synchroniciteit

In het bijzonder bij toepassing van de I Tjing, Tarotkaarten en runenstenen

Het woord 'synchroon' bevat het Griekse 'sun': 'samen', 'met' en 'chronos': 'tijd'; dus 'samenvallend in de tijd'. In de psychologische theorie van Carl Gustav Jung is synchroniciteit een aanduiding voor het verschijnsel dat zich een (oorzakelijk niet verklaarbare) overeenkomst voordoet tussen een gedachte en een gelijktijdig optredende gebeurtenis. (Bron: Woordpost van Genootschap Onze Taal) De meest begrijpelijke uitzetting over het begrip synchroniciteit is te vinden in het Voorwoord dat Jung in 1949 schreef in de vertaling van het Chinese wijsheidsboek I Tjing door Richard Wilhelm.

"Synchroniciteit is een begrip dat een standpunt formuleert, dat lijnrecht het tegenovergestelde is van dat van de causaliteit. Aangezien dit laatste alleen een statistische waarheid is en geen absolute, is het een soort werkhypothese hoe de gebeurtenissen uit elkaar voortkomen; terwijl synchroniciteit de coïncidentie van twee gebeurtenissen in tijd en ruimte niet als louter toeval beschouwt, maar er een diepere betekenis aan toekent. Deze is, dat er een bijzondere onderlinge samenhang bestaat, zowel onder de objectieve gebeurtenissen onder elkaar, alsook tussen deze en de subjectieve (psychische) situatie van de waarnemer of waarnemers. […]

Zoals de causaliteit de opeenvolging der gebeurtenissen verklaart, zo verklaart de synchroniciteit … het samenvallen der gebeurtenissen.
Het causale gezichtspunt vertelt ons een dramatisch verhaal hoe D in de wereld kwam: het stamde af van C, dat vóór D bestond en C had op zijn beurt een vader, B, enz. Het synchronistische gezichtspunt daarentegen tracht een even zinvol beeld te geven van coïncidentie: hoe komt het dat A', B', C' en D' alle op hetzelfde moment en op dezelfde plaats in verschijning treden? Dat komt in de eerste plaats doordat de fysieke gebeurtenissen A' en B' van dezelfde hoedanigheid zijn als de psychische gebeurtenissen C' en D', en verder doordat ze alle exponenten zijn van één en dezelfde situatie. Die situatie wordt verondersteld een leesbaar en begrijpelijk beeld te zijn.

Met de 64 hexagrammen van de I Tjing kunnen 64 verschillende, typische situaties worden bepaald. De interpretaties ervan zijn equivalent aan causale verklaringen. Causaal verband is noodzakelijk statistisch en kan dus worden onderworpen aan een experiment. Daar een situatie echter uniek is en niet kan worden herhaald, lijkt het onder normale omstandigheden onmogelijk met sychroniciteit te experimenteren.
In de I Tjing is de enige maatstaf voor de geldigheid van deze laatste hypothese gelegen in de opinie van de waarnemer, dat de tekst van het hexagram zijn psychische situatie werkelijk getrouw weergeeft. Men neemt aan dat de val van de munten of de verdeling van het bundeltje duizendbladstelen juist zo uitvalt, als in een gegeven situatie noodzakelijk het geval moet zijn, aangezien het, evenals alles wat op dat moment gebeurt, ertoe behoort als een onmisbaar deel van het beeld. Als men een handvol lucifers op de grond gooit, vormen ze een voor dat moment karakteristieke tekening.
Maar zulk een voor de hand liggende waarheid als deze openbaart zijn zinvolle betekenis eerst, wanneer het mogelijk is de tekening te lezen en de interpretatie ervan te controleren, enerzijds door de bekendheid van de waarnemer met de subjectieve en objectieve situatie, anderzijds door bevestiging ervan door de erop volgende gebeurtenissen. […]

De boven uiteengezette argumentatie is natuurlijk nooit opgekomen in een Chinees brein. Verre van dat: volgens de oude traditie zijn het 'geestelijke krachten', die op mysterieuze wijze hun invloed doen gelden; zo bewerken zij dat de munten op een bij de toestand passende wijze vallen en zo een zinvol antwoord geven.
Deze machten vormen als het ware de levende ziel van het boek. Aangezien het boek daardoor een soort van bezield wezen is, kan men volgens de traditie ook vragen stellen aan de I Tjing en mag men verwachten een verstandig antwoord te krijgen."

Bron: Richard Wilhelm - I Tjing, het boek der veranderingen, Voorwoord door C.G. Jung

Deze zinvolle samenhang tussen twee schijnbaar los van elkaar staande gebeurtenissen: het vallen van de munten en de gebeurtenissen waar de menselijke geest op dat ogenblik mee te maken heeft, wordt in de I Tjing beschreven en kan daar worden opgezocht. Niet alleen is dit boek al duizenden jaren door ontelbare mensen gebruikt, ook in de huidige, kritische tijd wat geestelijke verschijnselen betreft, wordt het boek door velen gebruikt; en men blijft het gebruiken vanwege de treffende beschrijvingen die de I Tjing van de omstandigheden van de vraagsteller geeft (ikzelf doe dit al 50 jaar).
Het woord 'synchroniciteit' geeft echter geen verklaring van die zinvolle samenhang; het zegt alleen dat twee gebeurtenissen gelijktijdig plaatsvinden en op geheimzinnige wijze zinvol met elkaar samenhangen. De Chinezen houden echter nog de herinnering levend aan de tijd dat de mens op aarde op helderziende wijze in verbinding stond met begeleiders in de geestelijke wereld. Daardoor beschrijven zij op juiste wijze de ware verhoudingen: het zijn geestelijke begeleiders die door hun geestkracht de val van de munten zo kunnen sturen, dat er door middel van het verkregen hexagram een zinvol antwoord kan worden opgezocht in de I Tjing.

Mijn geestelijke begeleider heeft mij uiteengezet dat zij in de geestelijke wereld hun geestelijke handen (die van hun geestgedaante) houden op de plaats waar in de stoffelijke wereld onze stoffelijke handen zijn. Daardoor laten zíj onze stoffelijke handen vanuit de geestelijke wereld bewegen. Zíj voeren met hun handen de noodzakelijke bewegingen uit.
Het zijn onze geestelijke begeleiders die door middel van onze handen, maar gestuurd door hún handen de I Tjingmunten schudden en laten rollen, de Tarotkaarten schudden en trekken, en de Runestenen schudden en kiezen. Daarbij houden zij de betekenis van de hexagrammen, van de kaarten en de stenen in gedachten. Zo zijn zij in staat vanuit de geestelijke wereld een bepaald bericht als antwoord op onze vraag, aan ons op aarde over te brengen.
Aangezien toch onze groei naar zelfstándigheid het doel is, krijgen wij dat bericht op een zodanige wijze dat wij zelf de betekenis van het zinnebeeldige bericht moeten zien te bepalen. Het is aan ons om het verband te vinden tussen onze vraag en hun antwoord d.m.v. de I Tjing, de Tarot en de Runen. Het is mij door hen aangeraden die drie te gebruiken en de uitkomsten ter controle te vergelijken.

Jung moest zich, evenals Freud, handhaven tussen zeer kritische collega's en hij kon zich niet veroorloven te zeggen wat hij er zelf over dacht zonder van onwetenschappelijkheid te worden verdacht. Vandaar dat Jung het hield op 'invloeden uit het onbewuste'. Hij zei er al wel duidelijk bij dat een 'onderbewuste' dat Freud voorstond een onmogelijkheid was, aangezien je van iets dat op zichzelf al 'onbewust' is, onmogelijk kunt zeggen dat daar ook nog iets 'boven' (het 'bovenbewuste) of 'onder' (het 'onderbewuste') zou kunnen zijn. Zoiets als een 'onderbewuste' is volstrekt denkbeeldig, het is afkomstig uit het rijk der verbeelding.

Vanuit geestkundig gezichtspunt is ook de term 'het onbewuste' echter louter een bedenksel. Deze spreekwijze is namelijk het gevolg van overdracht.
Het is namelijk uitsluitend de geest zelf die zich 'van iets bewust wordt' door dat iets waar te nemen. Daardoor komt de geest in de toestand van 'zich bewust zijn' van dat onderwerp. Alleen door iets waar te nemen kan de geest in een toestand van 'wetend zijn', 'zich bewust zijn' van iets komen te verkeren; deze toestand van 'zich bewust zijn' is uitsluitend een geestestoestand.
Dat betekent dat het ook alleen de géést is die in een geestestoestand kan verkeren dat die zich van een bepaald onderwerp níet bewust is. Alleen de geest kan degene zijn die 'onwetend' is van een bepaald onderwerp, doordat de geest dat niet kan waarnemen.
Zoals alleen de geest de wetende kan zijn en daardoor de 'zich van iets bewuste' zelfstandigheid, zo kan het ook alleen de geest zijn die de onwetende is en daardoor de 'zich van iets onbewuste' zelfstandigheid. Bewustheid en onbewustheid zijn eigenschappen van de geest, het zijn beide geestesgesteldheden!
Maar door de toestand van onbewustheid van zichzelf waarin de geest verkeert door de band met de stof, doordat de geest hier op aarde een tijdelijk stoffelijk voertuig bezit, draagt de geest door de daarmee samenhangende vereenzelviging met de omgeving eigenschappen van zichzelf over op geschikte onderwerpen in de omgeving. Daardoor is de éigen toestand van onwetendheid, van onbewustheid, overgedragen op iets overeenkomstigs in de buitenwereld of de eigen binnenwereld ... dat wat onbekend is.
Voor de geest zijn ook de inhouden van het ontoegankelijke geheugen onbekend. Door de overdracht is de eigen 'onbewustheid' overgedragen op dat ontoegankelijke geheugen en heeft dat de naam 'het onbewuste' gekregen. De juiste naam is echter: 'het onbekende', al datgene dat voor mij onbekend is, waar ik geen weet van heb. De term 'het onbekende' is verwisseld met 'het onbewuste'.

M.a.w. de term 'het onbewuste' is het gevolg van overdracht; de juiste term is: 'het onbekende' of nauwkeuriger: 'het mij onbekende'.
De antwoorden die door de I Tjing, de Tarotkaarten of de Runestenen worden verkregen, zijn niet afkomstig uit 'het onbewuste', maar uit het 'mij onbekende' en dat voor de mens op aarde onbekende is de geestelijke wereld met daarin de geestelijke begeleiders.
Door deze overdracht worden de geestelijke begeleiders aangeduid met de naam... 'het onbewuste'! Maar die hebben daar wel begrip voor; zij hebben inzicht in de toestand van onbewustheid waarin de mens op aarde verkeert.

Klik hier voor een van mijn persoonlijke ervaringen met het verschijnsel synchroniciteit.

Kijk bij 'geestelijke ervaringen' in het menu voor andere synchronistische voorvallen.


terug naar de vragenlijst

terug naar het weblog







^