Het zich herinneren van namen en gezichten


Beelden zijn concreet en gezichten zijn tijdens een gesprek steeds aanwezig, terwijl geluiden abstracter zijn en vluchtiger, een naam klinkt maar even en is dan weer weg, en wordt door volgende ervaringen verdrongen. Daardoor maken beelden een grotere indruk op het geheugen dan geluiden, zoals namen. Het maakt bij het zich herinneren van namen of gezichten bovendien uit of iemand visueel of auditief is ingesteld: visueel ingestelden zullen gezichten beter onthouden en auditief ingestelden namen.
Volgens neurofysiologen zijn er in de hersenen twee verschillende geheugengebieden voor gezichten en voor namen. Als ervaringen op verschillende manieren op deze geheugens zijn ingeprent, kan het gebeuren dat je een gezicht wel herkent, maar niet de naam die erbij hoort of omgekeerd.

Zich een naam herinneren is moeilijker dan zich een beeld herinneren.
NEMO Kennislink, 30-08-2023, auteur: Roeland Segeren

Het lijkt makkelijker om iemands gezicht voor de geest te halen als je de naam hoort, dan om een naam op te halen bij een gezicht. Dat ervaren veel mensen zo door de manier waarop het geheugen werkt.

"Waarom kan ik niet op de naam komen van iemand die ik zie of waar ik aan denk, terwijl ik bij het horen van een naam juist wel meteen een beeld krijg van die persoon?" Deze vraag komt ons bekend voor. Want wie kent het niet: je ziet op straat iemand voorbij fietsen en denkt: hé die ken ik! Vervolgens graaf je de hele dag in je geheugen naar de naam, maar het lukt maar niet. Terwijl je dat omgekeerd eigenlijk nooit hebt: als er een naam valt tijdens een gesprek, dan zie je die persoon toch echt voor je.

Zijn we beter in het ophalen van beelden dan van woorden? We vroegen het hersenonderzoeker Micha Heilbron (UvA).
"We zijn vooral beter in (gezichten) herkennen dan in het ophalen van herinneringen (namen). Als je iemand ziet, kan je al snel denken dat je diegene herkent. Maar zich een naam herinneren is een ander verhaal. Het zogeheten herkenningsgeheugen is heel sterk. Als we tijdens onderzoek duizenden plaatjes laten zien aan proefpersonen en dat een tijd later opnieuw doen met deels andere plaatjes, dan pikken ze vrij makkelijk de beelden eruit die ze eerder ook zagen."

De illusie van herkenning
Toch is het volgens Heilbron niet zo eenvoudig dat je makkelijker van een naam naar een gezicht kan gaan, dan andersom. Het is vooral ook een illusie, een gevoel dat veel mensen hebben. Want om op iemands naam te kunnen komen, moet je niet alleen iemand herkennen, maar ook een herinnering over die persoon kunnen raadplegen.

Er lopen hier volgens Heilbron twee dingen door elkaar: het herkennen van iemand is iets anders dan het ophalen van een herinnering. "Er worden hier twee verschillende soorten van geheugen geraadpleegd. Omdat het herkenningsgeheugen juist veel sterker is dan het ophalen van die dieperliggende herinneringen, lijkt het vaak dat je zo'n complete herinnering aanspreekt. Maar het is helemaal niet gezegd dat je die persoon echt altijd voor de geest zou halen als je de naam hoort. Het werkt ongeveer hetzelfde als je een liedje hoort op de radio. Dat kan je wel herkennen, maar je kan niet meteen het hele nummer meezingen."

Vaker herkennen dan herinneren
Mensen hebben vergelijkbare ervaringen met voorwerpen, situaties of omgevingen. Herkenning (van een gezicht of voorwerp) is altijd sterker dan een herinnering (aan dat voorwerp), maar dat onderscheid is soms lastig te maken. Denk aan een film die je ooit al eens had gezien: je herkent de acteurs, de situaties, de verhaallijn, maar je weet soms echt niet meer hoe het afloopt. Of een stedentrip naar die mooie stad waar je jaren geleden al eens was: je herkent van alles, maar je moet toch de weg vragen.

Volgens Heilbron is hier dan ook niet zozeer sprake van asymmetrie tussen herinneringen van beeld naar woord en omgekeerd. "Je hebt nou eenmaal veel meer mensen en beelden gezien, dan dat je complete herinneringen van personen en dingen hebt. Dus dat herkenningsgeheugen wordt vaak geactiveerd. Daardoor beklijft het gevoel dat je vaak niet op iemands naam kan komen. Omgekeerd komt er inderdaad van alles boven op het moment dat je bij de kern van een herinnering komt, zoals een naam. Deze twee dingen zijn dus niet rechtstreeks met elkaar verbonden, maar we kunnen dat wel zo ervaren."


terug naar de vragenlijst

terug naar het weblog







^