf niet alleen mogelijk is, maar tevens heel natuurlijk en goed. (61)

Er bestaat geen scheiding in de geest. Alleen de zelfzucht scheidt, en veel van het verdriet van het verlies is te danken aan jezelf. Wees zonder medelijden wanneer je jezelf beoordeelt, vind dan uit hoeveel van je bittere wrevel door je verlies en daarop volgende eenzaamheid wordt veroorzaakt door egoïsme en zelfmedelijden. Zet deze opzij wanneer je contact wilt maken, want zij zouden zowel jezelf als je geliefde kunnen schaden.

terug naar de Inhoud

De mens naar het beeld van God geschapen
Waarom denk of voel je je afgescheiden en alleen, terwijl alles samenwerkt tot eenheid? Ieder leven is een druppel water in de oceaan; een druppel kan zich verenigen of afscheiden van zijn oceaan, maar blijft steeds water en is dus een [onafscheidelijk] deel van het geheel.
Zo is eveneens (om de analogie voort te zetten) iedere menselijke geest een God in aanleg en de mensheid als geheel is een opeenhoping van kleine God-cellen, allen tot een eenheid met God verbonden. Ieder behoudt de mogelijkheid zich af te scheiden van zijn medemensen, maar nooit van God. Het meest innerlijke van de mens is in wezen goddelijk [de menselijke geest is een verdichting in de algeest, een algeestvonk]. De mens is naar het beeld van God gemaakt, naar Zijn gelijkenis. (62)

[En God zei: Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis, […].
En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.
Genesis 1:26-27]
[Denk bij het beeld van de druppels in de oceaan of van de verdichte algeestvonken in de algeest, ook aan de uitspraak van de natuurkundige Erwin Schrödinger, die erop heeft gewezen "dat elementaire deeltjes in de kwantumtoestand niet in een individueel gedefinieerde toestand verkeren, maar collectieve toestanden bezetten en dat die toestanden altijd met elkaar 'verstrengeld' zijn".
De deeltjes zijn verdichtingen in bijvoorbeeld het elektromagnetische veld, dat zich tot in het oneindige uitstrekt. De deeltjes zijn ook verstrengeld met het veld.]

Wanneer de mens deze alles te boven gaande waarheid ten volle beseft, zal alles wat laag en werelds is worden verdreven. Dan zal de mens niet langer denken en voelen in termen van 'hier en daar' maar van 'overal', waar niets zich ooit kan afscheiden van God [want verblijvend in de algeest], waar niemand alleen voor zichzelf leeft en waar tranen, verdriet en dood hun greep op de mens hebben verloren.
Jijzelf als persoon bent zowel je schild als je slavernij [de geestestoestand van vereenzelviging met wat je zelf niet bent]; wanneer je al je gedachten en gevoelens op je eigen persoon richt [de zelfgerichtheid], sluit je je kern [jezelf als geest] als een gevangene in [de vereenzelviging met het zelfbeeld en het lichaam]. Onder dat uiterlijke ligt de individualiteit, de ware mens [de menselijke geest], waarvan banden van belangstelling, medeleven en liefde, zich [zouden kunnen] uitstrekken naar iedere andere ziel [persoon, geest], naar ieder levend schepsel, naar de wereld van engelen, naar Christus, naar God.
Dit moet wel zo zijn, want er staat geen andere weg open naar het innerlijk. Het moet zichzelf meedelen aan alle leven en zijn enige beperking is de grens van het universum zelf. Wij zijn naar Gods beeld geschapen, het hele universum [de algeest] is van God; en de mens is ook goed, [want] is God. (63)

terug naar de Inhoud

4. Wijsheid van de overzijde

Ontwikkeling door beheersing
Jullie verlangen er allen naar om door de hogere machten te worden gebruikt, door je gidsen en leermeesters van het geestelijke leven. Ofschoon sommigen van jullie reeds op de hoogte zijn van het bestaan van je gids, is het toch mogelijk dat je niet weet hoe je door de Oudere Broeders kunt worden gebruikt. Je beseft misschien niet dat je eigen gids onder de leiding van de Oudere Broeders werkt en terwijl zij je gebruiken, zijn zij tevens in staat om je bij te staan in je geestelijke ontwikkeling.
Wanneer je onzelfzuchtig verlangt, gebruikt te worden om de mensheid te dienen, te inspireren, te genezen en te zegenen, zul je stellig het weldadige licht van de geest in je aura opnemen. Je gids zal dan als dienaar van het licht worden aangetrokken. Vergeet niet dat iedereen een medium kan zijn, jullie kunnen allen worden ingezet al naar jullie speciale gaven. Je kunt bijvoorbeeld een genezer, een leraar, een musicus, een schrijver of een kunstenaar zijn. (64)

Wat je bijdrage aan de mensheid ook mag zijn, wanneer je ernaar streeft je op de onzichtbare gebieden af te stemmen, word je gebruikt als kanaal of medium door de wijzen van de andere zijde. Laten wij je eraan herinneren dat iedereen door reïncarnatie terugkomt om bepaalde eigenschappen te ontwikkelen die [de voortbrengselen daarvan] zullen worden ingebouwd in je hogere lichaam, je tempel in de hemelse wereld.
Een ingewijde heeft alle [voortbrengselen van] eigenschappen in zijn hogere, geestelijke lichaam ingebouwd, die nodig zijn om een God-bewust mens te zijn, en als dit is bereikt, is er geen reïncarnatie voor de ziel [de persoon] meer nodig, behalve wanneer die zelf wenst terug te komen om de mensheid te helpen.

Maar wij leggen er de nadruk op dat jullie allen nog heel menselijk zijn; bepaalde geestelijke eigenschappen zijn ten dele ontwikkeld en er is nog een zekere hoeveelheid dichte stof in je astrale lichaam verweven. Wanneer je nalaat om je hartstochten, je gedachten en gevoelens te beheersen, dan veroorzaak je een belemmering voor de geestelijke doorstroming in je aura. (65) Dan geef je niet de zuivere trillingen door aan je gids en aan de Oudere Broeders, die erop wachten om je te kunnen 'gebruiken' [als zij erop moeten wachten, is het geen 'gebruiken' maar een 'met je samenwerken']. Streef dus naar beheersing - beheersing van het fysieke lichaam, van je gevoelens, van je denken - niet zo zeer door alleen wilskracht maar door dagelijks omhoog te streven, om die pure en heilige levenssferen aan te voelen.

Geest is licht. Het hogere zelf van de mens, dat ook wel causaal lichaam wordt genoemd, is een lichaam van licht en wanneer je naar de gebieden van licht streeft, neem je in je hart-, je hoofd- en je keelcentrum van deze subtielere lichamen de eigenschappen van een verlicht leven op. Ik vraag mij af of je dit kunt begrijpen en beoordelen?

terug naar de Inhoud

De gebouwen der wetenschap
Sommigen van jullie worden gedurende de slaap meegenomen naar de gebouwen der wetenschap in de wereld van de geest, waar je luistert naar de lessen van een van de grote Meesters van Wijsheid en waar je wellicht wordt geoefend voor een bepaald werk. (66) Je ontvangt waarheden die je opslaat, zodat wanneer je terugkeert, nieuwe ideeën plotseling in je opkomen - op voorwaarde dat je op de hemelse wereld blijft afgestemd. Op zo'n moment denk je dan: "Wat een gelukkige inval! Hoe kwam ik daar eigenlijk op?"
Wat in wezen gebeurde, was dat wanneer je fysieke hersenen meer ontvankelijk worden voor inspiratie van je hogere denken, je meer attent wordt op een waarheid waarover je in de gebouwen der wijsheid in de hemelen hebt geleerd. Of misschien, wanneer je schrijft, komt er een golf van inspiratie en je begint je af te vragen of dit slechts uit je onderbewustzijn komt of dat het werkelijk een boodschap van je gids is. Je gids kan je hogere denken gebruiken om waarheden te formuleren die je fysieke hersenen[?] in woorden omzetten, voordat zij in spraak of schrift kunnen worden uitgedrukt - maar de essentie van wijsheid die in de boodschap ligt besloten, komt van je gids. (67)

terug naar de Inhoud

Het pad van geestelijke ontwikkeling en je innerlijke zieleleven
Niet iedereen is klaar voor geestelijk contact. Misschien moeten zij bepaald werk verrichten om zichzelf en hun karakter door stoffelijke omstandigheden te vormen, waardoor zij niet in staat lijken om op geestelijke invloeden te reageren. Maar jij hebt de voet gezet op het pad van geestelijke ontwikkeling en je wordt in je innerlijke zieleleven [je innerlijke denk- en gevoelswereld] en in je uiterlijke leven op aarde geleid, geïnspireerd en gade geslagen. Je vordert stap voor stap en er worden je gelegenheden geboden - al herken je ze niet als zodanig(!) - die je zullen testen op je vertrouwen - je trouw aan je 'hogere zelf' en de geestelijke machten die boven je staan.
Als er moeilijkheden ontstaan in je stoffelijke omstandigheden, beschouw deze dan als mogelijkheden die je worden gegeven met het doel je te helpen om bepaalde eigenschappen die je mist, te ontplooien, zoals geduld, doorzettingsvermogen, geloof, moed en welwillendheid. Je kunt er zeker van zijn dat niemand wordt vergeten. Geen ziel, die klaar is om als kanaal te worden gebruikt, wordt over het hoofd gezien door de hogere geesten, want de ontwaakte ziel is een licht en wordt onmiddellijk gezien. (68)
Je aarde, zoals wij haar zien, is gewoonlijk gehuld in mist, al zijn er sommige enigszins lichtende plekken. Maar de man en vrouw die zich als leerling op het pad van geestelijke ontwikkeling hebben begeven, vallen op als sterren in een donkere nacht en worden aan hun licht gekend.

terug naar de Inhoud

De aard van het bewijs - de vrije keuze
Een van de grootste struikelblokken die de ontwikkeling van mediumschap hinderen, is het verlangen naar zogenaamd 'bewijs'. Je gebruikt een bepaalde maatstaf voor bewijs, je gids geeft je misschien een boodschap door middel van je denken en je lagere zelf verlangt bewijs en zegt: "Ja, maar geef mij het bewijs dat je bent waarvoor je je uitgeeft. Zou je mij kunnen vertellen wat mijn grootmoeder in Amerika doet?"
Je kent dit soort vragen, want wanneer je twijfelt en je dergelijke dwaze vragen stelt, zet je een trilling in beweging die zal doordringen in de lagere astrale gebieden en die zich verbinden met boosaardige geesten die graag een grap uithalen met een ongelovige Thomas. (69) Denk aan de woorden van de wijze Meester die zei: "Aan hun vruchten zul je ze herkennen." Hierop mogen dan sommigen van jullie antwoorden: "Ja, maar Johannes zei: 'Beproeft de geesten of zij van God zijn'."
Voorzeker, test ze, maar niet volgens jouw normen. Onderzoek daarentegen hun boodschap. Als daarin waarheid, nederigheid en liefde doorklinkt, dan hoef je niet verder te zoeken. Aan hun vruchten zul je ze herkennen. Mogen wij hieraan toevoegen dat je gids en leermeester nooit zal bevelen, want hiermee zou hij een geestelijke wet breken. God heeft de macht van de vrije wil, de vrije keuze, gegeven aan al Zijn kinderen. [Denk aan Helen Schucman, die tegen haar zin de Cursus in Wonderen moest schrijven.]
Er bestaan wel de aansporingen die schijnbaar tegen je eigen wil of keus in kunnen gaan. Wanneer dit gebeurt dan zijn dat je eigen ziel en geest, die het heft in handen nemen. De hogere zielen [personen] zullen het nooit wagen om tegen de wil van de mens in te gaan; wanneer hen om leiding wordt gevraagd, zullen zij de weg aangeven, zelfs je mogelijkheden laten zien, (70) die je op die weg kunt verwachten, maar het feitelijke besluit moet altijd bij jou berusten.

terug naar de Inhoud

Je gids en leermeester
Misschien heb je al een bewust contact met je gids? Je herkent zijn persoonlijkheid, voelt zijn tedere kameraadschap? Aan de andere kant kan het zijn dat je nog twijfelt, op het uiterlijke vlak ben je nog niet zo zeker. Maar wanneer je in alle nederigheid van geest in de spiegel der waarheid zou kunnen kijken, zou je zien dat de wijze en liefhebbende gids aan je zijde wacht om je te kunnen helpen.
Wat is het werk van je gids? Hij is je metgezel en leermeester en hij werkt middels je hogere denken en geweten. Je kunt hem, als je mediteert, mentaal vragen stellen, zoals bijvoorbeeld naar de bedoeling van een gebeurtenis die je niet begrijpt. Je hoeft dan geen direct antwoord te krijgen, maar wanneer je het het minst verwacht, over een paar dagen of weken, als je aardse denken met iets heel anders bezig is, kan dat antwoord plotseling komen. (71) Je moet echter bedenken dat je geen onredelijk beslag op hem legt.

Vraag zoals je uitleg van een probleem aan een aardse leermeester zou vragen en het antwoord zal komen, misschien niet volgens jouw tijd, maar volgens de tijd van de geest. Vraag dan niet dat je leermeester het werk voor jou doet en verwacht niet dat hij zijn schouders onder jouw verantwoordelijkheden zal zetten.
Het is uiterst belangrijk dat iedere mens zelf moeite doet, omhoog te streven.
Naargelang de mens zich inspant, zal hij door zijn gids en leermeester verder en omhoog worden geholpen. Het is niet goed alles gelaten aan je gids over te laten, een vergissing die velen maken. Het is de plicht van de mens om zo goed mogelijk zijn best te doen. Al naar zijn fysieke mogelijkheden, hoort hij met inspanning van eigen krachten de gaven die God hem heeft gegeven [de geestelijke vermogens], te vervolmaken.
Wel moet hij daarbij bedenken dat hoe ver hij zijn intellect ook ontwikkelt, hoeveel kennis hij ook vergaart, hij slechts een instrument is; en totdat hij heeft geleerd op magische wijze met de bron van wijsheid in verbinding te treden, (72) zal hij leeg blijven. Zodra hij deze verbinding kan leggen, opent hij zich voor het binnenstromen van het Christus-licht, dan is hij in staat om de aanwezigheid te zien en aan te voelen van hen die vanuit de hogere wereld leiding geven.

Hoe worden deze gidsen gekozen en geselecteerd en waarom komen zij? Laten wij in de eerste plaats onderscheid maken tussen je gids en andere helpers uit de geestelijke wereld. Een helper kan opgeroepen worden door de Heren van Karma om je over een bepaald punt van je reis heen te helpen. Het kan zijn dat je om hulp hebt gevraagd, want wie heeft nooit in vertwijfeling uitgeroepen: "O God, help me!"
God hoort je gebed. De Heren van Karma houden steeds de wacht. Je beschermengel heeft dienst. Bovendien zijn er andere zielen in de wereld van de geest en op het astrale gebied, die misschien een schuld, die zij uit het verleden aan jou schuldig zijn, willen afbetalen. Zo'n ziel kan zeggen: "Laat mij hem helpen," en dan zal hij naar je toekomen en voor je welzijn werken, (73) hij zal je leiding en bescherming geven terwijl je het moeilijke pad beklimt. Wanneer dat werk is gedaan, zal die ziel terug gaan naar zijn eigen sfeer.

Zo kun je dan vele helpers hebben gedurende je leven, die op verschillende momenten komen om je door een bepaalde periode heen te helpen, maar je hebt alleen één leermeester of gids die jou onder zijn/haar hoede heeft en die voor een aantal levens met jou verbonden kan zijn. Deze geestelijke leermeester neemt op een veel hoger niveau contact met je op dan de helpers die soms ook als 'gidsen' worden omschreven. Je ontvangt zijn of haar leiding door middel van je eigen geweten of de stem van je hogere zelf, die soms de stem van God wordt genoemd. Deze kleine stille stem van binnen kan heel krachtig worden; zij kan voor jou de stem worden van je geestelijke leider die op het hoogste niveau van je aardse bewustzijn contact met je opneemt, of in ieder geval het hoogste niveau dat je kunt bereiken zolang je door je fysieke lichaam gevangen wordt gehouden. Alles wat mooi, zuiver en waar is, zal doorkomen vanuit je hogere zelf en dat is het niveau waarop je geestelijke leermeester werkt (74).

Wij zouden wel willen dat wij een beeld konden overbrengen van je helpers en je gids. Als de sluier opzij kon worden getrokken, zou je je inderdaad gelukkig en dankbaar voelen dat door Gods macht, door Gods wil, deze geestelijke broeders zo dicht bij je komen om je te helpen bij je opwaartse klim. Geloof ons alsjeblieft. Probeer de troost van de warme handdruk te voelen, de hand op je schouder, hun begrip. Je eigen geestelijke leider en gids kent elke aspiratie en elke moeilijkheid die je te verduren hebt, en die gids heeft een dieper gevoel van liefde voor je dan jijzelf kunt liefhebben. Hij staat je op alle mogelijke manieren bij. Jullie zijn kameraden en je gids effent vaak je pad. Jullie hebben allen demonstraties gehad van wonderbaarlijke leiding en hulp. Het mogen misschien kleinigheden zijn, maar je weet dat ze niet anders dan door geestelijke hulp hadden kunnen plaatsvinden. Ofschoon de wet van karma exact, rechtvaardig en waar is, bedenk dat God een God van genade is als van gerechtigheid, en God heeft de gewoonte om door zijn dienaren van het licht de ruwe plaatsen te verzachten. Gods liefde zegent en helpt je. (75)

terug naar de Inhoud

Je beschermengel
Christenen groeiden vroeger op met het geloof in de werkelijkheid van engelen, maar tegenwoordig past dat niet in het bestel van de intellectuele voorstelling van de schepping. De engelen worden als een verdichtsel beschouwd, als fictieve wezens, voortbrengselen van de verbeelding. Ook het denkbeeld van een registratie-engel [Metatron] is vergeten. Het hele idee is zo verworden en afstandelijk, dat je het moeilijk vindt om je een echt levend wezen voor te stellen dat je ziel onder zijn hoede heeft. De wijze mens echter, die intuïtief weet, die luistert naar de stille stem en haar gehoorzaamt, beseft dat zijn beschermengel altijd ergens op de achtergrond is. Wij spreken naar waarheid wanneer wij zeggen dat iedere ziel op aarde onder de zorg valt van een beschermengel, die door de Heren van Karma wordt aangewezen. (76)
Wij zeggen je dat er een [bescherm]engel is aangesteld die waakt over je handelingen, je reacties op de stem van God of op de stem van de verleider of duivel, dit is een ander woord voor je lagere denken. Deze dienende engelen incarneren niet op aarde, zij ontwikkelen zich volgens een andere levensweg om het engelenkoninkrijk te bereiken [door de mens te dienen]. Verwar daarom deze engelenwezens niet met je gids en je helpers. Ofschoon je gids en helpers heel dichtbij kunnen komen om zich met je te onderhouden en zij hun plaats hebben in het grootse plan van God, is hun dienst aan het mensdom van andere aard dan de dienst die engelen verlenen.

Je beschermengel verlaat je nooit. Van het moment van je komst in het tijdelijke bestaan tot het moment dat je het verlaat en zelfs daarna, staat je beschermengel met je in verbinding. Hij houdt je karma in het oog en geeft richting aan je leven onder toezicht van de Heren van Karma.
De engel is onpersoonlijk in die zin, dat het zijn werk is erop toe te zien, dat je naar de mogelijkheden wordt geleid waardoor je je karmische schulden kunt afbetalen of de gelegenheid krijgt, goed karma toe te voegen aan de creditzijde van je rekening. (77) Zo is dan iedere ervaring een gunstige gelegenheid.
Soms zal het lager zelf zeggen: "Ik wens niet te worden lastig gevallen. O, wat hinderlijk, wat vervelend!" Een stem fluistert dan: "Maar je weet dat je het zou moeten doen!" En dan antwoordt het lager zelf: "Ja, dat weet ik, ik heb er geen zin in, ik doe het niet!" En je doet het niet. Zo'n incident veroorzaakt dan een aantekening in je dossier.

Denk niet dat wij allemaal volmaakt zijn of dat wij allemaal een schone lei kunnen tonen. Wij wijzen op deze dingen zodat je ervan kunt leren. Maak er geen punt van, tob niet te veel als je een paar misstappen begaat. En vergeet niet dat er een onzichtbare macht is, de macht van liefde in je hart, die alle smetten kan uitwissen. De mens met een liefdevol hart laat zich niet ontmoedigen, is niet terneergeslagen, hij geeft niet toe aan onwaardige angsten wat hemzelf, zijn lichaam of het welzijn van hen die hij liefheeft betreft, want het goddelijke licht en de goddelijke macht hebben hem opgeheven en hem kan geen kwaad overkomen. (78)
De zaken lopen alleen fout wanneer het lagere denken aan het tobben slaat en uitvaart tegen de levensomstandigheden en dan zegt: "Wat een teleurstelling, de levensomstandigheden gaan niet zoals ik wil dat ze gaan!" Lijden en chaos zijn dan het gevolg, doordat het contact verbroken is. Als je alleen maar de innerlijke kracht zou kunnen opbrengen om altijd in Gods vrede te leven, in de waarheid te leven: "Uw wil geschiede, o God, op aarde, in mijn leven, … Uw wil, niet mijn wil!"

Wanneer je valt en alles in de war loopt, bedenk dan dat er een helper aan je zijde staat. Je beschermengel heeft gezien dat je viel, hij zal je niet veroordelen. Hij zegt niet: "Heb ik het je niet gezegd?" Hij fluistert in plaats daarvan: "Houd moed - ik zal je helpen weer op te staan. Kijk omhoog, kijk verder! God is nog steeds in Zijn hemel en alles is wel." Houd deze gedachte vast, speciaal in tijden dat de ene slag na de andere je schijnt neer te slaan. Ontwikkel zin voor humor en zet je schrap! Sta op, en sta weer stevig op beide benen, bedenk dat degeen aan je zijde je graag en vaardig wil helpen. (79) Houd vol met volhouden en weiger er onderdoor te gaan.
Meestal kunnen we wel zo opgewekt zijn als alles naar onze wens verloopt, maar het toont geestkracht wanneer een mens kan glimlachen ondanks dat alles schijnt tegen te werken. Vergeet niet dat je door de levenservaringen op aarde - en alleen daardoor - zult leren om het hogere leven te bereiken. Het streven naar God en het hogere leven is waar het op aankomt. Is het je bekend dat het voor een overgegane geest evengoed mogelijk is om dicht omsluierd en buitengesloten te moeten bestaan van alle schoonheid van het geestelijke leven, als voor iemand die in zijn lichaam van stof gevangen zit? Geestelijk werk dat hier en nu trouw wordt volbracht, zal de sluier oplichten en je naar de regionen van schoonheid brengen. (80)

terug naar de Inhoud

5. De menselijke geest uit het hart van God
In het begin van de schepping lag je in het hart van God [de menselijke geest is door verdichting in de algeest een goddelijke algeestvonk]. Alle waarheid ligt in deze eenvoudige kerngedachte.
Toen je door incarnatie zelfstandigheid verkreeg, vertrok je uit het hart van God; je ontdekte dat je een vrije wil bezat en gebruikte die als een eigenzinnig kind. Als gevolg daarvan viel je in het slijk der ellende [je vereenzelvigde je met de stoffelijke wereld]. Daardoor onderging je leed en nog lijd je. En toch heb je nooit de band met het hart van God geheel verloren.
Wanneer je tot de kern van de geheimen van Gods schepping wilt doordringen, dan bereik je dat langs de weg van meditatie over en verwerkelijking van de stille, kleine stem, de God-van-binnen, want alle geheimen van de eeuwigheid liggen in je eigen hart. Geen boek kan je onderwijzen, al kun je in boeken een geestelijke stimulans vinden. Wijsheid komt door het hart. Daarom: "Wees stil en besef dat ik God ben."

Om God echter te leren kennen, moet je leren om het leven meer in zijn volheid te leven, (81) je moet het leven tot in de kleinste bijzonderheden proeven, want wie kan iets over God te weten komen, wanneer hij zich afkeert van zijn medemens. Er is een God nodig om een God te herkennen. De mens die getuige is van onverkwikkelijke en zelfs afschuwelijke menselijke omstandigheden en toch kan meevoelen met hen die lijden, de mens die in de meest verachte persoon toch nog iets kan vinden dat liefelijk en menselijk is, die toch God kan zien in de minste van ons… die komt het begrip van de geheimen van Gods schepping nabij.
Hoewel het aanvankelijk moeilijk lijkt, raden wij je aan de vreugden en het verdriet van je medemensen te delen; en terwijl je toch je eigen kalmte bewaart, te huilen wanneer zij huilen en te lachen wanneer zij lachen… wees één met hen. Je zult versteld staan over wat ze je kunnen leren. Schrik niet terug voor het contact met je medemensen, probeer achter alle grof en bruut gedrag toch de schoonheid te zien. Je moet één zijn met het menselijke leven en je niet op een afstand houden. Leef het leven met je broeder en zuster de mens. (82)

terug naar de Inhoud

Je koos zelf je leven
Sommige mensen denken dat bijna niemand zulke moeilijkheden te verwerken krijgt als die hen ten deel vallen. Zij denken dat wanneer zij in andere omstandigheden zouden verkeren, zij het er zo veel beter af zouden brengen. Met bijvoorbeeld een groter inkomen, meer vrijheid, meer vrije tijd, hoeveel goed zouden zij dan niet kunnen doen! Zij merken met afgunst hoe hun buurman, die gezegend is met de rijkdom en de vrijheid die ze benijden, de noden van zijn medemens niet schijnt op te merken of ze verwaarloost.
Geliefde kinderen, je leven wordt door de wet beheerst en je bevindt je precies op de plek en in de omstandigheden die je hebt gekozen. "Maar dat is onzin," zul je zeggen. "Ik zou dit leven nooit hebben gekozen!" Dit is je aardse zelf dat spreekt, het sterfelijke verstand; het ware zelf echter, de goddelijke geest, weet wat de ziel nodig heeft. [de geest, ook het 'ware zelf' genoemd, staat boven de 'ziel']

Denk aan deze Godsaansporing als aan een glanzend licht dat de ziel voortdurend op haar weg leidt. (83) Er hoeft geen moment van je tijd verspild of verkeerd te worden gebruikt. Het hele doel van je leven en het doel achter elke menselijke ervaring is de groei en de ontplooiing van je ziel. Als je onder de oppervlakte van de ervaring naar wijsheid en kennis zoekt, zul je het proces van groei en ontwikkeling bespoedigen. Het is niet zozeer wat er met je gebeurt op het uiterlijke vlak, noch je omstandigheden, noch je rijkdom die je al dan niet mag bezitten, die erop aankomen, maar alleen je persoonlijke antwoord op die omstandigheden, je relatie van binnenuit met je medemensen en met God. De omstandigheden van je leven zijn eigenlijk een vorm van inwijding die je dagelijks ondergaat.
Er wordt in deze tijd prachtige hulp naar de mensen gezonden. De menselijke geest wordt opgewekt door binnenvloeiende kracht en liefde van gene zijde. Een grote stuwkracht maakt zich van de mensheid meester. Sommigen van jullie hebben een inwijding ervaren en weten dat het een ontwikkeling van het bewustzijn brengt, een kijk op de toekomst en een verlangen om zo te leven, dat men afgestemd raakt op de geest, zodat de ziel sneller het koninkrijk der hemelen kan binnengaan. (84)

terug naar de Inhoud

6. De geestelijke vermogens

Helderziendheid, de voorhoofdchakra
De mens blijft als het ware gevangen in zijn fysieke lichaam; er bestaan echter fijnere en subtielere levensvormen binnenin de fysieke vorm waarin men kan doordringen. In ons zevenvoudige wezen - zoals wij reeds hebben uitgelegd - vind je het etherische lichaam, dat wat uiterlijk betreft een duplicaat is van het fysieke lichaam; het is alleen uit een fijnere substantie gevormd die voor het fysieke oog niet zichtbaar is. Dit etherische lichaam doordringt het hele fysieke lichaam. Het etherische lichaam bestaat uit twee delen, het grovere en het veel fijnere deel en het werkt middels het zenuwstelsel. Bij de dood wordt het hele etherische lichaam teruggetrokken en de substantie van het grovere deel, dat veel op aardse materie lijkt, vergaat snel als het fysieke lichaam wordt ontbonden. (85)
Het etherische lichaam vormt gedurende het fysieke leven de brug tussen de ziel van de mens en de fijnere werelden. Een ziel in de wereld van de geest communiceert over deze brug en middels het zenuwstel, het mentale en het vitale lichaam van het medium, met de aarde. Het soort boodschap dat doorkomt, zal grotendeels afhangen van het karakter van het medium, haar of zijn levensomstandigheden en de mentale en fysieke toestand van degene aan wie de boodschap is gericht.
In het dichte etherische lichaam dringt een fijner voertuig door, dat ik het lichaam van licht of het vitale lichaam zal noemen, hetwelk niet alleen doordringt of verbonden is met het fysieke en het hogere etherische lichaam, maar tevens doordringt tot de hogere voertuigen, het mentale, het intuïtieve en het hemelse lichaam. Zo bestaat er dus een verbinding tussen alle lichamen, waardoor het geestelijk goddelijke licht kan afdalen tot het het grovere etherische bereikt, hetgeen alles ten slotte verbindt met de hersenen en het zenuwstelsel. (86)

Wanneer wij over gewone helderziendheid spreken dan verwijzen wij naar dat soort zien dat het meest algemeen is. Er bestaat nogal wat misverstand omtrent de aard van helderziendheid. Het dichtere etherische lichaam is bij sommige mensen maar losjes met het fysieke lichaam verbonden en kan er gemakkelijk uit losglippen. Het etherische gebied ligt zo dicht bij de aarde dat het voor veel mensen in de geest lijkt, alsof het even dicht en zwaar is als de fysieke materie. Het lagere etherische lichaam registreert en weerkaatst beelden naar de aarde; sommige mensen, die men als onvrijwillig helderziend zou kunnen omschrijven, kunnen deze vormen of beelden zien als zij op de plexus solaris worden weerkaatst. Dieren kunnen ook vaak op deze wijze zien. Heel vroeger, voordat de mens in zo'n nauw contact kwam met de dichte, fysieke materie, was het onvrijwillige zien, zoals hier omschreven, algemeen.
Het fysieke lichaam van de doorsnee mens is niet zo ontvankelijk voor geestelijke invloeden. In de normale mens glijdt het etherische als het ware met een klik naar binnen en is dan verzegeld, de mens is zich vanaf dat moment niet meer bewust van dit lichaam. (87)
Maar, zoals wij zeiden, er bestaan mensen met een loszittend etherisch lichaam, dat heel gemakkelijk uit het fysieke lichaam kan loskomen; en dan kunnen moeilijkheden zoals ongecontroleerde helderziendheid en obsessie het gevolg zijn. Er bestaat een enorm verschil tussen deze vorm van helderziendheid op het lagere etherische niveau en een andere vorm, die het resultaat is van oefening en het juiste gebruik van de psychische centra of chakra's in het etherische lichaam.
Ik zal het verschil als volgt beschrijven: Ga bij de oever van een heel stil meer staan en zie de bomen en de lucht in het water weerspiegeld. Wat een prachtig effect! Maar als het meer wordt gerimpeld, wordt die weerspiegeling verbroken. Het was achteraf alleen maar een weerspiegeling, een symbool, een lichtend kleurspel. Kijk nu naar het ware landschap, de echte bomen en de lucht en je ziet dat alles blijvend is, helder en heel wezenlijk voor de zintuigen. Dit is het verschil tussen onvrijwillige helderziendheid, die door het lagere etherische lichaam wordt geregistreerd, (88) meestal onbeheerst en onontwikkeld; en de intelligente, geoefende helderziendheid, die licht en inspiratie krijgt van het niveau van de goddelijke geest.
Ook bepaalde medicijnen en drugs kunnen het etherische lichaam losmaken van het fysieke. Een bedwelmend middel doet hetzelfde en kan het etherische lichaam naar heel onplezierige plaatsen zenden, zoals voorkomt bij lijders aan delirium tremens, wanneer hun etherische lichaam alle beelden en omstandigheden van een laag astraal gebied registreert.
Een narcose zal ook het etherische lichaam uitdrijven. Soms blijft het bewustzijn actief, maar meestal is het niet werkzaam en deelt niets mee aan de herinnering van de patiënt wanneer deze weer bijkomt.

terug naar de Inhoud

De psychische centra
Er bestaat een verbinding tussen het etherische lichaam en de voornaamste psychische centra, namelijk twee in het hoofd, bij de keel, het hart, de milt, de plexus solaris en het einde van de ruggegraat. Studenten in de medicijnen zullen deze centra herkennen als sommige knooppunten van het zenuwstelsel en de hormonale klieren. (89) Deze centra zijn weer verbonden met diverse sferen of gebieden van de geestelijke wereld. Zij zien er uit als bloemen met bloembladen. Wanneer je geestelijke ontvankelijkheid zich begint te ontwikkelen, beginnen deze bloemachtige centra zich te ontplooien: zij pulseren, zij zijn levend en en licht, en stralen prachtige kleuren uit. Je gids en helpers herkennen onmiddellijk waar je je op de weg bevindt door het licht, de kracht en de trillingen, die zij in deze centra kunnen zien.
Sommigen hebben de psychische centra in vorige levens ontwikkeld en nu ze weer geboren zijn, stralen deze centra licht uit dat het weefsel van het etherische lichaam kan losmaken, en dit kan, wat beschreven wordt als een 'natuurlijk' medium of een natuurlijke helderziendheid, veroorzaken. De ware helderziende is daarom iemand die kennis mee terug heeft gebracht voor het intelligente gebruik van deze centra van de lichamen, vaak word daarbij prachtig werk verricht.

Wij vertrouwen erop dat jullie niet allemaal plotseling begint met de ontwikkeling van deze centra. Om dit te kunnen doen heb je meer kennis nodig, dan wij je hier geven. (90) Deze centra beginnen te stralen wanneer de wil en de intelligentie ze tot activiteit brengen. Het centrum dat gewoonlijk het eerst reageert op dingen buiten de fysieke wereld is bij de plexus solaris gelegen. Je zegt: "Ik kan niet zien of horen, maar ik voel!" Als je dan probeert na te gaan hoe je dit gewaar werd, dan weet je dat niet. Maar als je zorgvuldig nagaat wat er gebeurt, dan zul je ontdekken dat de plexus solaris een 'vreemd' gevoel waarneemt en zo besef je dat je 'voelt'.
Het volgende centrum is het voorhoofd dat ook wel het derde oog wordt genoemd, maar wij zullen het voorhoofdchakra noemen. Dit kan ordelijk functioneren onder de leiding van de wil van de geest zelf en dit stelt het medium in staat de geestelijke sferen waar te nemen. Ware helderziendheid is niet hetzelfde soort zien als met je fysieke ogen. Helderziendheid bevindt zich in jezelf. Het lijkt misschien of je naar een object buiten je kijkt, maar in wezen kijk je diep in dit op een bloem lijkende centrum binnenin je. Daarom kan je helderziend zijn met gesloten ogen. (91) Je zult zo zelfs beter zien. Je denkt dan misschien dat het alles slechts verbeelding is! De term verbeelding wordt te gemakkelijk gebruikt. Verbeelding is de poort tot het ware geestelijke gezicht.

Denk niet dat de plexus solaris en het voorhoofd de enige centra zijn die worden gebruikt; wanneer je het intuïtieve of het hemelse gebied bereikt, zul je niet alleen met het voorhoofdchakra zien, maar ook met andere centra: waarlijk het hele wezen ziet dan. Je registreert of weerspiegelt deze gebieden naar waarheid, wanneer je dat niveau bereikt. Het hartcentrum begint door goddelijke liefde te pulseren en straalt licht en de mooiste kleuren uit, en je neemt dan goddelijke waarheid waar, je wordt dan een medium of kanaal voor zuivere waarheid.

terug naar de Inhoud

Helderhorendheid, de keelchakra
Iedereen kan door oefening tot op zekere hoogte helderhorend worden. Helderhorendheid wordt door dezelfde regels beheerst als helderziendheid. (92) Bij de pasgeboren baby ontwikkelt horen zich het eerst, dan het voelen, daarna het gezicht. Let op, want dit heeft betrekking op geestelijke ontwikkeling. Er bestaat een oud hermetisch gezegde: 'Zo boven, zo beneden, zo beneden, zo boven' en de ervaring leert ons de juistheid ervan, zowel in exoterische als in esoterische zin.
Velen denken dat wanneer zij horen wat in spiritualistische kringen een directe stem wordt genoemd, zij een heldere en onbedorven boodschap krijgen van hun geliefden in de wereld van de geest, omdat er geen menselijk instrument bij wordt gebruikt. Dit klopt echter niet, want de stem die wordt gehoord, ofschoon niet gebonden aan het fysieke, wordt in feite geproduceerd in de etherische keel en het spraakorgaan van het medium. Zo doet de directe stem dan een beroep op het etherische lichaam van het medium om geluid voort te brengen, ofschoon het in fysieke zin wordt gehoord zonder dat het met de fysieke spraakorganen verbonden is. Het is dan mogelijk dat die stem door de mentaliteit van het medium wordt gekleurd. (93)

In zo'n geval wordt de keelchakra van het medium gebruikt; deze keelchakra is direct betrokken bij helderhorendheid. Je kunt dit onderzoeken wanneer je mediteert. Concentreer je op je keelchakra en je ontdekt dat je dan aan het luisteren bent en wanneer je de macht van de stilte, van de stille geest, hebt leren kennen, zul je verbaasd staan dat je geestelijke horen vergroot wordt.
Afgezien van helderhorendheid van het etherische type, waar wij het reeds over hadden, zullen wij geestelijke helderhorendheid nader beschouwen, de macht om ontvankelijk te zijn voor heilige geluiden of trillingen uit de wereld van de geest. Iedereen kan ontvankelijk zijn voor de stem van de geest, zij spreekt in de stille, kleine stem vanbinnen, de stem van het geweten. Vind je het vreemd, dat ofschoon jullie allen de stem van de geest verlangt te horen, het waarschijnlijk het allerlaatste is waar je naar wenst te luisteren, de stem van het geweten? Met vele uitvluchten leg je het het zwijgen op, maar geliefde kinderen, in het luisteren naar die stem ligt nu juist de ware weg tot helderhorendheid, tot helder horen. (94) Hoe nauwgezetter je met jezelf bent, met je uiterlijke zelf, het uiterlijk denken, het onderwerpen van de persoonlijkheid zodat de innerlijke stem of de stem van het geweten mag worden gehoord, des te sneller zul je op weg naar helderhorendheid gaan.

Je moet jezelf beschouwen als een klankbord dat in staat is gehoor te geven aan de trillingen van de hogere werelden. Het verstand kan het geluid binnenin de stilte beoordelen, het geluid dat vanuit de wereld van de geest tot je komt en vanuit de hogere astrale wereld. Het is een eerste stap om te leren luisteren. Wees niet bang of ontken die innerlijke stem niet of breng haar niet tot zwijgen. Aanvaard haar en verwelkom haar. Aanvaard haar zelfs al vertelt zij dat je fout bent. Wees dankbaar dat je de stem van het geweten kunt herkennen, want daardoor zul je een waar klankbord ontwikkelen zodat je de engelen kunt horen zingen! (95)
Kunnen geestelijke dingen met het fysieke oor worden gehoord? is je vraag. Wij zeggen dat je binnenin je keel zult horen en in je hoofd. Het is moeilijk om precies mee te delen wat wij bedoelen, maar de stem, de klanken, de harmonieën zullen op den duur zelfs duidelijker worden dan de klanken op het fysieke vlak. Het is mogelijk, terwijl je nog in de stof bent, om zo in het bewustzijn te worden opgeheven dat je melodieën van de hogere sferen duidelijk kunt horen, terwijl je in die situatie doof bent voor de geluiden van het fysieke gebied.
Het zal je interesseren te weten, dat gedachten feitelijk gehoord kunnen worden, want zij veroorzaken een trilling op het mentale gebied van het leven. Een gedachte die wordt uitgezonden, zal onmiddellijk in de innerlijke wereld en alle astrale gebieden door de helper van een bepaalde leerling worden ontvangen. Een gedachte van jou voor je gids zal inderdaad worden gehoord. (96)

terug naar de Inhoud

Geestelijke vrede
Besef je hoe vreselijk het geroezemoes in het etherische gebied is, zo vlak bij het fysieke bestaan? De gedachten van de mensheid veroorzaken lawaai - lawaai, geen klanken. Alleen in de geestelijke gebieden van harmonie kunnen wij de trillingen klanken noemen of muziek. Stel je dan voor hoe je door dat lawaai, dat onharmonisch ruw en schel is, uitreikt naar de hoogten van het geestelijke leven, ieder gebied steeds harmonieuzer en liefelijker, tot wij de sferen van harmonie bereiken. Op dat gebied is de atmosfeer vol muziek, zelfs de gewaden van de bewoners vibreren in harmonie met de melodie.
Kun je die schoonheid tot op zekere hoogte aanvoelen? Misschien kun je het vermogen verwerven om je op dat hemelse orkest af te stemmen. Dit is echter geen zuiver fysieke gave, het is een zielegave, het is een zielegave die binnenin je ligt. Het kan zijn dat je het vermogen verwerft om zuiverder en helderder te horen dan op het fysieke gebied mogelijk is. (97) Maar eerst moet er harmonie zijn, zuiverheid en er moet liefde van-binnen zijn.
Je bent voortdurend gehuld in de geestelijke uitstraling, de geestelijke kracht die uitstraalt in de aura van de Christus, die van de Vader-Moeder God komt om te beschermen, te zuiveren en de weg te verlichten voor al Gods kinderen. Je kunt niet buiten dit leven van de Zoon, dit Christus-bestaan. Bedenk altijd, dat terwijl de mensheid worstelt in zielepijn, terwijl duistere zielen onschuldige zielen doen lijden, dat je een kanaal bent en dat Christus door jou heen anderen kan bereiken om hun duisternis te verlichten.

Dat zal nooit door preken worden bereikt, maar alleen door het krachtig worden van je geest, door de groei van het goddelijke denken [denken] binnenin je, de uitstraling van je hart, van vrede [voelen] en goede wil [willen]. Niet slechts het geloof dat oorlog beslist verkeerd is, maar een vrede die je rustig door de dag kan helpen, zelfs met vreugde, een vrede die temidden van uiterlijke conflicten onverstoorbaar blijft, zoals de Meester leerde door het stillen van de storm. (98)
Het meer van Galilea vertegenwoordigt het zielelichaam dat heen en weer wordt geslingerd door de elementen. De Meester, die in de boot sliep, of in het hart van de mens, staat op en bedwingt de storm; want is Hij niet de Meester, de bevelhebber? Hij is vrede.
Dit is wat wij bedoelen met vredig zijn, met vrede leven. Je moet je voortdurend bewust zijn van je relatie met Christus, met de Vader-Moeder God. Voel de vrede die de engelen van Christus brengen. Denk niet aan vrede als een zuiver negatieve toestand, want de diepten van vrede bevatten de creatieve krachten van het universum, en de heilige woorden van macht weerklinken in de stilte. Vrede is dynamisch evenals liefde en wijsheid dynamisch zijn: al deze geestelijke eigenschappen zijn geladen met kracht, een kracht die onbereikbaar is zonder de stilte van het denken en van de ziel.

terug naar de Inhoud

De heilige communie
De geest of het goddelijke zelf leert door de vijf fysieke zintuigen om zich bewust (99) te worden van de Vader-Moeder God; om de nabijheid van God te proeven, te ruiken, te voelen en te horen. Een prachtige ceremonie in jullie kerk maakt het de mensen mogelijk om een innerlijke, geestelijke gemeenschap te ervaren. Het deelnemen aan het materiële brood en de wijn heeft voor enige tijd effect op de hogere voertuigen, maar terwijl zich in de uiterlijke vorm schoonheid bevindt, kan de letter eerder dan de geest van de dienst een steun of een gewoonte worden waar men zich op verlaat. Streef ernaar om in je kerk of lodge de aanwezigheid van de engelenwezens gewaar te worden, zij stralen bepaalde geestelijke krachten uit die kunnen worden opgenomen in het hartcentrum van iedere ziel die ernaar streeft om nederig en eenvoudig de geestelijke hulp te beseffen die de engelen kunnen brengen. De heilige communie is het verheffen van het goddelijke in de mens totdat dit goddelijke voor een ogenblik de goddelijkheid raakt, de glorie, de zuiverende elementen die van de Christus komen. Er is geen behoefte aan de uiterlijke symbolen van brood en wijn. (100) Wat de mens nodig heeft is om die toevloed van goddelijkheid gewaar te worden, zodat het hart kan worden aangeraakt.

Dit zijn de ware wezenlijke en eeuwige dingen; de verwarring en chaos die nu de aarde beheersen, zouden niet door je bewustzijn moeten worden opgenomen. De kracht van die Christus-liefde kan niet overwonnen worden. Je moet steeds weer bedenken dat geen enkele vijand door de cirkel van licht kan heenbreken die jij door je eigen wil en streven om je heen kunt opbouwen.
De rode roos, waarover wij zo vaak spreken, is het symbool voor deze gift van goddelijke liefde, die door de Christus aan Gods kinderen wordt geopenbaard in zijn goedertierenheid, in Zijn ononderbroken dienstbaarheid aan alle mensen, want hij zal niemand verlaten, hij zal niet overgaan naar de sferen van licht die voor hem zijn voorbereid (en ook voor jou), totdat elk kind van God in Zijn kudde is opgenomen. Dat klinkt misschien achterhaald, maar het zal je troosten te weten dat alle kinderen van God eens zullen worden opgevangen in Zijn aura van liefde. (101) Dan zal alle aardsheid voorbijgaan en zal deze donkere planeet (zoals deze in de sferen van licht bekend staat) een prachtig doel in het grootse plan hebben vervuld. Vertrouw je hart in liefde en aanbidding toe aan de grote God en ontvang de zegening van de Allerhoogste. Hij zegent overvloedig. (102)

terug naar de Inhoud

7. Het leven in de wereld van de geest
Men stelt zich de wereld van de geest gewoonlijk voor als hemelse gebieden met bepaalde sferen waar men naartoe gaat na het beëindigen van het tijdelijke bestaan. Het is daarom voor veel mensen moeilijk, als ze horen dat de wereld van de geest eerder een staat van bewustzijn in de ziel is, dan een plaats of gebied even buiten de wereld. Zij vinden dit een leer die moeilijk te begrijpen is.
Je leert dat in de wereld van de geest tijd noch plaats bestaan en toch hoor je over het reizen van plaats naar plaats en van sfeer naar sfeer. Aan de ene kant word je verteld dat de geestelijke wereld zich op niveaus bevindt die de wereld omgeven, aan de andere kant dat die wereld binnenin je is. Hoe moeten wij deze twee opvattingen rijmen?

Laten wij het innerlijke bewustzijn eens beschouwen. Wanneer je je ogen sluit en je aandacht naar binnen richt, dan zul je in je ziel een leven vinden, dat heel wezenlijk is. (103) Je zult je bewust beginnen te worden van een innerlijke bewustzijnstoestand en ontdekken dat je het door werkzaamheid kunt veranderen. Naarmate je gedachten mooier worden, zal blijken dat het innerlijk helderder wordt. Wanneer je akelige en sombere gedachten vasthoudt, blijft die innerlijke wereld saai. Zo ontdekken we dat de wereld van de geest in de spiegel van onze eigen ziel wordt weerspiegeld.

Ik zal het anders beschrijven. Sommige mensen [personen] gaan naar buiten voor een wandeling en zien eigenlijk heel weinig. Zij zijn zich de schoonheid van de natuur niet bewust, doordat zij de omgeving niet weerspiegelen en er niet op reageren. Een andere ziel [persoon] die dezelfde weg gaat, zal zich verlustigen en geïnteresseerd zijn in duizend en een kleine details, in heggen en velden, in het leven van de vogels, in het spel van zonlicht en schaduw. Hij neemt niet alleen met zijn fysieke ogen op, hij begint ook te zien met zijn geestelijke ogen. En stel je nu een derde persoon voor die dezelfde wandeling maakt. Hij is gevoeliger geworden voor het geestelijke leven achter de fysieke vorm en zijn gezichtsveld is enorm verruimd. (104)
Hij zal niet alleen de fysieke schoonheid en charme zien, hij zal zich ook bewust worden van het pulseren of de trilling van een leven dat de fysieke vormen doortrekt. Zijn ziel zal de wereld van de geest weerspiegelen.

Er gebeurt iets dergelijks wanneer de mens het fysieke lichaam verlaat. Als hij werd opgeslokt door materiële zaken, zal hij in diezelfde toestand blijven als hij overgaat en zo zal hij de dichte astrale wereld binnengaan, een wereld die heel weinig van de fysieke verschilt. Ofschoon hij in een heerlijke omgeving kan wonen, betekent de schoonheid niets voor hem. De volgende persoon echter merkt veel meer op en is veel eerder geneigd iets te waarderen, hij zal dan een fijnere levenstoestand binnengaan; en de derde, die geestelijk ontvankelijk is, die opmerkzaam is, zal zich in een glorierijke geestelijke wereld bevinden.
Met iedere opvolgende incarnatie zet de ziel [persoon] dit groeiproces voort. Wanneer de mens [persoon] zich ontdoet van zijn grovere omhulsel, het fysieke lichaam en het volgende stadium binnengaat, (105) het astrale lichaam, zal hij, tenzij zijn zielelicht helder is geworden door zijn ervaringen en karakterontplooiing, niet in staat zijn om het moois van de geestelijke wereld te zien, noch er binnen te gaan. Gedurende het verloop van de reis van de ziel [persoon] zal zij zich echter van dat omhulsel van astrale materie ontdoen. Dat wat grof en dicht was valt weg - een proces dat zich door alle gradaties van het astrale en mentale leven voortzet, totdat de gezuiverde ziel [persoon] uiteindelijk in de hemelse wereld belandt.

[In bovenstaande alinea's worden 'sommige mensen', 'een andere ziel' en 'een derde persoon' en 'de mens' als gelijkwaardig aan elkaar beschreven. Eén van de betekenissen van het woord 'ziel' is hier: 'persoon'. Die betekenis heeft het woord 'soul' in het Engels nog steeds, in het Nederlands is dat wel zo geweest, maar nu niet meer gebruikelijk (blz. 104).
In de daarop volgende zinnen heeft het woord 'ziel' de tweede, oorspronkelijke betekenis: 'innerlijke ruimte', 'binnenwereld' (blz. 105), namelijk 'salida': 'woonruimte', 'zaal'; een ruimte die door de werkzaamheid van de geest om de geest heen is ontstaan: de 'uitstraling' of 'aura'.]

Nogmaals, tenzij de mens de geestkracht en grootheid van ziel ontwikkelt tijdens zijn aardse ervaringen, zullen zijn gezicht en zijn omgeving beperkt blijven, zelfs in de geestelijke wereld. Succes op aarde hangt voornamelijk af van de mentale toerusting en kennis van de mens, maar in de andere wereld is het allemaal een kwestie van rijke levenservaring en zielekennis, van gevoeligheid voor de fijnere trillingen.
Dit waarnemingsvermogen wordt alleen ontwikkeld door de grootheid en nederigheid van de geest; het hangt niet af van omstandigheden, (106) van materiële mogelijkheden of intellect, maar van de kwaliteit van het bewustzijn, van de liefde van die mens, van tolerantie en sympathie, met andere woorden van zijn grootheid van hart en fijn karakter.

[In bovenstaande alinea's moet 'de mens' zijn 'geestkracht' én 'grootheid van ziel' ontwikkelen. Even verder moet 'de mens' het waarnemingsvermogen ontwikkelen door 'grootheid van geest'. De begrippen 'geest' en 'ziel' worden door elkaar gehaald alsof ze gelijkwaardig aan elkaar zouden zijn. Oorspronkelijk is dat niet zo: Gothisch 'gei-' (geest) betekent: in beweging zetten, terwijl 'salida' (ziel) betekent: woonruimte, zaal.]

En nu een woord over de plaats van de geestelijke wereld. Je zegt dan: "Maar als die wereld een plaats inneemt, dan moet dat ergens buiten onze aarde zijn en je hebt zojuist gezegd, dat alles zich binnenin ons bevindt!" Nu, etherische substantie, die de materie het dichtst benadert, is in de fysieke materie verweven. Als een geest je huis binnenkomt, ziet hij de feitelijke muren en het meubilair niet, maar alleen hun etherische tegenhanger. Want hij manifesteert zich niet in de derde dimensie; voor hem bestaat fysieke materie eenvoudig niet, maar wel de etherische substantie en die ziet hij. Zo is dat ook met het een of andere mooie landschap, een geest is zich bewust van de etherische tegenhanger.
Elk fysiek voorwerp heeft deze etherische tegenhanger. Voor een geest is alles een soort licht, alles is doorzichtig. Je vrienden in de geest kunnen hun tehuis zo dicht bij het jouwe hebben, (107) dat die twee in elkaar overgaan. Er bestaat geen ruimte, alleen een verweving van alle sferen van geestelijk leven. Het is allemaal een zaak van trilling en je kijk op deze dingen hangt af van het vermogen om die trillingen te versnellen, zodat ze in harmonie komen met de trillingen van de astrale of geestelijke wereld. Je hoeft niet te overlijden om die innerlijke wereld binnen te kunnen gaan.

De mensen vragen ook: "Wat eten de mensen in het volgende leven. Eten ze werkelijk? Wat doen ze daar?" Wel, je vindt prachtige en heerlijke vruchten in de astrale wereld, die iedere inwoner van die wereld kan plukken, of hij kan het voedsel krijgen waar hij in het bijzonder van houdt; maar in de hogere sferen vervaagt de behoefte aan voedsel. Toch moet je begrijpen dat de geestelijke wereld stevig en werkelijk is en zij die daar leven, kunnen van een feestmaal genieten als zij daar behoefte aan hebben. Zij hebben heerlijk voedsel en drinken een vloeistof die gelijk staat aan wijn, maar in wezen is het een geestelijke substantie. (108) Alle voedsel en vruchten zijn hier in wezen geestelijk, want zij bestaan op het geestelijke levensvlak. Zij zijn desalniettemin voor ons reëel, evenals jullie grovere voedsel voor jullie reëel is. De bewoners van hogere sferen kunnen zich ook in de prachtigste materialen naar eigen smaak kleden, zo mooi bestaan die op aarde niet. Wij proberen je duidelijk te maken dat het leven in de hemelse, geestelijke wereld net zo echt is als jullie aardse leven, alleen oneindig veel mooier.

Een andere vraag die wordt gesteld, is: "Word je oud in de wereld van de geest? Hoe komt het dat wij soms de geest van een man of vrouw zien die oud lijkt?" Er bestaat geen leeftijd in het astrale gebied, alleen zou ik kunnen zeggen: een tijd van rijpheid of volle ontwikkeling. Een persoon kan er volgroeid uitzien, maar nooit afgeleefd, altijd levenslustig, gezond en gaaf. Een geest kan zich kleden zoals hij wil en zal vaak de aarde bezoeken, gekleed in het voorkomen zoals hij dat bezat tegen het einde van zijn laatste incarnatie. Hij ziet er zo uit om herkend te kunnen worden, (109) maar bij terugkomst in het astrale gebied is hij/zij weer de volmaakte man of vrouw.
Jij wilt wel eens iets anders dragen? Wij ook, wij hebben een klerenkast met vele gewaden, die wij naar wens kunnen aandoen. Wij kunnen bijvoorbeeld als een oosterling gekleed gaan met het typische witte kleed en de tulband. Wij kunnen ons kleden als een inwoner van Atlantis, met de kroon van veren zoals de 'gevederde slang'. Wij zullen soms worden gezien als een Amerikaanse Indiaan met de kroon van arendveren of we nemen het gewaad van onze Egyptische incarnatie als priester. Dat zul jij ook doen. Wat je ook bent geweest, welke incarnaties je ook hebt gehad, je hebt altijd het mogelijkheid om die kledij aan te nemen. Die is van jou. Je bent erin gegroeid en die kledingstukken horen jou toe.

De gebouwen in de geestelijke wereld zijn erg mooi. Er bestaan grote laboratoria voor de wetenschappers en prachtige observatoria voor de astronomen, schitterende galerijen en muziekkamers en zalen voor de muziekliefhebbers, en tuinen van uitnemende schoonheid voor tuinlieden. (110) In iedere voorstelbare wens en behoefte kan worden voorzien in deze andere wereld. Verder en verder, hoger en hoger, er bestaan geen grenzen aan het leven in de geest.
Denk niet dat leven en dood van elkaar te scheiden zijn. Denk niet aan 'hier' en 'daar', maar probeer je te concentreren op het eeuwige leven. Hiermee bedoelen wij dat je moet proberen te beseffen dat het leven voor eeuwig nu is. Bedenk dat wanneer je metgezellen hun lichamen afleggen, dat hij of zij naar een innerlijke wereld gaan, een ziele- en geestesleven, waarbij zij het gevoel verliezen van de neerdrukkende lasten, de zwaarten, het afmattende van sterfelijkheid. Velen moeten op aarde hard werken om alleen al het hoogst nodige voor het dagelijkse leven te verdienen. Zij kunnen niet altijd het beste leveren vanwege de economische druk, hetgeen natuurlijk verkeerd is. Wanneer ze dan overgaan naar de wereld van de geest, worden zij van die economische druk bevrijd en dan is het bezig zijn met werk een vreugde.
Probeer je in te denken hoe het is om zonder beperkingen te werken, (111) zonder angst, om alleen te werken voor het plezier in werk. Zo worden mensen na de dood te werk gesteld. Zij werken en hebben de tijd aan zich. Er is geen gevoel van drang en haast. Hun werk is een vorm van zelf-expressie. Zij hebben rust gevonden, zij hebben vrede gevonden, zij hebben liefde gevonden.

terug naar de Inhoud

Het leven is in wezen geest
Je bent allicht bedroefd als een kind overgaat, maar leeftijd zoals jullie die kennen, bestaat niet werkelijk. Wij zouden willen dat je die zienswijze kon herzien en niet langer denkt in jaren die aan je zorgen worden toegevoegd, die grijze haren brengen of blootstellen aan ziekten en slechte gezondheid, want dat is een verkeerd begrip.
Zet resoluut angst en moedeloosheid opzij, zoek diep in je eigen wezen en vindt daar een kracht - niet van de aarde en niet van het lichaam - een levende kracht die leeftijd noch ziekte kent, geen verdriet noch angst, maar alleen een eeuwige hoop. Je moet de groei en de uitdrukking van deze levensgeest bevorderen. (112)

Het doel van je schepping is ontwikkeling, groei; je leven is in wezen geest. Geest zal je vertellen, als je hem toestaat te spreken, dat zo zeker als de zon opgaat, zo zeker het eeuwige leven jou toebehoort.
Je hebt geen bewijs nodig van ons die zijn overgegaan door het glorierijke ontwaken. Als je waarachtig jezelf bent, zal een stem, die boven het rumoer van werelds materialisme uitgaat, zeggen: Ik leef, ik ben eeuwig: er bestaat geen dood!
Regel je leven vanaf dit moment zo, dat de geest van-binnen boven alle twijfel en angst uit, kan rijzen. Veel mensen hebben een zogenaamd bewijs gekregen door een medium, en zijn daardoor overtuigd van het leven na de dood. Dit is onvoldoende, het is niet genoeg om van een teruggekomen ziel te horen dat het leven doorgaat. De waarheid moet je ervaren. Waarheid woont binnenin en komt niet van buitenaf.

Wanneer je geest in het hart sterk wordt, zal deze je voortdurend, seconde na seconde, uur na uur, dag na dag eraan herinneren (113) dat het leven zich eeuwig ontplooit, steeds meer tot volheid uitgroeit. Je antwoord hierop: "Wij hebben dit al zo vaak gehoord, maar het verstand verlangt bewijs." Het verstand zal het bewijs ontvangen waar het zo intens naar verlangt wanneer het ware zelf, de innerlijke geest, zich doet gelden, want die is sterker dan het verstand. Dan zul je verlost worden uit de boeien van het materiële verstand en bewust in staat zijn, door je dagelijkse ervaringen, het leven van de geest te kennen. Geest veroudert niet, geest kent geen grijze haren, noch vermoeidheid, geest is eeuwig leven.

Van sommige mensen straalt iets geheimzinnigs af, een schoonheid, een waarheid, een ernst en zij verouderen in wezen nooit. Je ziet in deze mensen een licht, een geest, die zo krachtig is geworden, dat de beperkingen van de jaren worden overwonnen. Wanneer zulke zielen van de aarde naar de wereld van de geest overgaan, ondervinden zij dat het leven sereen en harmonieus wordt. Er is werk dat moet worden verricht, maar zonder besef van tijd, want er bestaat geen tijd in de geestelijke wereld! (114)
Wij zonderen het aardse gebied niet af van de volgende levensfase; wij zien een duidelijke relatie tussen de twee; in de wereld van de geest wordt aan iedere ziel mogelijkheden geboden, iedere ziel moet haar weg naar de hemelen vinden. Geen enkele ziel wordt gedwongen of geweld aangedaan, zij groeit door een proces van ontwikkeling, zoals een bloem zich ontplooit.

[In je eigen wezen is een levenskracht die zich moet ontwikkelen. Het leven is in wezen geest. De geest van-binnen moet groeien. De waarheid woont binnenin. Als je geest in het hart sterk wordt, groeit het leven uit tot volheid. Leer het leven van de geest kennen, de geest is eeuwig leven.]

terug naar de Inhoud

Persoonlijke en goddelijke liefde
De basis voor alle geestelijke ontwikkeling is liefde. Wij willen allen liefhebben en willen dat anderen ons liefhebben, dat is natuurlijk en het veraangenaamt het leven en vrolijkt het op. Velen van ons weten niet wat liefde is, tenzij wij het door een menselijke persoon zien uitgedrukt, dat is natuurlijk juist; want zei de grote Meester niet: "Hoe kan hij zijn broeder die hij heeft gezien, niet liefhebben, en God liefhebben, die hij niet heeft gezien?" (115) Maar soms is de genegenheid of het gevoel dat we liefde noemen, voornamelijk op één persoon gericht. Is dit goed? Alleen in zoverre als die persoon wordt herkend als een venster, waar ware liefde doorheen schijnt.

Om de wortel van liefde te vinden moeten we achter elke persoonlijkheid zoeken en een levenskwaliteit vinden die universeel is. Wanneer wij het gebied van ware liefde raken, dan bestaat daar geen scheiding. Geen enkel individu zal van zijn broeder gescheiden worden, want al Gods kinderen worden één als wij waarlijk liefhebben. Dit is moeilijk, want je zult beweren dat je je in het leven op individuen moet concentreren, dat je mooiste liefde voor je echtgenoot, vrouw, kinderen, vrienden en vriendinnen gereserveerd moet worden, voor hen die je het liefst zijn, en dat je liefde voor hen een andere kwaliteit heeft dan wat je voor anderen voelt.
Je voelt je misschien meer in overeenstemming, meer thuis, meer op je gemak met hen die je lief zijn - dat wil zeggen voor gewone doeleinden, voor het gewone leven, want zij die je het liefst zijn, zorgen voor je lichaam en stellen je gerust, (116) scheiding brengt dan een droef verlies. Maar wanneer je eenmaal verder reikt dan het aardse, naar geestelijk gezelschap, naar een affiniteit van de geest, dan heb je de sfeer van liefde aangevoeld en je zult in alle mensen diezelfde liefde herkennen die je eerst ontdekte in de enkeling.

In iedere ziel woont goddelijk leven, dat leven dat jullie allen gemeen hebben en dit is het wat jullie in staat stelt om het gevoel van liefde te ervaren. Om dus de betekenis van liefde te kennen, moeten wij proberen die goddelijke liefde in al onze broeders en zusters te vinden en niet de fout begaan liefde tot één individu te beperken. Het lijkt een paradox. Door liefde te voelen voor de enkeling, maak je contact met de goddelijke liefde en op geen andere manier. Je kunt niet weten wat ware liefde is, totdat je deze les machtig bent.
Wij zien het licht door individuele zielen schijnen, in werkelijkheid hebben wij niet de individu zelf lief maar de kwaliteit van liefde die door hem heen schijnt. Geen leermeester zal ooit op persoonlijke liefde aanspraak maken. (117) Herinnerde Meester Jezus zijn discipelen niet voortdurend aan deze waarheid? "De woorden die ik tot jullie spreek, zeg ik niet uit mijzelf, maar de Vader die in mij woont, hij doet de werken." De goddelijke vonk in de mens openbaart de Christus aan de mens.
In iedere ziel woont goddelijk leven, dat leven dat jullie allen gemeen hebben en dit is het wat jullie in staat stelt om het gevoel van liefde te ervaren.

[De basis voor geestelijke ontwikkeling is liefde. Al Gods kinderen worden één als wij elkaar liefhebben. Wanneer je streeft naar geestelijk gezelschap, naar geestverwantschap, dan heb je de sfeer van liefde aangevoeld en je zult in alle mensen diezelfde liefde herkennen.
De goddelijke vonk in de mens komt overeen met de Christus. In iedere ziel woont het goddelijke leven, dat jullie allen gemeen hebben en daardoor kunnen jullie het gevoel van liefde ervaren
.]

terug naar de Inhoud

Onze levenshouding
Om weer op praktische zaken terug te komen: hoe kunnen wij de wereld verbeteren? Als je je met hart en ziel voorneemt dat je houding ten opzichte van mensen, individueel en collectief, vriendelijk zal zijn - wij vragen niet meer, alleen dat je vriendelijk zult zijn - zal de vrede die je dan zult vinden je verbazen.
Het lijkt zo eenvoudig: 'Wees vriendelijk'. Maar neem deze kleine boodschap ter harte. Met nieuwjaar hebben jullie het allemaal over een nieuwe bladzijde beginnen, over goede voornemens, maar zij vervagen al gauw omdat ze te moeilijk zijn om te vervullen. Als denkende mannen en vrouwen verlang je boven alles om van dienst te zijn, (118) om een goed gebruik van je leven te maken. Niemand wordt overgeslagen wanneer er werk aan de winkel is; en zoals je je vandaag voorneemt om een trouwe en ware dienstknecht van God te zijn, zo zullen wij je nog eens de eerste stap noemen:
Wees vriendelijk... Wees vriendelijk voor elkaar.

Analyseer deze kleine boodschap en het zal je opvallen hoe vaak we daarin te kort schieten. Het verstand kan zo arrogant zijn en zegt dan: "Ik heb het recht om te argumenteren en die man of vrouw heeft het aan het verkeerde eind." Als dat je gevoel is, kijk dan naar binnen en vraag wie er fout is. Misschien ben je het zelf.
Als iemand je kwetst, dan smeken wij je om je standpunt te wijzigen. Wat de omstandigheden ook zijn, hoe scherp het klaarblijkelijke onrecht ook moge zijn, er bestaat in het leven geen onrecht. Je werkt slechts je karma uit, je oogst wat je in het verleden hebt gezaaid of anders krijgt je de mogelijkheid om een waardevolle les te leren. (119) Wanneer je op de krenking terugkijkt met een dankbaar hart - wees blij voor de les die je hebt geleerd - dan maak je een flinke stap voorwaarts op de weg. Hoe moeilijk je het ook mag vinden om onze woorden te accepteren, in het volgende leven zullen omstandigheden en toestanden je leren om te zeggen: "Mijn God en mijn broeder, ik dank jullie!"
Speciaal hierom vragen wij je om je levenshouding aan te passen en eenvoudig vriendelijk te zijn, vriendelijk in je gedachten, in je woorden en vriendelijk in je handeling. Als je geen opbouwende kritiek kunt leveren, bekritiseer dan helemaal niet. Zo heeft je Meester het je geleerd. De tijd verandert, eeuwige waarheden niet, want zo heeft iedere grote ziel gesproken, ieder die aan de top van het menselijk ras staat, iedere Oudere Broeder die meesterschap heeft bereikt en vrijheid van gebondenheid.

Geliefden, wij geven je hoop. Er is niets te vrezen in het leven, behalve vrees. Ban vrees uit en kijk met vertrouwen naar de toekomst, niet met de vage hoop van je versland, maar een hoop, kloppend als levenskracht in je hart, (120) een hoop die het je duidelijk maakt dat alles ten goede samenwerkt, dat God liefde is en dat de dood niet scheidt en de loop van 's mensen voortgang naar de eeuwige dag niet kan tegenhouden. Als een geliefde of metgezel of kind door de sluier van de dood overgaat, vrees de scheiding dan niet, want je mag ook nu naar je geliefde gaan, en hij of zij kan nog steeds leiding geven en je bijstaan in je aardse leven. Alleen materialisme van de mens kan geliefde zielen uiteen drijven, de dood kan hen niet scheiden.
Zo bidden wij dat ieder mag worden aangestoken door het vuur van de hoop en voorwaarts mag trekken met het vaste voornemen om geestelijk te groeien, om zich meer bewust te worden van eeuwige waarheden. Zo zal je dan geen ziekten of armoede meer kennen, want zoals je in harmonie komt met God en Zijn liefde, zo zal in iedere levensbehoefte worden voorzien en iedere hartekreet worden vervuld. (121)

terug naar de Inhoud

8. Het denken met het hart en de ontwaakte herinnering aan reïncarnatie
Daar waar je stilte vindt, diep in je hart, daar vind je de bron van alle waarheid. Je Meester zal je middels het denken met je hart en niet door het intellect onderwijzen. Je zult dit beter begrijpen wanneer je je bezint op de woorden van Jezus: "Wie het Koninkrijk Gods niet ontvangt als een kind, zal het voorzeker niet binnengaan." Om als een klein kind te worden, betekent het verplaatsen van je bewustzijn van het denken met je hoofd naar het hart.
Gewoonlijk denk je met je hersenen [?]; terwijl je leest zijn je hersenen ook nu bezig onze woorden te interpreteren [?]. Veel mensen maken echter de fout het intellect te aanvaarden als de enige betrouwbare kenner van waarheid. Het hoofdcentrum kan inderdaad een belangrijk aandeel hebben bij de geestelijke ontwikkeling van de mens; maar vergeet niet dat er ook een 'verstand van het hart' is. Het hart is een prachtig orgaan dat veel meer geheimen bevat dan de medische wereld heeft ontdekt. (122) Het heeft een etherische tegenhanger dat heel belangrijk is bij de groei, het leven en de dood van het fysieke lichaam; het heeft ook een geestelijke tegenhanger die wij het hartcentrum of het hartchakra noemen; en in het hartcentrum bevindt zich het juweel, het Christus-licht.

terug naar de Inhoud

De mens heeft door het 'westerse' materialisme veel verloren.
Hij verloor zijn ziel bij de ontwikkeling van zijn mentale lichaam. Door te veel mentale activiteit wordt het denken met het hart, het hartlichaam, verwaarloosd, totdat verdriet of fysieke pijn en lijden tussenbeide komen. Dan zal het machtige en hebzuchtige intellect niets kunnen brengen dat de geestelijke pijn kan verzachten, noch de bedroefde en eenzame kan troosten. Slechts één ding kan de mens steunen in zijn uur van nood. Dat is het licht dat vanuit de hoogten in het hart van de mens schijnt, dat een waarheid uitdraagt die zijn ogen opent, waardoor hij het doel van zijn reis leert zien. Dit brengt hoop en zelfs vreugde aan de verdrietige mens.

Het kleine zaadje, het waardevolle 'juweel in de lotus' wordt gewekt en groeit. (123) Dit is de reden waarom wij telkens zeggen dat meditatie van het grootste belang is, wanneer je het ware licht wilt ontplooien. Boeken zijn natuurlijk goed, het bestuderen van vergelijkende godsdiensten kan een goede hulp zijn, maar zij kunnen je niet geven wat dit innerlijke licht kan geven. Wij zijn het ermee eens dat de ontwikkeling van het intellect, mits het door het innerlijke licht wordt geïnspireerd en geleid, tot groter begrip kan leiden en een vlug begrip, maar wij herhalen dat het voor de ziel van wezenlijk belang is te streven naar het denken met het hart.

terug naar de Inhoud

De mens is een deel van Gods schepping
Het licht van binnen is het ware licht van God, het Kind van God. Zo zal 'een klein kind hen leiden'... Christus... het heilige kind dat in het hart woont. Laat daarom het denken met het hoofd niet de leiding nemen, maar streef steeds om in overeenstemming te komen met het eeuwige leven achter de uiterlijke verschijning. Mediteer vaak over de grootse glorie van Gods schepping, zodat het denken met het hart actief wordt. Vul het lagere denken niet met rommel en onbeduidendheden; (124) laat het goed gebruikt worden en laat het hart tegelijkertijd mediteren over mooie, vrolijke en nuttige dingen. Stel de vraag aan je hart hoe je het beste je medebroeder kunt dienen. Het antwoord zal zijn: door hem te begrijpen. De mens moet begrijpen dat hij deel uitmaakt van de grootse schepping van God; zijn hartcentrum moet ontwaken, moet medeleven uitstralen en als een gloeiend vuur in de ziel branden. Hij moet leren niet alleen voor zichzelf te leven, niet voor zelfverheerlijking, maar om de mensheid te helpen en te dienen, de zieken te genezen, en bedroefden te troosten en hongerigen te eten te geven. De godsdienst van een mens moet tot uitdrukking komen in praktisch dienstbetoon op aarde.

Iedere mens is een universum in zichzelf, het centrum of de zon van dat universum is zijn hart, niet zijn hoofd. Zoals de zon het centrale punt is van het zonnestelsel, zo is je hart het centrum van jouw universum. De geestelijke tegenhanger van de fysieke zon is het Christus-licht [geest is licht]. Wanneer het Christus-licht in het hart ontwaakt, (125) begint het denken met het hart te functioneren. De fysieke zon beheerst de fysieke hemelen en Christus, die door middel van het hart regeert, regelt de bestemming van iedere mens en van het mensdom als geheel.
Zoals de Opperbouwmeester van het heelal heerst in een Vrijmetselaars Loge, zo moet de Meester in het hart de lodge of tempel van 's mensen wezen regeren. Wanneer de Meester echter niet sterk genoeg is om zijn lodge te beheersen, als tegenstanders de Meester kunnen overweldigen, dan zijn chaos, verdriet, ziekte en duisternis het gevolg. Het licht vervaagt dan en daarmee de vreugde, het geluk, de wijsheid en de schoonheid. De Meester, de zon binnenin, moet de lodge in het menselijk hart regeren en alle ledematen en organen onder controle hebben. Volmaakte harmonie en perfecte gezondheid zullen dan volgen. Als het hart koud en doods is, bezit de mens geen bezieling, geen warmte voor de mensheid, geen uitstraling. Zoals een mens denkt, zo zal hij ook uitgroeien. (126)

terug naar de Inhoud

Het wiel der wedergeboorte
Ook ligt er in het hartcentrum het 'zaadatoom' [het ontoegankelijke geheugen] dat daar van vorige incarnaties is achtergebleven, een zaad dat herinneringen aan vorige levens bevat, vorige mislukkingen, vorige triomfen, en vroegere eigenaardigheden [persoonlijkheidskenmerken] die in de ziel verweven liggen. Het zich bewust worden van het licht of de 'Christus in het hart' zal het begrip herstellen en de herinnering aan vorige levens terugbrengen. Zulke herinneringen wellen op in het denken vanuit het hart en kunnen door de hersenen worden geregistreerd.
Er bestaat veel verwarring omtrent dit grote principe of de wet van reïncarnatie. Sommigen voelen afkeer of weerzin bij het idee dat zij zouden moeten reïncarneren in een fysiek lichaam en begrijpen niet, wanneer zij eenmaal door het fysieke leven zijn gegaan en daarna naar de sferen van licht, waarom zij gedwongen zouden worden om terug te keren. Deze wet komt hen zonder rede en onlogisch voor en het past niet, zo zeggen zij, in de opvatting van een al-wijze en al-liefhebbende God. (127)

Zij denken dan bijvoorbeeld aan het heengaan van een van hun goede vrienden, die terugkomt en van tijd tot tijd boodschappen brengt en beschrijvingen van de hemelse gebieden waar hij leeft en zij vragen zich af waarom, nu hij eenmaal is bevrijd, hij terug zou moeten komen naar het verdriet van het aardse leven. Het lijkt allemaal vrij zinloos. Wanneer de ziel zo veel heeft opgenomen van het hemelse licht, lijkt het onvoorstelbaar dat zij weer moet worden geboren in armoedige of misschien onaangename aardse omstandigheden: een schending van de goddelijke wet van liefde en vooruitgang.
Reïncarnatie is een veelomvattend onderwerp en wij verzekeren je dat de gangbare ideeën van tegenwoordig slechts een primitieve, onvolledige beschrijving geven van wat er in werkelijkheid plaatsvindt. Totdat je de wet van reïncarnatie ten volle begrijpt, zullen de meeste diepere problemen van het leven onduidelijk blijven en zul je er niet in slagen om rechtvaardigheid in het leven te vinden, zelfs al geloof je dat God goed is, alwijs en liefdevol. (128) Het leven is groei en er zijn universele problemen die alleen kunnen worden opgelost door begrip voor het proces van ontwikkeling. De mens, beperkt door het aardse denken, kan zich geen voorstelling maken van de ware betekenis van tijd. Hij denkt in aantallen jaren of eeuwen als een lange periode, terwijl dit in werkelijkheid slechts een flits is. Hij denkt niet aan incarnatie in verhouding tot het leven als geheel en daarom kan hij niet begrijpen hoe weinig je kunt vergaren in één korte levensperiode.

Laten wij dan eerst de gemiddelde levensduur van de mens beschouwen. Laten wij die ene geboorte, dat leven en dat overlijden bezien en laten we dan het leven van een gewone man of vrouw vergelijken met een leven waarin goddelijkheid wordt uitgedrukt door de grote leraren en meesters. Neem de vergelijking van die twee goed in je op en onderzoek dan eerlijk je eigen ziel [persoon]. Hoe vaak schoot je niet tekort en beantwoordde je niet aan je ideaal?
Het is juist dat jullie gewoon menselijk zijn, maar jullie zijn ook goddelijk en het levensdoel is de volle ontplooiing van de goddelijk-menselijke natuur of de Christus-mens. (129) Het is inderdaad het doel van de schepping dat alle kinderen van God zich mogen ontwikkelen tot de volledigheid en heerlijkheid van de Christus.
Soms zegt men: "O, dat is een oude ziel!" Maar hoe is die ziel wijs en sterk en stralend geworden? Door discipline in het fysieke leven. Discipline betekent groeien, de beste discipline die God, de Vader-Moeder ons oplegt, is de dagelijkse omgang met elkaar, de gewone taken. En toch verzet iedere ziel zich daar tegen. Je zegt dan: "Ja, dit kunnen we aanvaarden, maar heeft de ziel geen grotere mogelijkheden tot ontwikkeling op het astrale gebied?" Tot op zekere hoogte wel; bedenk echter dat de beperkingen van tijd en ruimte, de beperkingen van het fysieke leven er in het volgende gebied niet meer zijn; daarom zal discipline daar van een andere aard zijn en het doel van reïncarnatie is juist: discipline! Verdriet dapper dragen en succes met een nederig hart onder ogen zien, geluk met anderen delen, kan het leven disciplineren. (130)

Het ware tehuis van de ziel [persoon] is in de hemelse gebieden, een plaats van schoonheid en gelukzaligheid. Jonge zielen zonder ervaring op aarde, zijn te vergelijken met baby's op de moederschoot; zij moeten nog leren hun ledematen te gebruiken, te trappelen, te lopen en te handelen. Wij moeten ook bedenken dat die baby's in aanleg goden zijn, jonge scheppers.
God ontwierp het fysieke bestaan als een middel om het kind te leren al zijn vermogens te gebruiken. Wij kunnen geen beter symbool bedenken voor het aardse leven dan dat van het zaad, dat in de donkere aarde wordt gezaaid, opdat het mag uitgroeien tot een volmaakte bloem. De volmaakte bloem, de oerbloem, werd eerst in de gedachte van God geschapen en daarna werd het zaad in de aarde gelegd om tot volle wasdom uit te groeien. Zo vergaat het jullie ook; jullie zijn allen in de fysieke vorm gezaaid om naar het licht te groeien, totdat je de volmaakte zoon of dochter bent geworden. De volmaakte oer-Godmens, die God in den beginnen in gedachten hield. (131)

terug naar de Inhoud

Het 'hogere zelf'
Vorm je eerst een beeld van de ziel van de mens, niet zoals jij haar kent door de persoonlijkheid van het dagelijkse leven, maar als iets veel groters, dat in de hemelse wereld woont en een verzameling van alle ervaring van vorige incarnaties is. De persoonlijke mens op aarde vertegenwoordigt slechts een klein deel van de ziel die in een hogere staat van bewustzijn verkeert, al kan die persoon in meerdere of mindere mate met dat hogere zelf in verbinding staan en ervan betrekken als zij dat wil.
Dit idee werd soms in de Mysteriescholen van het verleden meegedeeld aan de neofiet door de symboliek van de Vrijmetselaars. De ziel werd voorgesteld als een tempel in de hemelen en iedere incarnatie als een 'ashlar' (ruwe steen) die door de levenservaringen gebeiteld en geslepen moest worden, zodat deze in de bouw van de Tempel zou passen. Bij het bouwen van de tempel kan niet op goed geluk worden gewerkt; alles moet exact en precies worden uitgewerkt; (132) een onregelmatige steen of vierkant zou het hele bouwwerk uit zijn evenwicht brengen.
De mens moet aan zichzelf werken - dat zelf, dat de Metselaars uit de oudheid als een ruwe 'ashlar' beschreven. Hij moet met hamer en beitel op de ruwe steen van zijn eigen natuur werken om het tot een volmaakte steen te vormen die in de tempel zal passen, die God van de aarde tot in de hemelen optrekt. Wanneer de mens eenmaal begrijpt dat hij in het gewone leven aan zichzelf moet werken en dat er geen dag voorbij gaat waarop hij op zijn eigen wezen een stempel drukt, zal hij leren zijn gedachten en gevoelens de baas te worden.
De mens bezit dan een ziel in de hemelen die het zaad, dat de geest bevat, het wezen van God in de mens, dat zijn levensloop richting geeft. Dat is waarom wij zeggen dat God de levensweg leidt. Die prikkel die de mens tot het hoogste aanspoort, soms tegen de wil van het lager zelf of eigen wil, is de God binnenin de mens. Het is deze geest of goddelijke vonk die het leven van de ziel richt en haar door menige aardse ervaring leidt. (133)
Iedere keer daalt een 'gedeelte van de ziel' in incarnatie af [iedere keer neemt de geest een tijdelijke leerpersoonlijkheid aan, nodig voor dat bestaan] : zie de horoscoop of het numerogram] en neemt bepaalde ervaringen op die zij nodig heeft voor de groei en ontwikkeling van die hogere ziel. Dus, al naar gelang je groei en ontwikkeling, draag je bij aan dat grotere zelf. Zoals je in opeenvolgende incarnaties op het aardse gebied inspant, zo ben je bezig die prachtige ziel [persoonlijkheid] te bouwen.

Wij willen je voorstelling van reïncarnatie verruimen, zodat je afrekent met het idee dat de mens heen en weer slingert tussen twee werelden. Wij hopen dat je een groter en ruimer begrip vormt van de voortdurende groei van God-bewustzijn, die plaatsvindt in de 'grotere ziel' [de persoonlijkheid zoals die is gegroeid, als de geest weer thuis is], die van jou is.
Soms, wanneer je in grote moeilijkheden of wanhoop verkeert, kun je een flits van kracht en licht uit dat zelf ontvangen en iets volbrengen of doorstaan waarvan je dacht dat dit onmogelijk zou zijn. Of het kan zijn dat anderen die je kent eenzelfde flits hebben ontvangen, waardoor de lafaard de held blijkt te zijn, en de zelfzuchtige onzelfzuchtig wordt. Je hebt geen idee van de menselijke mogelijkheden wanneer hij eenmaal (134) dat contact met het grotere zelf kan onderhouden, met zijn ware wezen.
Maak nooit de fout, geliefde kinderen, iemand te veroordelen, kijk nooit naar een ziel en zeg: "Arme stakker, hij of zij is nog zo onontwikkeld," want je weet niet wat je zegt. Het kan zijn dat zij die zo gedegradeerd lijkt, een ziel in de hemelse wereld is van grote zuiverheid en schoonheid.

terug naar de Inhoud

Waardoor herinneren wij ons dat niet?
Je vraagt je af welk bewijs wij je kunnen geven voor die theorie van reïncarnatie? Wij antwoorden hierop dat geestelijke zaken alleen op een geestelijke manier kunnen worden bewezen. Niet veel mensen kunnen het bewijs leveren van reïncarnatie (ofschoon er een aantal bewezen voorvallen van bestaan) of van enig andere geestelijke waarheid; maar het bewijs zal door je eigen intuïtie tot je komen als gevolg van je eigen ervaring. De enige manier om kennis te vergaren van goddelijke geheimen, is langs de weg van liefde en onzelfzuchtigheid. (135)
Het verstand, dat zijn plaats heeft in de evolutie, kan uit zichzelf de waarheid niet ontvouwen; maar toch is het nodig dat het verstand wordt ontwikkeld voordat inzicht kan dagen. De mens probeert waarheid te vinden door veel te lezen, maar het hart van waarheid ligt in de geest en jij kunt alleen waarheid voor jezelf vinden: niemand kan je die bijbrengen. In je zoeken naar zuiver begrip voor reïncarnatie moet je de mens van binnen leren kennen, je diepste zelf [de menselijke geest]. Wanneer je van aangezicht tot aangezicht komt te staan met je innerlijk zelf, dan roep je niet langer om bewijzen, de weg van de evolutie van de ziel is dan bekend.

Je kunt je ook afvragen waarom jij je het verleden niet kunt herinneren, maar kun je de tijd voor ogen halen toen je twee, drie of vier jaar was? Hoe denk je dan incarnaties van honderden en duizenden jaren geleden te kunnen herinneren? Het geheugen ligt niet in de fysieke hersenen, evenmin kan het in de astrale en mentale lichamen waarmee je je omkleedt, worden gevonden. (136) Wanneer je echter in je hogere lichaam kunt functioneren, dat ook wel het 'causale' lichaam wordt genoemd en dat ik de tempel zal noemen, zal je gezicht geopend worden en zul je je herinneren, want je raakt dan het hemelse denken en dat is de opslagplaats van het verleden.

Hoeveel tijd ligt er tussen de incarnaties? Wij kunnen geen vaste regels stellen. Wij kunnen niet zeggen dat een mens iedere twee-, drie- of vijfhonderd jaar reïncarneert. Dat zou onjuist zijn. Als wij je vertellen dat een mens het ene lichaam verlaat en onmiddellijk een ander aanneemt, dan zou ook dat niet juist zijn. Als we zeggen dat er duizenden jaren verlopen tussen iedere incarnatie, dan geven wij je nog steeds geen volledige waarheid. Het is persoonlijk en hangt helemaal van de individu af. Het is echter mogelijk dat een ziel [mens, persoon] snel weer incarneert voor een bijzonder doel.
[Ook hier worden binnen één alinea de woorden 'mens' en 'ziel' afwisselend gebruikt]

Dan vraag je: in welk stadium trekt de ziel [mens, persoon] in het lichaam, is het vóór of op het moment van de geboorte? Wij zouden willen zeggen dat de ziel zich geleidelijk aan met het stijgen der jaren met het lichaam verbindt. (137) Op de leeftijd van ongeveer eenentwintig jaar is de ziel ten volle geïncarneerd, al geven wij er de voorkeur aan ons niet te binden wat de tijd betreft. Het contact van de ziel met het lichaam van de moeder is vóór de conceptie gelegd.

Een andere vraag die je kunt stellen is of het voorkomt dat een ziel in een bepaalde incarnatie achteruit kan gaan? Wij zeggen dan dat als men onderweg iets moois heeft gemist, het dan aan te bevelen is om op je schreden terug te keren om het te vinden. Noem je dat achteruitgaan? Maar bedenk wel dat het voor de ene ziel niet mogelijk is om de andere te beoordelen; wanneer je oordeelt, veroordeel je jezelf.
Dan vraag je misschien ook of wij in dezelfde familie reïncarneren en zo ja, hebben wij dan altijd dezelfde ouders of dezelfde kinderen? Nee, maar leden van één familie hebben de neiging om elkaar aan te trekken. De band kan afwisselend die van broer of zuster zijn, vader of zoon, echtgenoot of echtgenote. Je bent verbonden door de banden van karma, zowel met de familie als met vrienden en je legt samen in families en groepen de weg van ontwikkeling af. (138) Naargelang je karma zul je liefde en geluk vinden die je opwachten; of misschien vijandelijkheid en tweedracht, het zal dan je taak zijn om die in liefde te veranderen.

Een mens moet door zijn incarnatie invloed uitoefenen op dat deel van de wereld, waarin hij woont, dat is de wet. De mens wordt daar geplaatst, waar hij het meest voeding kan geven aan het leven op aarde. Hij geeft en hij ontvangt ook voeding van het aardse leven. Wij hebben er geen behoefte aan om de waarheid van reïncarnatie op te dringen aan degene die er afkerig tegenover staat.
Desondanks, reïncarnatie, evenals leven en dood, is een wet; of een mens daar nu in gelooft of niet dat maakt geen verschil. Het is een beetje vreemd dat sommige mensen schijnen te denken dat zij door te zeggen dat zij niet geloven in overleving na de dood, de wet van reïncarnatie of de wet van oorzaak en gevolg hierdoor zouden kunnen opheffen. Wij zeggen echter met nadruk, dat een mens over vrije wil beschikt. (139) Hij wordt nooit gedwongen, hij zal nooit uit de hemel worden teruggetrokken en goedschiks of kwaadschiks naar de aarde worden teruggeworpen.

Als een mens verklaart: "Ik wil niet teruggaan," komt het antwoord: "Wel, mijn kind, rust dan wat uit; er is geen haast." God heeft nooit haast. Het is allemaal een kwestie van ontwikkeling van de individuele ziel en wanneer je tot inzicht bent gekomen, zal je enige wens zijn om terug in het harnas te gaan en je enige vraag: "Wanneer kan ik gaan?"
We stelden reeds dat je geneigd kunt zijn te denken dat de ziel haar lessen beter zou kunnen leren op het astrale gebied en daar haar heil zou kunnen uitwerken, dat zij op dat gebied voor precies dezelfde omstandigheden als op aarde zou komen te staan. Maar de substantie van de astrale gebieden verschilt aanzienlijk van die van de aarde. Zij wordt veel gemakkelijker gemodelleerd door gedachten. In de donkere, dichte fysieke materie heeft de ziel te maken met harde lessen, die geleerd moeten worden en waarvan zij zich alleen meester kan maken op aarde. (140)

Het hele doel van de schepping is geestelijke evolutie: de geest moet de dichte materie volledig de baas worden, omdat ze het goddelijke leven in zich draagt, en God werkt in de materie, overal in Zijn schepping. De God-van-binnen groeit en ontwikkelt zich totdat het werk is volbracht en dat betekent absoluut meesterschap over zijn omgeving. Het is veel gemakkelijker, veel aangenamer, om te denken aan een ziel die overgaat van de boeien van het vlees naar een andere wereld om haar heil daar uit te werken in veel plezieriger en gemakkelijkere omstandigheden; maar zo werkt dat nu eenmaal niet.
Wij zouden er ook op willen wijzen dat de vreugde die een ziel ervaart wanneer zij meesterschap over het vlees heeft verworven, onmiskenbaar is. Konden wij maar iets meedelen van die intense vreugde van de vervulling die verkregen wordt door de fysieke ervaring. Dan zou je volledig begrijpen en je verblijden in de gelegenheid die de ziel wordt geboden om naar de aarde terug te keren voor nieuw avontuur. (141)

Velen onder jullie gingen terug naar de aarde omdat je de mensheid wilde helpen, niet zozeer door bezoek aan kerk en het verrichten van goede werken, maar door je aanwezigheid in het leven als zodanig, hetgeen een vreugde en troost kan zijn voor de mensen om je heen; voor familie waarin je wordt geboren en voor het gezin waar je later de ouder van zult worden, en eveneens voor vele vrienden. Je kunt het beste dienen door een zoon van God te zijn en niet door je krachten en energie te versnipperen, maar door warmte en licht te geven en iedere bloem te helpen om zo mooi mogelijk te bloeien in dat plekje van de tuin, waarin ze is geplaatst. (142)

terug naar de Inhoud

9. Karma
Verlichte onderzoekers van religie hebben door de eeuwen heen karma erkend als één van de wetten die het leven der mensen op aarde beheerst. ['karma' van de Sanskriet-woordstam 'krm': handeling, het gedrag waarvoor de mens verantwoordelijk is te stellen] Alle leven wordt door wetten beheerst en wanneer wij voor onszelf eenmaal kunnen vaststellen dat de wet onontkoombaar is, zal het ons helpen de lessen te aanvaarden, die wij allen te verwerken krijgen. Niettemin zouden wij de opvatting recht willen zetten dat karma een soort straf zou zijn die de mens wordt opgelegd voor begane fouten.
De mens wordt verteld dat God liefde is en toch moet hij toezien hoe zijn geliefden moeten lijden en hoe hij zelf lijdt. Hij voelt soms verontwaardiging, wrok en verbittering wanneer hij een familielid of vriend pijn ziet lijden, zonder dat hij iets kan doen om verzachting te brengen; of hij ziet zijn geliefde sterven, schijnbaar op een moment dat het leven nog zo veel belooft. Begrijpelijkerwijs twijfelt hij dan aan Gods liefde. (143)
Als hij naar een wereld kijkt die verscheurd wordt door bloedvergieten en door lijden, rijst er een kreet op uit de meelevende mens: "Waar is God en waarom staat God deze conflicten en dat lijden toe?" Geliefde kinderen, wacht even en denk eens met ons mee. God openbaart op ieder moment van het leven schoonheid en liefde aan het hart van de mens. Ieder van jullie heeft wel eens bij de een of andere gelegenheid een gevoel van extase en onbeschrijflijke dankbaarheid gevoeld. Dit roeren in het diepste van de ziel kan je overkomen, wanneer je geniet van een vakantie of na het voorbijtrekken van een wolk van verdriet. Je kunt het ervaren na een verzoening of misschien bij het vinden van je geliefde, die in je leven komt. Laten we hierbij zeggen dat deze menselijke liefde werkelijk een antwoord is van God op een innerlijk verlangen en zoeken naar een ideaal, naar een metgezel, naar schoonheid, naar God. Het is het zoeken naar God dat de mens aanspoort om zijn levensgezel te zoeken, het omhoog streven naar God zoals overal in de natuur. (144)

God komt en spreekt dus in het hart van de mens, maar de mens herkent die stem niet als komende van God en ziet het meer als iets dat voortkomt uit de natuur. Niettemin is iedere schoonheid, ieder gevoel van vreugde en geluk in waarheid, een uitdrukking van God in een fysieke vorm. Wij kennen allemaal het genoegen dat we ondervinden van het gezelschap van een vriend die eensgezind met ons is. En de vreugde die wij ervaren komt als expressie van hem (of haar) en van ons eigen hart en gaat ver uit boven de grenzen van het menselijke verstand.
Het verstand zal nooit God aan de mens onthullen. God wordt alleen gevonden op een bepaald punt op de weg der ervaring. Hij spreekt tot de mens door het hart en als dat gebeurt, dan wéét die mens en dan trekt hij de liefde van God nooit meer in twijfel. De mens die zich eenmaal bewust is geworden van zijn Zoonschap, twijfelt nooit meer aan Gods liefde. Zo komen wij dan uiteindelijk tot het uiterste besef dat God liefde is en dat alles wat op aarde tot uitdrukking komt, het gevolg is van de liefde van God. (145)

terug naar de Inhoud

De goddelijke Moeder
Laten wij nog eens even stil zijn en ons een beeld vormen van God. Vooroordeel verhindert ons tegenwoordig om het idee van het Moeder-aspect van God te aanvaarden. En toch heeft de aanbidding van het goddelijke Moederschap vanaf het begin der tijden bestaan. Iedere mens heeft een moeder liefgehad. De liefde van een man voor zijn vrouw, van een moeder voor haar kinderen, is als een innerlijke stem die aanspoort om in de moeder een uitdrukking van het goddelijke te zien.
Mediteer maar van tijd tot tijd over de goddelijke Moeder en buig je voor het idee van volmaakte Moeder-liefde. Richt je gedachten op het Moeder-aspect van God, de uitdrukking van alles wat medeleven, warm, aangenaam, liefdevol en begrijpend is. Denk daarbij dat de wijze Moeder weet wat goed is voor haar kind en dat zij haar toewijding niet verzaakt. Zij zal haar kind bijsturen als dat nodig is, maar met tedere liefde.

Wat heeft dit allemaal te maken met de uitwerking van karma? Alles, mijn broeders. (146)
Het bevat de kern van de waarheid, want wij zullen karma beschrijven, of de wet van oorzaak en gevolg als een wet die door goddelijke liefde is gecreëerd, niet om de mens te straffen, maar om hem te helpen de waarheid te leren. Voor een kind is het woord 'les' op zich al weerzinwekkend, daarom zeggen wij liever dat karma ons voorziet van de mogelijkheid om God te kennen. Alle ervaringen in je leven komen ten slotte om je uiteindelijk de vreugde van God te brengen.
Zo zien we dan dat God zowel Moeder als Vader is voor de mens; goddelijke wijsheid, goddelijke liefde en evengoed goddelijke macht, die altijd achter iedere vorm en iedere manifestatie werkt, opdat Gods kinderen - ieder een vonk van goddelijke liefde, uitgeademd vanuit het hart van God - mogen leren om dat geluk dat God is en dat God als zaadje in iedere ziel heeft geplant, tot uitdrukking te brengen. (147)

terug naar de Inhoud

Het doel van karma
In het begin is de mens te vergelijken met een klein kind, onbewust van het bestaan van goddelijke wetten en zonder enige levenservaring. Een kind moet zelf leren zitten, staan en lopen, leren eten en spelen, en zich dan door verstandelijke ontwikkeling door ervaringen te verwerken, bepaalde feiten omtrent het leven eigen maken, om ten slotte tot volle wasdom uit te groeien.
De geest van een mens heeft een soortgelijk verloop als de ontwikkeling van een kind, dat begint bij de geboorte uit de Vader-Moeder-God en dat door de groei van het geestelijke bewustzijn en de terugkeer, uitmondt in de hereniging of eenwording met God.
Zonder de ervaring van lijden - fysiek, mentaal of geestelijk - zou er voor de geest geen ontwikkeling van het bewustzijn volgen, geen groei van de onbewuste naar de zélfbewuste toestand, en dan verder naar het Christus-bewustzijn. Zolang een geest zelf geen lijden ervaart, is hij zich niet bewust van het lijden van zijn broeder en dus niet in staat om zijn wonden te verbinden en te genezen. Pijn brengt verlichting, mededogen, begrip. De mens leert meer door pijn en lijden, dan door geluk en vreugde. (148)

Vanaf het begin heeft het kind, ofschoon onschuldig, twee aspecten in zich die men goed en kwaad noemt. Het zal in zijn leven beide tot uitdrukking brengen en zal door de uitdrukking van goed en kwaad de schulden- en verdienstenzijde van zijn hemelse betalingsbalans opmaken. Als deze waarheid maar eerst goed zou doordringen, als alle mensen zelf zouden kunnen zien dat wat zij zaaien zij vast en zeker ook zullen oogsten, dan zouden zij zich wel eerst bedenken voordat zij iets vernietigen dat bijdraagt aan de schoonheid en het evenwicht van het leven.
Niemand van ons zou dan zijn broeder willen doden. Het verhaal van Kaïn en Abel demonstreert dit, want toen Kaïn, het aspect van het kwade, Abel had gedood en werd verstoten, riep hij uit dat zijn verdriet groter was dan hij kon dragen. Maar realiseer je je dat je zelfs door een vlaag van woede een moord begaat? Ondoordachte, haastige wrede woorden vermoorden allemaal iets moois en goeds. (149)

Als je hierover nadenkt zul je beseffen dat je beter de weg van zelfdiscipline kunt volgen en beter altijd naar God kunt streven dan de machten van vernietiging toe te laten die het betere zelf vernietigen. De Zoon van God binnenin is voortduren aan het bouwen, steeds voortbrengend, maar als Kaïn het vernietigt, dan vult het een schuld in op zijn betalingsbalans. We kunnen ons karma uit het verleden niet veranderen, maar wij kunnen dat beheersen wat wij in de toekomst zullen doen en daarom, mijn broeders aanvaard de wijsheid om te trachten jezelf te onderwerpen aan de wetten van God. Beheers jezelf, je gedachten, je spreken, wees vriendelijke en liefdevol.
Het komt allemaal op dat ene punt neer: wees vriendelijk en medelevend, breng nooit willens en wetens pijn toe aan welk levend wezen dan ook. Zij die hebben geleerd hoe anderen door hun gedachteloosheid, onkunde of moedwil kunnen kwetsen, zullen in de toekomst beter uitkijken. De Meesters van wijsheid brengen nooit pijn toe, zij zijn al-liefde, al-erbarmen. (150) Maar zij erkennen allen de wet van rechtvaardigheid en weten dat ieder leven uiteindelijk in evenwicht komt en naar het goddelijke Licht, de Bron van alle leven, moet worden gericht.

Iedere handeling schept karma en dat hoeft niet te wachten op een verre toekomst om te worden uitgewerkt. De gevolgen dienen zich vaak al na enige uren of dagen na het begaan van de fout aan. Denk niet dat je de dag van betaling voor onbepaalde tijd kunt opschorten, wanneer je slecht karma hebt veroorzaakt; want je weet niet welke dag noch welk uur de Heer zal oogsten. Dit wordt duidelijk gedemonstreerd; wanneer je bijvoorbeeld langs een drukke straat loopt en niet uitkijkt waar je gaat, dan bestaat de kans dat je valt en je bezeert. Je zegt dan: "O, nu ja, het zal mijn karma wel zijn." Ja, het is je karma, maar het is een onmiddellijke uitwerking en niet een karma van lang geleden. Karma leert om voorzichtig te zijn, nauwkeurig en naar God-gericht bij het besturen van ons leven. Hier volgt het hele doel van karma: het maakt duidelijk dat wij door het ervaren van pijn, door verwerking ervaring en wijsheid mogen opdoen. (151)
Veronderstel dat een inbreker je huis binnendringt en je besteelt. Je kunt dan berustend zeggen: "Nu ja, het is mijn karma." Maar het gaat erom of dat karma je iets heeft geleerd. Heeft het dat niet, dan zal het terugkeren, misschien in dit leven, misschien niet eerder dan na een aantal incarnaties. Het belangrijkste is dat je ziel moet leren hoe het voelt om bestolen te worden, omdat je eens een dergelijk lijden hebt toegebracht aan een andere ziel. Dus karma komt om ons een les te leren en terwijl het dit doet, helpt het ons tevens om onze broeder te begrijpen en te helpen om zijn les te leren. Hier raken wij een gevoelig punt, want de vraag rijst: "Als wij onze broeders helpen om hun lessen te leren, wanneer wij er de oorzaak van zijn dat wij lijden, wat maakt dit dan nog uit?"
De wet is: 'Wat gij niet wilt dat u geschied, doe dat ook een ander niet,' en door andere te kwetsen, veroorzaak je nieuw karma, dat later tot je terug zal keren, want je zult dezelfde pijn ervaren als je anderen hebt toegebracht. De wet werkt naar twee kanten, het enige doel is de ziel te wekken en te laten beseffen, wat het volmaakte leven, het goddelijke leven, inhoudt. (152)

terug naar de Inhoud

De omvorming van karma
Je zult vragen: Kan karma worden omgevormd door berouw?' Zelf de fout erkennen, is de helft van het werk, maar de persoon waartegen is gezondigd, blijft nog over. Het zal een natuurlijke behoefte zijn om voor de ziel die men heeft gekwetst, iets te doen. Wanneer je iemand hebt gekwetst, spijt je dat en je bent vol medelijden: "O, mijn broeder, het spijt mij, laat mij het weer goed maken!" Van dat uiten van medeleven straalt vrede uit en vriendelijkheid, en het licht van God dat verwarmt en troost.

Dan rijst de vraag of het juist is om iemand te helpen die als gevolg van het uitwerken van karma lichamelijk lijdt of ziek is. Het verhaal van de barmhartige Samaritaan illustreert juist dit punt. De barmhartige Samaritaan doet altijd zijn best om te helpen en te genezen. (153) Welke rol heeft de patiënt te vervullen bij zo'n genezing? Hem wordt een prachtige gelegenheid geboden, die voortkomt uit zijn goede karma, om boven het letsel van lichaam en ziel uit te rijzen. Als die mens verstandig is, zal hij die gelegenheid aanpakken en proberen de les te leren die hem wordt geboden. Door zich tot God en Christus te richten, wordt hij boven zijn karma uitgelicht en zo kan slecht karma worden uitgewerkt of omgevormd.

Zo kan de Christus-van-binnen allen tot God opheffen. Als kind leerde je ongetwijfeld dat je gered kon worden als je Jezus liefhad en dat hij je zou redden. Je leerde dat Jezus zichzelf offerde om de wereld te redden, dat Jezus Christus of de Christus, de Zoon van God, naar de aarde kwam om zielen te redden. Hoe redt hij die zielen van mensen? Door in hen liefde te scheppen en het vermogen om lief te hebben. Het is de liefde van Christus, Christus zelf in het menselijke hart, die de redder van het mensdom is. Die liefde wordt gesymboliseerd door de roos.
Toch wordt slecht karma niet alleen veroorzaakt door gebrek aan liefde, maar ook door de afwezigheid van wijsheid, door onwetendheid. (154) Tenzij een ziel zelf ervaart, kan zij niet begrijpen of waarderen wat liefde is. De ziel leert door ervaring wat liefde en wijsheid betekenen. Zo beeldt dan de witte roos de zuivere, onschuldige geest uit en de rode roos de geest of de ziel van de mens, nadat hij door de diepten van menselijke ervaring is gegaan en zo de betekenis van liefde heeft leren kennen.

Wanneer wij aan de vraag toekomen van onwetendheid, begeven wij ons in diep water. Een mens is niet zo onwetend dat hij niet weet dat hebzucht en zelfzucht verkeerd zijn, en toch volhardt hij erin en brengt zodoende lijden over anderen en zichzelf. Er bestaat verschil tussen onschuldige onwetendheid en moedwillige onwetendheid als gevolg van de weigering om naar de innerlijke stem te luisteren. Achter de toepassing van de biecht en absolutie lag eens de idee om de ziel te zuiveren van onwetendheid en duisternis om haar daarmee te helpen zich te verheffen en hereniging met God te zoeken. (155)
In gevallen van plotselinge bekering beïnvloedt de goddelijke verlichting de ziel zodanig, dat er een verandering ontstaat, een verlangen om te dienen en te geven. Er wordt gezegd dat Jezus de Christus de zonden - het karma - van de wereld op zich nam, dat door Zijn opofferende leven en dood hij de mensheid hielp om het karma te dragen. In zekere zin neemt de veranderde ziel eveneens het karma op van haar mindere broeders, alleen in mindere mate.

Zo nu en dan incarneert een ziel die in een familie wordt geboren waar aanleg bestaat voor bepaalde fysieke aandoeningen of ziekten, omdat die ziel een bepaald werk heeft te doen; bepaalde mogelijkheden wachten dan om zich aan die ziel te presenteren. Die ziel kan wel of niet, al naar gelang haar kracht, ten prooi vallen aan zo'n ziekte; zij hoeft er echter niet aan ten onder te gaan; zij kan zo krachtig worden dat zij die bepaalde weg niet neemt om haar lessen te leren. Wij aanvaarden erfelijkheid als een voorbarige conclusie, omdat iedere ziel tot op zekere hoogte de kracht in zich draagt om de methode van haar karma te bepalen en uit te werken. (156) Een kind kan zijn sommen op meer dan één manier oplossen en daarbij is dan de vrije wil werkzaam, die zijn levensplan kan uitstippelen.

Je vraagt je af of karma kan worden versneld. Zeer zeker is dat mogelijk en wel speciaal wanneer de ziel ontwaakt is, want dan is haar in mindere of meerdere mate in de hemelse wereld een visie van God toegestaan en roept zij: "Ik wil God bereiken, ik wil daar snel zien te komen."
"Best, mijn zoon," is daarop het antwoord, "Maar eerst is er nog veel dat opgeruimd moet worden." Wanneer dan de tijd voor reïncarnatie aanbreekt, wordt het karma versneld. Een dergelijke incarnatie kan anderen nogal triest en pijnlijk voorkomen, maar degeen die het visioen heeft gezien, vindt dat niet erg en aanvaardt zijn karma in de wetenschap dat hij daardoor zijn doel kan bereiken. Daarom kunnen wij niet over andermans lessen oordelen.
Wat volgens onze maatstaven een gemakkelijk leven lijkt, kan een moeilijke en harde incarnatie blijken te zijn voor de betrokken ziel en wat anderen als een hard leven voorkomt, (157) wordt door de deelnemende met een innerlijke gratie geleefd, met een vrede en rust die elke ervaring tot een vreugde maken.

Dit brengt ons tot de kern van onze leer. De mensheid ligt vaak gestrekt op het kruis van het fysieke leven, maar als gevolg van deze kruisiging wordt de geurende roos in de mens geboren. Deze roos, zoals de mysticus weet, vertegenwoordigt het hart van liefde, het gekruisigde hart van Christus, de heerlijkheid en en het wonder van opofferende liefde, die voor het mensdom ontbloeit. Je kijkt met afgrijzen naar alle lijden in de wereld, maar je kijkt niet verder dan het nu. Zou je de mensheid die lieflijkheid en volmaaktheid van die roos willen onthouden?
Als God de mensheid het lijden zou ontzeggen, dan zou Hij haar ook het resultaat van dat lijden onthouden; waar jullie allemaal naar streven, waar jullie allemaal voor leven, waarvoor jullie geschapen zijn, is de onuitsprekelijke vreugde van het bereiken van het Christus-bewustzijn.
Je kunt de roos niet van kruis scheiden. In de vroege stadia van ontwikkeling moet de roos geleidelijk aan op het kruis ontbloeien; (158) in de gevorderde stadia wordt het kruis door de roos opgenomen en is het bewustzijn van Christus in de mens, de mens in Christus, voltooid.

Daarom willen wij je tot kalmte manen, onthoud je liefde en sympathie niet, maar sta geen misplaatste gevoelens toe. Bedenk, terwijl je liefde en sympathie aan de treurenden geeft, dat lijden een weg naar verlichting is, naar de geboorte van het Christus-bewustzijn in de mens. Het lijden gaat voorbij, zal vergeten worden, met uitzondering van de kwaliteit van het bewustzijn, dat als gevolg daarvan in de ziel wordt geboren.
Je zou kunnen vragen of het niet niet mogelijk is om dit bewustzijn door middel van liefde en geluk te bereiken. Dat is zeker mogelijk. God gaf de mensen een vrije wil en de mens koos zijn eigen wil. Hierdoor koos hij de weg van het lijden. Maar God is zo wijs en liefdevol dat hij de mens te hulp komt, hem zegent en hem door het lijden heenbrengt naar de vreugde van de hemelen. Vrede, mijn broeders, vrede zij in je hart en weet dat God goed is. (159)

[God is zowel Moeder als Vader voor de mens; goddelijke wijsheid [denken], goddelijke liefde [voelen] en evengoed goddelijke macht [willen], die altijd achter iedere vorm werkt, opdat Gods kinderen - ieder een vonk van goddelijke liefde, uitgeademd vanuit het hart van God - mogen leren om dat geluk dat God is en dat God als zaadje in iedere ziel heeft geplant, tot uitdrukking te brengen. (147)
De geest van een mens heeft een soortgelijk verloop als de ontwikkeling van een kind, dat begint bij de geboorte uit de Vader-Moeder-God en dat door de groei van het geestelijke bewustzijn en de terugkeer, uitmondt in de hereniging of eenwording met God.]

terug naar de Inhoud

10. Genezing door de geest
Een van de belangrijkste kenmerken van geestelijke ontwikkeling is dat van genezing. Allen die genezer willen zijn, wijzen wij erop dat zij een kanaal voor de goddelijke levenskracht zouden kunnen zijn, als zij zichzelf als kinderen van God willen zien, daarbij bedenkend voor alles van God afhankelijk te zijn.
De genezende kracht zal voortdurend door jullie heen gaan stromen, als jullie de techniek verstaan jullie geestelijke zintuigen, de chakra's, te openen voor de genezende, kosmische stralen. Jullie kunnen allemaal een instrument voor deze magnetische, geestelijke stralen zijn; alleen sluiten veel mensen zich door onwetendheid of door andere oorzaken van deze levenskracht af.

Het is je werk als geestelijk genezer om in harmonie samen te werken, ook wanneer het je wordt toegestaan om met de hedendaagse medische wetenschap samen te werken. (160) Er zijn veel mensen van uiteenlopende typen op aarde; de een zal reageren op een bepaalde vorm van genezing en een ander volgt een heel ander proces. Zo is het ook niet verstandig veel tijd en energie te besteden aan een fysieke kwaal die gemakkelijk en snel verholpen kan worden door materiële methoden, zelfs door een operatie.
De basis van alle grenzen is per slot geestelijk en de dag zal aanbreken dat geestelijke genezing wordt erkend en volledig tot stand zal worden gebracht op de aarde, als een belangrijke tak van dienst. De mens zal zich echter geestelijk moeten ontwikkelen, voordat hij zijn lichaam kan beheersen.

In wezen zijn alle ziekten van het lichaam door gebrek aan geestelijk licht ontstaan. Misschien kunnen wij het anders uitleggen en zeggen dat iedere ziekte een gebrek aan evenwicht is of aan harmonie; en dat de mens zijn hele leven bezig is deze onevenwichtigheid en disharmonie te veroorzaken. Harmonie en gezondheid worden bewaard wanneer het leven door Christus-van-binnen wordt beheerst en geleid. (161)
Geestelijk genezen is strikt wetenschappelijk. Het is het in evenwicht brengen van 'weerspannige, fysieke atomen' [van ontregelde, biochemische processen]. Het is de stem met gezag die vanuit het hartcentrum klinkt. Deze kracht werkt voor een groot deel door de genezer heen, maar ook door de patiënt.
Liefde is de stem met gezag, die de weerspannige atomen in harmonie brengt [die ontregelde, biochemische processen in evenwicht brengt]. Zij moeten wel de wet van goddelijke liefde gehoorzamen: dit is het geheim van genezing. En als de patiënt evenals de genezer in overeenstemming komt met dat centrum van liefde in de geest, dan geneest hij onmiddellijk. Onbewust kiest hij die bijzondere straal die zijn ziel en lichaam nodig hebben.

Jezus was het grootste voorbeeld van deze geestelijke kracht. Jezus was niet geïnteresseerd in de naam van de ziekte. Hij ging altijd recht op de geestelijke oorzaak af. Jezus genas door het licht dat doet ontwaken, in de ziel te gieten.
Hij riep: "Lazarus, kom naar buiten!" en Lazarus kwam, zijn grafdoeken om zich heen. Zie je de betekenis hiervan? Lazarus was overschaduwd door aardse zaken, hij was als een dode, maar de stem van de Meester riep: "Lazarus kom naar buiten" en hij stond op uit de dood. (162) Dit is het werk van een ware genezer.
Ook moet je bedenken, dat er zich in de ziel een opeenhoping van karma bevindt. De oorzaak van ziekte ligt in zo veel gevallen diep in de ziel en werd tijdens een vorig leven in het astrale lichaam ingebouwd. Het astrale lichaam wordt, zoals je weet, opgebouwd door daden van het verleden. Karma uit het verleden kan zich als ziekte uiten of het komt tot uitdrukking in levensomstandigheden.

De wet van karma is rechtvaardig, volmaakt en waar. Je kunt niet in de wet van karma ingrijpen, maar je kunt je patiënt helpen het om te vormen. Als de patiënt wordt geholpen de volle toevloed van het Christus-licht te ontvangen, zal hij zich verder zelf kunnen helpen; en zal hij op die wijze leren zijn karma om te vormen in plaats van de ziekte mee te maken die hiertoe zou leiden. Het doel van je karma is je iets te leren. Die individuele ziel krijgt de mogelijkheid om haar lessen te leren, om wijsheid te vergaren, om geestelijk te groeien. (163)

Wanneer een ziel hooghartig is (wat zo vaak het geval is) zal zij het niet geloven, zo zeker is zij van zichzelf en dan zit er niets anders op dan dat zij het haar toegewezen pad gaat en lichamelijke ziekten ondergaat. Toch zijn er zielen die de weg van het lijden kiezen, maar die keuze is onbewust. Dit brengt ons tot een ander punt: dring nooit geestelijke genezing aan iemand op. De ziel hoort uit eigen vrije wil geestelijke hulp te zoeken. De patiënt heeft behoefte aan geestelijk licht en de pijn heeft tot doel hem daar naartoe te leiden. Daarom vertellen wij je dat je je bij geestelijke genezing niet te veel moet bekommeren om het lichaam en zijn vele pijntjes. Je hebt met de ziel te maken en met de aura van de patiënt.
Het is waar dat de genezer een zekere magnetische kracht bezit of 'dierlijk magnetisme', hij kan hiermee tijdelijk enige verlichting geven aan de patiënt, maar dat is niet voldoende. Bij geestelijke genezing genees je de ziel. Te zijner tijd zal het lichaam de gezondheid van de ziel weerspiegelen. (164)

Ware genezing vindt plaats op het geestelijke niveau en de genezende krachten komen uit het goddelijke leven, uit de Christus-sfeer. Deze kracht stroomt, al naar de mate van zuiverheid van de genezer, door zijn subtielere voertuigen - het mentale en de vitale lichamen - en gaat dan door de handen en zijn hele aura. Zoals de bergstroom vrij baan wil hebben, zo heeft de genezende stroom een zuivere aura van de genezer nodig. Het is niet zo maar iets als de handen opleggen, maar het is het contact met Christus. De essentie van Christus kan dan doorstromen en geconcentreerd en geïntensiveerd worden in zijn uitwerking door de mentale beheersing van de genezer. Genezing op afstand kan daardoor even effectief zijn als handoplegging als het op de juiste manier wordt aangewend.

Er zijn in de onzichtbare stralen bepaalde eigenschappen, kleuren en trillingen te vinden, zelfs geuren, die de genezer kan oproepen en dan door de patiënt kan laten vloeien. Wanneer een mens ziek wordt, is er gewoonlijk gebrek aan iets, of er is geen evenwicht in het geestelijke wezen, in de ziel van de patiënt. (165) Jij, als genezer werkt samen met de engelen om het ontbrekende element aan te brengen, het evenwicht, de gezondheid of volledigheid te herstellen. Je bent een geleider van deze zuiver geestelijke krachten en dus moet je jezelf als de priesters of priesteressen uit de oudheid proberen af te stemmen door zuiver te leven, zuiver te denken, zuiver te handelen en het juiste gedrag als een menselijk en geestelijk instrument.

Streef met volle overgave om een goede gezondheid te bewaren. Overwerk jezelf niet op geen enkel gebied. Volg de regels van zuiver, gezond leven. Leef in evenwicht met jezelf. Leef van de zuivere, heilzame vruchten van de aarde.
Adem heel bewust het God-leven in. Wees goed voor je lichaam, dwing het niet om dingen te doen die niet goed zijn om te doen. Laat het niet verstopt raken door rook. Laat het uitrusten, houd het schoon, geef het zuiver voedsel en stem het af op de zuivere trillingen van de hogere ethers. De basis van alle genezing is het afstemmen van de genezer op de krachten van de natuur en de geest. (166)
Vergeet niet jezelf de tijd te gunnen om weer opgeladen te worden wanneer je je uitgeput en vermoeid voelt. Eén goede manier op weer op te laden is door je handen in koud water te dompelen. Een andere manier is om met je handen in moeder aarde bezig te zijn en nog een andere is om het bos in te gaan.
Sta dan met je rug tegen een dikke boom en adem met de boom. Adem de levenskrachten in en je zult versteld staan hoe die levenskracht in je vloeit. Zoek de natuur op wanneer je je afgemat en moe voelt en wanneer je werkelijk niet in staat bent om je werk te doen, trek je dan terug. Mettertijd leer je hoe je jezelf kunt opladen, zodat je niet lusteloos wordt.
Ontspanning is belangrijk voor de genezer en de patiënt, maar ontspanning onder leiding van het hogere zelf. Ontspan het lichaam volkomen, ontspan het denken en laat het hemelse lichaam de aura met het Christus-licht vullen. Slechts enkele mensen weten hoe zij zich moeten ontspannen, de meesten zijn een en al spanning, hun gezicht is vertrokken in plaats van ontspanning, vrede en overgave aan de hemelse sferen uit te drukken. (167)

Zodra je tracht om een zuiver kanaal voor de genezende kracht te worden, zul je ook gevoeliger worden en moeten wij je wellicht vertellen hoe je je aura moet beschermen. Zodra je een pijnlijke of negatieve situatie aanvoelt of denkt dat je misschien iets 'oploopt', bescherm je dan door je aura om je heen te vouwen, zoals engelen hun vleugels vouwen. Doe dit in gedachten. Adem het grote witte licht in en sla je handen over de plexus solaris, de rechter hand over de linker en bewaar positieve gedachten.
De linker hand is de ontvangende hand en de rechter geeft. Wanneer je je linker hand in gebed ophoudt en vraagt om genezende kracht bij je binnen te komen, dan zal die kracht door je linkerhand binnenstromen. Deze trekt als een magneet alle pulserende levenskrachten erin die dan door je lichaam naar de rechter hand gaan en dan naar de patiënt.
De aanraking van de genezer moet heel licht zijn, een lichte tedere aanraking is al wat nodig is. De stralen gaan uit van de vingertoppen en van onder de handpalmen. (168) Genezers moeten beseffen dat er een andere hand op die van hen ligt, hun eigen hand is niet het werktuig, maar de hand van degeen die de leiding heeft.
Laat je niet gevoelsmatig in met een patiënt. Op het aardse vlak kan een medische helper sympathiek en vriendelijk zijn, maar als hij verstandig is, zal hij zich niet gevoelsmatig inlaten met de patiënt. Gevoelens moeten in elk geestelijk werk worden beheerst. Onbeheerste gevoelens kunnen de beste geestelijke groei remmen. Wij leren onze kinderen om onbeheerste menselijke aandoeningen te beheersen, want niets zal de leerling meer tegenhouden op het geestelijke pad dan onbeheerste aandoeningen. De wijze mens is standvastig, vriendelijk en liefdevol voor iedereen en gaat recht op het grote hart van liefde en wijsheid af.

terug naar de Inhoud

Gedachtenkracht
Gedachten kunnen een goede gezondheid scheppen, zij kunnen genezen, (169) maar gedachten kunnen ook pijn en ziekte veroorzaken en het mentale en zieleleven van de mens verstoren en ontwrichten. De wetenschap behandelt slechts de buitenkant van wat gedachtenkracht omvat. Gedachten van woede, angst en haat [? woede, angst en haat zijn gemoedsaandoeningen] vormen de basis van alle lijden en van oorlogen.
Gedachten kunnen ook schoonheid, harmonie en broederschap brengen en alles waar een mens naar verlangt. Wij werken zelf zo veel mogelijk met de scheppende kracht van gedachten. Wij proberen altijd afbrekende gedachten te voorkomen.
Wij maken er een regel van, wanneer wij hulp en raad geven, om altijd opbouwend te zijn, om niets anders dan het goede te zien; en we doen dit ondanks het feit dat wij argeloze optimisten zouden kunnen worden genoemd. Wij weten dat door alleen het goede te zien, door het goede, door opbouwende gedachten te scheppen, wij dát kunnen helpen verwezenlijken, wat gewenst en goed is. Wij kijken of denken niet uitgaand van pessimisme, verdriet of dood.
Alles is leven, alles is ontwikkeling, alles is voortdurende vooruitgang, alles is goed, alles is God. (170)

Daarom zouden genezers altijd volgens constructieve lijnen moeten werken. Suggereer nooit dat een patiënt naar alle waarschijnlijkheid zal overlijden. Sta de gedachte aan dood niet toe. Zie de schepping alleen als steeds veranderend, steeds ontplooiend leven. Er bestaat geen dood [dan alleen voor de stoffelijke levensvorm]. Geloof dat 'zolang er leven is, er hoop is'. Verwacht alleen het goede. Het werk van alle genezers is om vertrouwen te wekken, geen twijfel of angst; help de patiënt altijd zich in harmonie af te stemmen op de volmaakte wet van God. De patiënt zou geholpen moeten worden om een duidelijke en heilige (gezonde) kijk op het leven te krijgen [mensbeeld, levensbeschouwing en wereldbeschouwing]. De goede gedachte is de gedachte aan God, die door het hele wezen wordt gedragen.
Dit is een ontzaglijke waarheid en wanneer je daarover nadenkt en mediteert, over wat wij zeggen, zul je begrijpen wat wij bedoelen. Goede gedachte is God-gedachte, zij is in evenwicht, liefdevol, zuiver, heilig en vriendelijk, zij is verdraagzaam en edelmoedig. Goede gedachte is vanzelfsprekend de kijk van God op het leven. (171)

Geestelijke genezing wordt teweeggebracht door de kracht van een oprecht streven. Wanneer gedachten werkelijk naar Christus oprijzen, wordt het Licht van Christus, worden de stralen van Christus in het fysieke lichaam gevoeld en omdat zij grote macht bezitten, kunnen zij de ziekelijke gang van zaken keren. Waar zich blijkbaar duisternis in het lichaam bevindt, kan het door licht worden vervangen en het licht neemt dan bezit van het lichaam, beheerst het en oefent controle uit op de fysieke organen. Zo worden wonderen verricht, maar de wereldse mens kan dit niet begrijpen of waarderen.
Als wij zeggen dat gedachten de macht hebben om die wonderen uit te voeren, dan bedoelen wij natuurlijk goddelijke gedachten, gedachten die oprijzen uit een zuiver en omhoogstrevend hart. De kracht die zich ontwikkelt wanneer het hart zich op God heeft gevestigd, kan negatief in positief veranderen en duisternis in licht. De Meester Jezus zei: "De Vader en Ik zijn één," en "De woorden die Ik tot je richt, spreek Ik niet uit mijzelf; maar het is de Vader die in mij woont die de werken doet!" (172)

Iedere genezer moet de waarheid kennen van deze uitspraken en iedere patiënt moet deze eeuwige waarheid proberen te begrijpen, want zodra je contact maakt met de aanwezigheid van Christus, al is het maar in een flits, is als het ontbranden of opwekken van de kracht van God binnenin je. Je vergeet de aardse beperkingen en je stijgt op naar de hoogste regionen van bewust leven, waar je wordt opgeladen met de levende God-kracht. Laat je niet door de beperkingen van het aardse denken vasthouden.
Twijfel niet aan deze kracht. Zuiver je bewuste denken van alle twijfel en besef in je hart de waarheid van de onzichtbare genezende stralen en de waarheid van het onzichtbare leven.

terug naar de Inhoud

Engelen der genezing
Er is op dit moment heel weinig bekend op aarde omtrent de engelen der genezing, maar als de Nieuwe Eeuw gaat doorbreken, (173) zullen veel meer mensen niet alleen hun aanwezigheid voelen, maar ze ook zien. Al naar de behoefte, naar de trillingen die worden veroorzaakt, zullen engelen van verschillende kleuren, gekleed in het Licht van de Zon, tot een genezingsdienst worden aangetrokken.
Je weet dat het zonlicht alle kleuren van het spectrum bevat; stel je dan de engelen der genezing in deze prachtige kleuren voor. Je vindt bij hen niets dat donker of lelijk is. Zij zijn geheel en al licht en zuiverheid. Deze engelen-wezens, die heel dicht tot de genezer doordringen, leveren de substantie die de genezer nodig heeft om het contact tot stand te brengen met hen die genezende kracht zoeken. Deze genezende stralen kunnen niet alleen worden gebruikt om het fysieke lichaam van een individu te genezen, maar ook voor de genezing van het denken en de slechte materiële omstandigheden die het mensdom benauwen.

Het licht van de pure witte magie stroomde voortdurend door het hart van Jezus. En iedereen kan nog steeds diezelfde straling vanuit het hart van Christus in zijn hart ontvangen; (174) en als zijn hart zuiver en opgewekt blijft, kan het op zijn beurt licht en genezing uitstralen naar de hele wereld. Geestelijke genezing is een groots werk in haar spontane onzelfzuchtigheid. De genezer denkt niet aan eigen verheerlijking. Zou hij dit doen, dan zou hij niet kunnen genezen. Hij denkt slechts aan het heil voor anderen, aan de omvorming van de benauwde levensomstandigheden in een meer hemels bestaan.
Wij zouden dan willen zeggen dat als je verlangt naar geestelijke ontplooiing en naar het ontwikkelen van geestelijk inzicht, dat je je dan in dienst moet stellen van de genezing van zieken. De Christus in Jezus van Nazareth zei: "Voed mijn schapen." Voed de zieke zielen van mensen door geestelijk dienstbetoon, geestelijke genezing. Zo zul je niet alleen de huidige generatie onbaatzuchtig kunnen dienen, maar ook de toekomstige. Je zult God helpen om voor iedereen op aarde betere omstandigheden te scheppen. (175)
Mijn kinderen, volg het pad van dienstverlening, van ware goedheid, spontane levensvreugde en word mettertijd evenals je geliefde Meester Jezus de Christus, volmaakte kinderen van de levende God. (176)

terug naar de Inhoud

Register

Ademen 33-36
Afstand, genezing op 165
Ashlar 132
Astraal reizen 53
Astrale gebieden 54-58
Aura, de bescherming 168
Aura, de menselijke 165
Barmhartige Samaritaan 153
Beheersing van emoties 65, 169
Beschermengel, het werk van de 76-80
Bewijsmateriaal, de aard van 69
Broeder, de Oudere 64-66
Centra, psychische 89-92
Christus-bewustzijn 158
Christus-licht in het hartcentrum 123
Communie, geestelijke 61
Communie, heilige 99-102
Communicatie, psychische 49, 58-62
Denken met het hart 125-126
Denken, het hogere 66
Dienstbetoon, geestelijk 174-175
Directe stem 93
Doel van geestelijke ontwikkeling 19-20
Dood van het fysieke lichaam 54-57, 105-106, 111
Emoties, beheersing van 65, 169
Engelen der Genezing 173
Etherische lichamen 85-90
Gebed 148
Gedachtenkracht 171-173
Gedachten, positieve 23, 172
Geestelijke Communie 61
Geestelijke helpers 73-75
Geestelijke ontwikkeling, doel van 19
Geestelijke ontwikkeling, motief van 19
Genezing op afstand 165
Genezing, engelen der 173
Genezing vanuit de geest 160-177
Genezing en Jezus 162
Geweten, stem van 94
Gezond verstand in gezond lichaam 21
Gids en leermeester, het werk van 64-75
Gods beeld, de mens is gemaakt naar 63
Hallen van wijsheid 66-68
Heilige communie 99-102
Helderhorendheid 92-96
Helderziendheid 85-92
Helpers, geestelijke 73-75
Houding, je 31
Illusie, niveau van 54
Illusie, wereld van 57
Jezus en genezing 162
Kain en Abel 149
Karma, doel van 148-152
Karma en erfelijkheid 106
Karma, en lijden 149-152
Karma, omvorming van 153-159
Karma, versnellen van 157
Karma, wet van 143-145
Kleuren 174
Lazarus en geestelijke genezing 162
Leeftijd, de onwerkelijkheid van 114
Leven, onze houding in het 118
Leven, omstandigheden door de mens gekozen 83-84
Leven in de wereld van de geest 103-115
Lichamen, de subtielere 30, 39
Liefde van God op aarde, uitdrukken van 143-147
Liefde, de macht van 78
Liefde, persoonlijke en goddelijke 115-117
Lijden en karma 149-152
Meditatie, het belang van 81, 124
Meesterschap 25
Moeder, goddelijke 146-147
Motief voor geestelijke ontwikkeling 19
Onderscheidingsvermogen 16-17, 30, 54, 57
Ontspanning voor genezer en patiënt 167-168
Onwetendheid, onschuldige en opzettelijke 115
Oudere Broeders, de 64-66
Psychische centra 89-92
Psychische communicatie 49, 58-63
Reïncarnatie 122-131
Roken 19
Roos en kruisiging 158-159
Roos, symbool van liefde 101, 154-158
Scheiding, zelf de oorzaak van 61-62, 121
Stem, directe 93
Stem van het geweten 94
Vlees, eten van 2.8
Voedsel, zuiver 27-28
Vrede, geestelijke 97-99
Vrije wil 70, 139, 157, 159
Waarheid, 's mensen benadering 13, 57
Water, het drinken van 36-38
Wet, geestelijke 39, 50
Weten en niet-weten 19
Wetenschap, natuurlijke en geestelijke 50-53
Wreedheid 29
Zaadatoom 36, 47, 127, 133
Zelf, het hogere 132-135
Zelfbeheersing 30-33


terug naar het literatuuroverzicht

terug naar het weblog







^